Italie heeft er een nieuwe partij bij. Onder de naam De Linkse Regenboog doen vier radicaal-linkse partijen mee aan de verkiezingen die op 13 en 14 april plaatsvinden. Het gaat om de Italiaanse Groene Partij (Verdi), de gematigde communisten (PRC), de orthodoxe communisten (PdCI) en Democratisch Links (SD), een afsplitsing van de sociaal-democratische partij met, ironisch genoeg, als doel om heel Italiaans links te verenigen. Samen waren deze partijen in het verleden goed voor een dikke 10% van de stemmen, maar het is maar de vraag of ze dat bij de komende verkiezingen zullen halen. De fusie van de vier partijen is namelijk niet geboren uit samenwerkingszin, maar uit een bittere strijd om electoraal te overleven.
De oorzaak ligt in de eerste plaats bij een verkiezingshervorming die Berlusconi in 2005 doorvoerde, en die verschillende drempels voor kleine partijen opwerpt. Om als onafhankelijke partij in het parlement verkozen te worden moet een partij minimaal 4% van de stemmen krijgen, wat van de bovenstaande partijen eigenlijk alleen voor de gematigde communisten een mogelijkheid zou zijn. Een coalitie van partijen moet minstens 10% van de stemmen halen, en partijen binnen de coalitie minstens 2%. Vooral die laatste regel wordt gezien als een truc van Berlusconi om zijn tegenstanders uit te schakelen, omdat met name de voormalige Olijfboomcoalitie veel kleine partijen bevatte.
Deze wetgeving zorgt voor het ontstaan van grote coalitieblokken in Italie. Berlusconi heeft een nieuwe partij, Volk van de Vrijheid, (PdL) opgericht waarmee hij het grootste deel van Italiaans rechts heeft verenigd. Italiaans links (en delen van het centrum) was voorheen verenigd in De Unie, en daarvoor zoals gezegd in de Olijfboomcoalitie, maar beiden bestaan niet meer. Nu heeft het merendeel van die partijen (op radicaal links na dus) zich verenigd in de nieuwe Democratische Partij, die specifiek is opgericht om Berlusconi te verslaan. Voorman van de Democratische Partij is de populaire oud-burgemeester van Rome Walter Veltroni, die een Obama-stijl campagne voert inclusief de slogan “Si può fare!”. Ondanks het feit dat Veltroni zelf een communistisch verleden heeft, heeft hij zonder veel schuldgevoel de samenwerking met radicaal-links opgezegd.
En die partijen dreigen nu dus door de machtsstrijd tussen de twee grote politieke blokken vermorzeld te worden. Ze hadden geen keus dan samenwerken. Ondanks de fusie ziet het er echter somber uit voor de nieuwe linkse partij. Leider Fausto Bertinotti is weliswaar een bekend politicus, maar het is maar de vraag of zijn wat ouderwets-linkse retoriek genoeg Italiaanse kiezers zal aantrekken. Daarnaast heeft de partij vanaf het begin al last van intern gekibbel: zo wilden de Groenen absoluut dat de term “ecologisch” in de naam zou komen, en wilden de communisten absoluut de hamer en sikkel in het logo.
Ironisch genoeg is het mogelijk dat de nieuwe linkse partij uiteindelijk Berlusconi aan de macht zal helpen. Als ze de kiesdrempels niet halen, betekent dat een hoop verspilde linkse stemmen, misschien wel genoeg om Berlusconi net aan die meerderheid te helpen die hij nodig heeft. Hoe dan ook, Italie, het land van de duizend partijen, lijkt hard op weg een tweepartijstaat te worden.
Reacties (3)
Tja, dat is wat een kiesdrempel doet. Je ziet wel in meer iets minder democratische landen van die kiesdrempels, gewoonlijk met het doel bepaalde minderheden uit het parlement te houden, vaak ook met het doel door veel stemmen naar niet vertegenwoordigde partijen meerderheden te creeren met een minderheid aan stemmen (denk voor een voorbeeld aan Turkije).
@Bismarck: ik ben tegen kiesdrempels, maar ze zijn zeker niet voorbehouden aan minder democratische landen. Zweden (en als dat al geen democratie is, wat is het dan nog wel?) heeft ook een kiesdrempel van 4%
@2: Tja, ik zie een kiesdrempel toch echt als een inperking van democratie. Dus ook maar twijfelen aan de democratie van Zweden (is Zweden trouwens niet een monarchie?).