Sturing van de energietransitie: duwen tegen een touw
ANALYSE -
Windturbines (hier bij de bruinkolenmijn bij Garzweiler, Duitsland). Alle energieopties roepen verzet op.
Het lijkt wel een nationale hobby: discussiëren over de vraag welke opties we het liefste willen, of vooral juist niet willen.
Wel wind, maar niet op land. En op zee is het te duur. Energiebesparing? Moeilijk moeilijk moeilijk. Biomassa? Alleen als ‘ie door en door duurzaam is, en niet wordt bijgestookt in kolencentrales. Geen benutting van restwarmte; vroeger niet omdat kapitalistische warmte niet welkom was in socialistische huizen, nu niet omdat de restwarmte van kolencentrales afkomstig is. En omdat we binnen een paar jaar al magisch in het beloofde land van allemaal nul op de meter-woningen zijn aangeland. O ja, en geen geothermie want daar kan fracking voor nodig zijn en dat schijnt heel eng te zijn. En natuurlijk geen CO2-afvang en opslag, want dat houdt het fossiele systeem in stand. En zeker geen kernenergie, dat spreekt voor zich.
En zo voort en zo verder.
Ik vind dat er nog te weinig verzet is tegen zonne-energie, laat ik die ondankbare taak dan op me nemen. It’s a dirty job, but someone’s got to do it. Het is toch eigenlijk absurd dat er op Ameland een zonnepark is verrezen op een weiland waar eerst de grutto’s en de kieviten broedden; en dat nota bene met geld van het Waddenfonds dat bedoeld was om de natuur te versterken, niet om weidevogels weg te jagen. Terwijl er overal nog daken van huizen en bedrijven ter beschikking zijn die eerst maar eens vol moeten voor de weilanden eraan moeten geloven.