Schoof, de marionet van Wilders

Wie regeert: Schoof of Wilders? Naar het antwoord op die vraag wordt gezocht vanaf het moment dat Dick Schoof minister-president werd. Volgens de pers De Correspondent wist op 2 juli al: Wilders is dan geen premier, hij heeft alle touwtjes in handen. Het AD blikte op 5 juli terug op het allereerste Kamerdebat met het kersverse kabinet. Wilder had Schoof weggezet als ‘slappe hap’.  Oud-Kamervoorzitter Wim Deetman zei (CDA) zei: “Het was een krachtmeting tussen Wilders en de premier: wie is de baas? De indruk in het debat is gewekt dat Wilders nu de dienst uitmaakt.” Maar als RTL Nieuws op 7 juli vraagt: “Als Geert Wilders en Dick Schoof tegelijkertijd bellen, wie nemen de PVV-ministers uit het nieuwe kabinet dan als eerste op?”, dan beweren de PVV’ers eerst Schoof te zullen aanhoren. De premier is dus de baas, concludeert RTL hieruit. In o.a. de Gelderlander (28 september) wordt een tweet van Wilders geciteerd: “Schoof is absoluut niet de baas, dat is de Tweede Kamer.” Wilders doelde daarmee op een interview in het AD, waarin Schoof reageerde op speculaties dat Wilders in feite de dienst uitmaakt. De minister-president zei: “,Als premier ben je de baas” en “Nou ja, de baas... je bent premier. Dus je bepaalt wat het kabinet doet, en niemand anders.’’ Het kan zijn dat Wilders de premier “tot zijn Schoofhondje wil maken”, maar de redactie van Joop.nl denkt dat Schoof dat niet laat gebeuren: “Wilders mag graag blaffen, maar Schoof kan terugbijten.” (Joop.nl, 29 september) Op 8 oktober zet ‘Maarten van Rossem - De Podcast’ een fragment uit de Algemene Politieke Beschouwingen van 19 september op Youtube. Het fragment zou het bewijs zijn dat Wilders de minister-president in zijn greep heeft: “Premier Schoof is officieel de minister-president, maar achter de schermen trekt PVV-leider Geert Wilders aan de touwtjes. In dit debat in de Tweede Kamer wordt dat op een pijnlijke manier duidelijk.” Bewijs of vermoeden Dat de leider van de grootste coalitiepartij regelmatig contact heeft met de minister-president is niet zo heel bijzonder. Dat zal in alle voorgaande kabinetten zeker ook het geval zijn geweest. Maar toen was de MP wel lid van die partij. Schoof is, officieel, geen partijganger en heet daarom onafhankelijk te zijn. Wie beweert dat Schoof de marionet van Wilders is, zal toch met een hard bewijs moeten komen. Laten wij dat nou gev... ook wij hebben dat niet gevonden. Maar tijdens het debat (13 november) over de incidenten met Israëlische voetbalsupporters in Amsterdam wekte een interactie tussen Wilders en Schoof sterke vermoedens dat daar op zijn minst een voorgekookt een-tweetje tussen Wilders en de MP plaatsvond. Premier Schoof was aan de beurt om te reageren op de inbreng van Tweede Kamerleden, een dag eerder. Na zijn inleidende woorden stond Wilders bij de interruptiemicrofoon en kreeg het woord: Dank aan de minister-president voor deze belangrijke woorden aan het begin van zijn betoog. (…) Ik heb een voorstel gedaan over denaturalisatie. (…). Er zijn twee manieren om dat voor elkaar te krijgen. De ene manier is gewoon wat al kan op grond van de huidige wet. Dat is artikel 83 Wetboek van Strafrecht. Daar staan een aantal delicten in. Als daarop "met een terroristisch oogmerk" wordt toegepast (...) dat tot een veroordeling zou leiden, het zomaar zou kunnen dat ze worden gedenaturaliseerd. Kan de minister-president zich die route voorstellen, dus dat dat ook gebeurt? Kijk bij het Tweede Kamerkanaal Debat Direct naar Wilders’ interruptie. Schoof antwoord dan (en kijk hier vooral hoe hij dat doet): Ik begrijp de associatie met terrorisme bij het antisemitisch geweld dat we in Amsterdam hebben gezien heel goed. (…) Het is voorstelbaar, zeg ik tegen de heer Wilders, dat daar het etiket "terrorisme" bij hoort. (…)Na een onherroepelijke veroordeling voor een terroristisch misdrijf bestaat de mogelijkheid om bij een dubbele nationaliteit het Nederlanderschap in te trekken. Dat weet u. En ja, als het tot zo'n veroordeling zou komen, zal het kabinet uiteraard naar de intrekking van het Nederlanderschap kijken. Hij voegde er nog aan toe: (…) Het kabinet is bovendien van plan te onderzoeken om ook bij de veroordeling voor andere zware criminaliteitsdelicten de mogelijkheid te introduceren het Nederlanderschap in te trekken. Daarbij wil het kabinet nadrukkelijk onderzoeken hoe we in dit kader ook antisemitisme en discriminatoir oogmerk zwaar kunnen laten meewegen. Aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid Wat valt op? Het hele antwoord op Wilders’ interruptie werd door Schoof voorgelezen. Dat zie je nooit bij interrupties, want de geïnterrupeerde weet natuurlijk van te voren niet waar hij of zij op bevraagd zal worden. Daarbij komt Schoof relatief vlot uit zijn woorden, met minder onrustig handengewapper en geschuif met papieren. Vergeleken bij hoe hij zich presenteerde bij de overige interrupties (en ook bijvoorbeeld bij vragen van journalisten op de wekelijkse persconferenties), lijkt hij op dit moment volkomen voorbereid en zeker van zijn zaak. Mogen we uit deze gang van zaken concluderen dat Wilders de minister-president wel degelijk aan de touwtjes heeft? Nee, dit geldt niet al keihard bewijs. Mogen we het vermoeden uiten dat Schoof de marionet van Wilders is? Ja, en naar mate we de heren op meer van dit soort theater kunnen betrappen, zal dat vermoeden alleen maar sterker worden. Tot het punt van ‘aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid’ wordt bereikt. Let op Schoofs lichaamstaal, dames  en heren.

Door: Foto: Screenshot Tweede Kamer Debat Direct Wilders interrumpeert Schoof 13 november 2024
Foto: Rijksoverheid, foto Martijn Beekman

Dick ‘zeg maar’ Schoof

COLUMN - Een interessant kenmerk van de huidige Nederlandse premier, drs. Dick Schoof, is dat hij zo slecht spreekt. Nederlandse politici zijn zelden wonderen van retorisch talent, en we hebben eerder premiers gehad waarnaar het moeilijk luisteren was. Maar zelfs Jan-Peter Balkenende kon nog wel uit zijn woorden komen.

Het heeft er ongetwijfeld mee te maken dat we gewend zijn aan politici die over het algemeen aan verkiezingen hebben moeten meedoen en daar kiezers hebben moeten overtuigen. En kiezers raken nu eenmaal niet zo snel overtuigd van iemand die een beetje verlegen staat te stamelen. Wat dat betreft heeft het optreden van Schoof, die ongeschoold praat en daarbij allerlei tics laat zien die een beroepspoliticus allang had weggetraind, iets verfrissends – mits we even vergeten dat hij een kabinet leidt dat op dubieuze gronden het parlement buiten spel wil zetten en tussen neus en lippen door zonder enige vorm van argumentatie de botte bijl zet in de boekhandel, de journalistiek en de wetenschap.

Een van zijn verbale tics is zeg maar. Neem Schoofs persconferentie van afgelopen vrijdag.

Dat gebruik van zeg maar lijkt me hier voer voor een onderzoekje. Als ik goed tel, zegt Schoof hier 47 keer ‘zeg maar’ in minder dan 34 minuten. Dat is bijna drie keer per twee minuten en eigenlijk meer, want af en toe zijn er ook nog journalisten aan het woord (en geen van hen zegt ooit ‘zeg maar’).

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.