Aristoteles (4): Onlogisch redeneren
Aristoteles staat bekend als wetenschapper, als arts en vooral als filosoof. Zijn invloed op de wijsbegeerte is enorm geweest. In deze reeks bekijken we hem in enig detail.
Naast de formules voor de ‘juiste’ manier van denken, waarover we het vanmorgen hadden, stelde Aristoteles ook formules op voor herkenbare denkfouten: de zogenaamde drogredeneringen.
Drogredeneringen
Wanneer we stelling B van de voorgaande redenering vervangen door een negatief oordeel, werkt het niet meer. Kijk maar:
Wie denkt dat we hieruit kunnen concluderen dat Socrates onsterfelijk is heeft het mis. Dat is een drogredenering. Alle koeien eten gras. Mijn zwarte kat eet gras. Mijn kat is een koe? Nee, dat gaat niet op.
Drogredeneringen maken wij onbewust erg vaak. Omdat onze logica niet klopt, of omdat onze aannames niet kloppen. Verder kunnen we fouten in onze redeneringen maken door verkeerd woordgebruik.
Aristotelische logica
Aristoteles was niet de eerste die het bestaan van drogredenen erkende. Al voor hem had Plato uit frustratie met de streken van de sofisten al een aantal redeneerfouten aangestipt. Maar Aristoteles bracht dit soort fouten systematisch in kaart. Al deze fouten trachtte hij te tackelen door ze te vervatten in formules.