Preventief ingrijpen bij opruiiende teksten

Burgemeesters proberen ordeverstoringen te voorkomen met 'online gebiedsverboden'. Een oproep om ergens te gaan 'rellen' willen ze bestraffen met een bestuurlijke boete. Een omstreden maatregel vanuit het oogpunt van de demonstratievrijheid en de vrijheid van meningsuiting, zeggen deskundigen. Maar 'je kunt niet zomaar met een beroep op de vrijheid van meningsuiting zeggen van 'ik ga nu rellen organiseren', meent burgemeester Wientjes van Haarlem. Hij vindt dat hij als bewaker van de openbare orde in zijn gemeente een online uitingsverbod moet kunnen opleggen. Zijn collega in Almelo heeft onlangs de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) gewijzigd om dat in voorkomende gevallen ook te kunnen doen. De Utrechtse burgemeester Dijksma is echter door de rechter teruggeroepen nadat ze een jongen uit Zeist een boete had opgelegd omdat hij opriep tot rellen uit protest tegen de coronamaatregelen. Dijksma verbood de jongen online berichten te publiceren "die zijn te kwalificeren als het door uitdagend gedrag aanleiding geven tot wanordelijkheden", maar dat is in strijd met de Grondwet, zegt de bestuursrechter nu, in weerwil van eerdere suggesties van de minister van Justitie Dilan Yesilgöz. De APV geeft de burgemeester mogelijkheden om op te treden als zich ergens ongeregeldheden voordoen of daartoe wordt opgeroepen. Digitale platformen vallen niet onder die regel, zegt de rechter: het moet gaan om een fysieke plaats, zoals een plein, weg of park. In reactie op dit besluit kondigde burgemeester Halsema aan dat Amsterdam door wil gaan met online gebiedsverboden. Als het niet via de APV kan dan moet het wel kunnen via de wetgeving inzake de bevoegdheden van de burgemeester, verwacht zij. Halsema en Dijksma en veertig andere burgemeesters ondertekenden vorige week een open brief aan de regering waarin om instrumenten wordt gevraagd om opruiing via sociale media preventief aan te kunnen pakken. Zij menen dat de huidige wetgeving, die dateert van vòòr het digitale tijdperk verouderd is.  Vanuit hun verantwoordelijkheid voor de openbare orde willen zij oproepen tot gewelddadigheden in de kiem kunnen smoren. Twee problemen Het is voer voor juristen om hier een uitweg te zoeken die grondrechten intact laat maar anderzijds lokale bestuurders ook voldoende handvatten geeft om geweld te voorkomen. Preventief ingrijpen mag misschien voor de hand liggen. Het is echter problematisch omdat de mogelijkheid om vooraf in te grijpen een rem kan leggen op uitingen die bedoeld zijn om tot protest op te roepen. En elke beperking vooraf is in strijd met de grondwet. Achteraf kan de rechter mensen veroordelen voor opruiing, zoals ook gebeurd is na de coronarellen. Maar op voorhand ingrijpen ligt heel moeilijk, hoe begrijpelijk ook de klacht van de burgemeester is die geweld wil voorkomen. Als er alleen achteraf gesanctioneerd mag worden kan ik mijn verantwoordelijkheid voor de openbare orde niet waarmaken, zegt Wientjes. Dan kan ik alleen maar toezien als de stad in brand wordt gestoken. Onder de huidige wetgeving dient de burgemeester zich verre te houden van oordelen over de inhoud van boodschappen rond protestdemonstraties. Dat is het tweede probleem. "Het is tamelijk simpel: burgemeesters moeten zich niet bezighouden met de inhoud van uitingen. Dat is een vorm van censuur. Ze moeten zich bezighouden met ordeverstoringen en het voorkomen daarvan, maar dan in het fysieke gebied", zegt hoogleraar staats- en bestuursrecht Jon Schilder. Het lokale bestuur is voorts ook niet het juiste niveau voor maatregelen die grondrechten raken (zie ook het voorbeeld van het vloekverbod). Ongelijkheid inzake grondrechten tussen inwoners van verschillende gemeenten kan niet worden getolereerd. Zo lang er geen nieuwe wetgeving is over online opruiing zal de burgemeester het toch vooral nog moeten doen met de inzet van voldoende politie om te voorkomen dat rellen uit de hand lopen. Nieuwe, meer eigentijdse wetgeving is wellicht noodzakelijk. Het is wel belangrijk om te voorkomen dat dan het huidige recht op demonstreren niet sluipenderwijs wordt ingeperkt. [overgenomen van Free Flow of Information]

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.