RECENSIE - Ik zag iets wat mijn voorstellingsvermogen te boven ging. Een soort magie. Geen goocheltruc, want bij een goocheltruc weet je dat het niet waar is. Wat hier gebeurde, dat zag je meteen, was wat het was: kunstenaar Nick Steur zette stenen op elkaar die onmogelijk op elkaar konden blijven staan. Al sinds zijn vroege jeugd stapelt hij stenen. Kennelijk is hij zo goed geworden in het vinden van het zwaartepunt dat hij stapels kan maken die de wetten van de zwaartekracht negeren. David van Reybrouck vertelde dat hij Nick Steur in Oostende aan het werk had gezien, op een snikhete dag, en dat hij zich aanvankelijk vooral verwonderde over het acrobatische aspect, maar dat hij dit na verloop van tijd kon loslaten en kon genieten van de pure, meditatieve schoonheid. “Dit is Rothko, voor mij”, zei hij. “Leg uit”, vroeg Wilfried de Jong. “Maar Wilfried, hoe moet ik dit nu uitleggen?”, vroeg Van Reybrouck.
Aan het begin van deze laatste aflevering van Zomergasten 2014 legde Van Reybrouck uit hoe hij te werk was gegaan. Hij wilde geen strak betoog houden. Hij had fragmenten gekozen met onderwerpen die de coulissen van zijn schrijverschap vormden. Daarin was hij zeer intuïtief te werk gegaan. Deze avond zou als een jazzimprovisatie zijn. Het ging niet om het doel, maar om de weg. “Een zwerver kan nooit verdwalen”, zei hij. Je zou zeggen: dat moet Wilfried de Jong, jazzliefhebber, toch als muziek in de oren klinken. Maar Wilfried de Jong houdt niet van dwalen. Waar David van Reybrouck al beeboppend allerlei zijpaden van de schoonheid en de troost insloeg, daar lukte het Wilfried de Jong maar niet om van het pad af te raken. Dat lukt hem nooit: dwarsverbanden leggen, grote stappen maken en het overduidelijke ontstijgen. Hij vraagt het liefste naar de bekende weg.