De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.
Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.
WW: Wie literatuur wil begrijpen moet stoppen met boeken te lezen
De woensdagmiddag is op GeenCommentaar Wondere Woensdagmiddag. Met extra aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen in Wetenschap- en Techniekland.
Wie als alpha-wetenschapper iets zinnigs over de wereldliteratuur wil zeggen staat voor een naar probleem: het te onderzoeken gebied is inmiddels zo groot geworden dat noodzakelijkerwijs iedere analyse over een miniem gedeelte van alle literatuur die in de moderne tijd is gepubliceerd. Zelfs als je je grondig beperkt en je jarenlang opsluit om bijvoorbeeld 200 Victoriaanse werken te bestuderen, dan nog zit je met het deprimerende feit dat je tienduizenden andere boeken uit die periode niet hebt gelezen.Volgens Unesco (die de boekenproductie per land als een graadmeter voor leefklimaat gebruikt) zijn er in 2011 al 611.700 boeken gepubliceerd(*). Volgens Google, die voor hun boekenproject een redelijke schatting wilden maken, zijn er in de hele geschiedenis om en nabij de 129.864.880 boeken gepubliceerd.
Ars longa, vita brevis dus: de kunst is te lang, het leven te kort om alles te overzien. En wellicht mede daarom gooit een groot deel van de literatuurwetenschapper sinds de jaren zestig de armen de handoek in de ring om zich te focussen op de details. Het overheersende paradigma is al jaren dat van ‘close reading‘, waarbij bepaalde teksten minutieus worden uitgeplozen. Vrolijk overdreven voorbeeld hiervan is het essay “Ulysses Gramophone” van Derrida, waarin hij tachtig pagina’s wijdt aan het woordje ‘yes’ in Ulysses van James Joyce.
Een kwestie van geluk
Hoe nauw hangen geluk en succes met elkaar samen? Is geluk afdwingbaar of te garanderen? Of is talent doorslaggevend voor succes? Is het een kwestie van geluk dat je talent bezit? De drie personages in Esther Freud’s nieuwe roman Een kwestie van geluk ervaren ieder op eigen wijze dat talent schromelijk wordt overgewaardeerd.
Op hun eerste dag aan de toneelschool vertelt de directeur een heel ander verhaal. ‘Op Drama Arts leer je je transformeren in een personage. Je speelt geen toneel. Je huppelt niet verkleed rond. (…) Je moet leren zijn. Je moet leren bestaan in je eigen wereld op het podium. Op andere toneelscholen leer je niks. Op andere toneelscholen wordt een reeks stukken opgevoerd in de hoop dat er met een beetje geluk iets blijft hangen. Zulke acteurs hebben geen idee waar ze zijn of waar ze naartoe gaan. Een student van Drama Arts onderscheidt zich echter van deze kleurloze troep. Een student van hier heeft een doel, een bepaalde energie die hem voortdrijft. Je leert iets, je krijgt een opleiding!’
Eén van de studenten sputtert nog tegen: ‘Soms zie ik namelijk echt goede stukken, met acteurs die niet eh… hier zijn opgeleid… en eh, is dat dan een kwestie van geluk dat ze goed zijn?’ Volgens de directeur van de toneelschool is dit niet een kwestie van geluk, maar het onvermogen van de student om het verschil te zien tussen kunst en interpretatie.
Eén van de personages, Nell, heeft nadat ze van de opleiding is gestuurd moeite om een baantje te vinden. De agent van Nell stuurt haar daarom naar een auditiecoach. De coach helpt haar om meer zelfvertrouwen te krijgen. Dit lijkt Nell echter wel heel gemakkelijk: ‘Dus het is gewoon… een kwestie van zelfvertrouwen. Is dat alles?’. Daarop antwoordt de auditiecoach: ‘Zelfvertrouwen. En van talent natuurlijk, en geluk’. Twee weken later heeft Nell haar eerste professionele rol.
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.
De schuldigen en nog wat
Let op! Dit is een recensie van een redacteur van ons over een boek geschreven door een andere redacteur van ons. En ondanks het feit dat hij volhoudt een objectieve beschouwing te hebben gegeven, moet u dat niet geloven. En al helemaal niet via deze link het boek aanschaffen. Want dan zou er zomaar het equivalent van twee stevige slokken bier onze kas instromen. Einde redactie-interventie.
De romanschrijver doet iets met de werkelijkheid waarin wij leven. Hij overdrijft, verdicht, maakt beter zichtbaar, doet nadenken. De goede romanschrijver tovert met perspectieven, speelt met ideeën. De lezer herkent.
In “De Schuldigen”van Thomas van Aalten komt een activistische studentengroep voor, die de Balkan en Al Quaida verbindt. Toen ik het boek las en gegrepen werd door het verhaal, kwam het nieuws met de mededeling dat “Otpor”, de studentenbeweging die het regime in Servië op de knieën heeft gekregen, haar benadering exporteert naar de Arabische Landen. Voert men daarmee regie vo over de Arabische lente, mogelijk ook met Amerikaanse sponsoring? Of het waar is weet ik niet, maar het is mooi om te zien hoe fictie wordt gepasseerd door dagelijks nieuws.
Het boek boeit. Thomas neemt de bankiers en de financiële wereld op de korrel, het grote geld, de levensstijl, de leegte van het plutocratenbestaan. Hij maakt het spannend door “de Machine”, een metafoor voor de stress in de financiële wereld. Bestaat die “Machine”? Misschien niet: maar de hoofdpersoon vindt op alle electronische displays persoonlijke boodschappen aan hem, waarmee hij zijn handelen op de beurs effectief maakt. Dat is beangstigend.
Er is nog een lijn in het verhaal, die van de artistieke expressie: de leegte wordt bestreden door nieuwe expressievormen, die het ‘Gesammtkunstwerk’ moeten benaderen. In de vorm van pornografische beelden uit de mobiele telefoon is dat nog betrekkelijk onschuldig, maar de hiervoor genoemde groep overschrijdt een grens door die artistieke expressie ook politiek te maken. En die expressie wordt meer dan alleen virtueel. Inspirator is een doorgedraaide docent van de UvA, die ‘Volck’ heet. Mag hier enige kregelheid over het opgebloeide populisme worden bespeurd?
Maakt God een comeback?
Het is één van de stokpaardjes van Wilders: de Islam is een politieke ideologie. Wilders heeft gelijk. Een beetje. De Islam is naast een geloof ook een ideologie. Kijk naar Iran of Saoedi-Arabië en je ziet hoe de machthebbers religie gebruiken als politieke ideologie. Maar wat te denken van het christendom? Het boek ‘The Barbarian Conversion’ laat de oeroude verwevenheid zien tussen christelijke religie en politiek. Dat het christendom is wat het is, hebben we te danken aan de Romeinse –heidense- keizer Constantijn de Grote. In het jaar 325 stippelde hij de koers uit die de nieuwe Romeinse staatsgodsdienst in wording zou varen. Christelijke normen en waarden, gefundeerd op een keizer die zijn eigen vrouw en zoon doodde.
In het boek van professor Fletcher lezen we onder andere over de bekeringen van de Romeinen, de Galliërs, de Engelsen, de Friezen en de Letten. Waarin geloofden deze barbaren voor hun bekering? De Engelse historicus is eerlijk: we weten daar bitter weinig van. Vaak doet de auteur een wetenschappelijke gooi: hij laat eerst de originele bron aan het woord en laat zien wanneer hij overgaat tot speculatie. De bekeringen verlopen volgens een vast patroon. Eerst wordt de vorst, na jarenlange moeite, gekerstend. Pas na het winnen van beslissende veldslagen gaat de vorst over tot het christendom. Met andere woorden: de nieuwe christelijke god moet zich eerst bewijzen. Na de vorst volgt de aristocratie en pas daarna het plebs. De bekering van een volk gaat nooit snel, maar juist altijd langzaam. Dat was voor mij een eyeopener: Europa werd niet snel bekeerd, het hele proces duurde meer dan een millennium!
In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.
The Origin of Wealth
Eigenlijk kan ik de recensie van het boek “The Origin of Wealth” van Eric Beinhocker het best als volgt samenvatten: Ieder boek dat in staat blijkt op overtuigende wijze duidelijk te maken dat zowel de hedendaagse meest gebruikte economische theorieën niet kloppen alsmede dat én politiek links én politiek rechts onhoudbare aannames hebben in hun filosofie, is het waard om gelezen te worden.
En dan krijg je terloops ook nog een volledige les geschiedenis over het ontstaan van de economische “wetenschap” (wat in zijn ogen nog geen wetenschap mag heten) en alles wat dat voortbracht.
Het is alleen jammer dat het de auteur niet gegeven is om een nieuwe theorie neer te zetten.
Voor de rest is het heel lastig om zo’n breed uitwaaierend werk goed samen te vatten. De schrijfstijl is vlot, de theoretische aspecten worden duidelijk uitgelegd en er zitten lekker veel sprekende voorbeelden en cases in. En af en toe is het gewoon humoristisch. Tenminste, als je je niet dogmatisch vastklampt aan verouderde economische principes.
Zo is het ronduit vermakelijk om te lezen dat op zeker moment in de tijd een economische wetmatigheid beschreven wordt gelijk aan de hoofdwet van de thermodynamica. Zag er schitterend uit en iedereen omarmde het. Alleen jammer dat de wat later verschenen tweede wet van de thermodynamica niet op gelijke wijze werd omgezet in een economische wet. En daarmee is eigenlijk de hele wetmatigheid in ieder geval wetenschappelijk gezien waardeloos geworden en praktisch gezien beperkt bruikbaar.
Het Kwaad
Safranski’s boek gaat over ‘het Kwaad’, het nadenken over de oorsprong van het kwaad en de relatie tussen God, vrijheid en het kwaad. De auteur geeft inkijkjes, maar pretendeert geen allesomvattend overzichtswerk te schrijven. In ieder hoofdstuk werpen nieuwe steeds nieuwe grote westerse denkers een ander licht op het onderwerp. Die benadering doet recht aan de complexiteit van het thema. Er is zoveel geschreven over ‘Het Kwaad’, dat een allesomvattend overzichtswerk simpelweg onmogelijk is. Van Plato tot Kant en van Sartre tot Aristoteles: er zijn letterlijk duizenden boeken geschreven die de duistere kant van het leven behandelen. De schrijfstijl is zeer toegankelijk, maar desondanks is werk van Safranski geen pageturner. De reden is dat het onderwerp filosofisch, abstract en van hoogintellectueel niveau is. Dat is tegelijkertijd de aantrekkingskracht van het boek: hoeveel boeken over moeilijke onderwerpen lezen lekker weg?
Het Goede
De schrijver hanteert een thematische afbakening. Hij bespreekt wat westerse filosofen geschreven hebben over het kwaad. Augustinus, Nietschze en Freud tref je in dit werk volop aan, oosterse wijzen als Boeddha, Ghandi of Confucius zul je niet aantreffen. Verder luidt de ondertitel van zijn boek: ‘Of het drama van vrijheid’. Dankzij onze vrijheid, hebben we ook de vrijheid om het kwade te kiezen. Met vrijheid bedoelt Safranski de vrije wil van de mens. De ondertitel geeft al aan dat het boek zich niet beperkt tot één enkel onderwerp. Sterker nog: het boek gaat evengoed over God, het goede, de werkelijkheid, De vrije wil en vrijheid in het algemeen. Al is de hoofdstukindeling min of meer chronologisch, uitweidingen en zijwegen worden niet geschuwd. Na een bespreking van de 4e eeuwse kerkvader Augustinus en zijn mening over de zonde en de Heilige Geest, gaat hij makkelijk over op de mening van 20ste-eeuwer Albert Einstein. Zo horen we Einstein spreken over menselijk bewustzijn. “Een menselijk wezen is een deel van het geheel dat we ‘universum’ noemen, een in tijd en ruimte begrensd deel. Hij ervaart zichzelf, zijn gedachten en zijn gevoelens als losstaand van alle anderen –een soort optische illusie van zijn bewustzijn. Die illusie is voor ons een soort gevangenis die ons beperkt tot onze persoonlijke verlangens en onze genegenheid jegens de weinige personen die ons na staan. Onze taak moet het zijn onszelf uit die gevangenis te bevrijden.”
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.