Beleggen in kunst en wijn?
Christophe Spaenjers promoveerde onlangs aan Tilburg University op het onderwerp alternatieve investeringen en is nu Assistant Professor of Finance aan HEC Paris. Dit artikel is gebaseerd op een bijdrage van de auteur aan het magazine Faces en verscheen eerder op Sociale Vraagstukken.
Vanwege de ondermaatse rendementen op financiële activa is er een groeiende aandacht voor alternatieve beleggingen zoals kunst, postzegels, en wijn. Verzamelobjecten kunnen inderdaad bijdragen aan een grotere risicospreiding van de beleggingsportefeuille. Helaas worden de valkuilen door investeerders vaak genegeerd.
Om te beginnen is het nuttig op te merken dat hoge prijzen voor verzamelgoederen niets nieuws zijn. Aan het einde van de achttiende eeuw werd op een veiling in Amsterdam een klein fortuin van 299 gulden betaald voor een bijzonder soort zeeschelp. Schelpen werden destijds gekocht door rijke verzamelaars met een passie voor unieke en exotische objecten – hetzelfde soort lui dat een eeuw eerder hoge prijzen betaalde voor tulpen. Maar in de negentiende en twintigste eeuw zorgden nieuwe ontdekkingen van zeeschelpen voor sterke prijsdalingen. Vandaag zijn de meeste schelpen bijna waardeloos.
Smaak stuurt vraag
Wanneer we echter abstraheren van zulke uitzonderlijke veranderingen in het aanbod, hangen de rendementen op verzamelgoederen vooral af van evoluties in de vraag. Echter, (r)evoluties in smaak maken die vraag een moeilijk te voorspellen factor. Een schilderij van Johannes Vermeer dat uit dezelfde collectie kwam als de schelp bracht ongeveer zeven keer minder op. Kunsthistorici en verzamelaars hebben Vermeer lang links laten liggen. In 1881 werd het schilderij ‘Het Meisje met de Parel’ – weliswaar in slechte staat – verhandeld voor amper twee gulden. Een drastische verandering in smaak en een film maakten Vermeer een veel populairdere artiest vanaf de late twintigste eeuw.