Zuur en nu zoet
Het duurt natuurlijk niet lang meer of de eerste verkiezingstaal komt uit het kabinet zetten. En de boodschap van de regeringspartijen is eenvoudig te voorspellen: “we hebben dan wel moeilijke maatregelen genomen, maar dat is nu de motor achter de opleving van de Nederlandse economie.” En het ziet er naar uit dat de grafieken net op tijd een stijgende lijn gaan vertonen om dat met enig fatsoen te kunnen zeggen. Maar de assumptie die daar achter ligt, dat een moderne westerse overheid voldoende grip heeft op economische conjunctuur om een wijziging in te zetten, is een twijfelachtige.
Ik ga ervan uit dat je boel kunt verknoeien, maar is een westerse economie centraal maakbaar? Veel politici zetten op deze vraag nogal eenzijdig in: als de economie slecht draait, wijdt de politiek dat aan wereldwijde conjunctuur, terwijl oplevende lijnen aanduiden dat de ‘juiste maatregelen hun effect sorteren’. Politici zijn grote gelovers als het om het gewicht van beleid gaat. Maar zij lijken wel eens te vergeten dat het BNP en de banenmarkt wordt bepaald door het bedrijfsleven met haar eigen wetten. En dat de koers van de dollar of de prijs van een vat olie economisch wel eens belangrijker kan zijn dan die paar honderd mensen in Den Haag.