Weeralarm
COLUMN - Het plan was om met de kinderen bij een vriendin in de tuin te gaan liggen. De tuin lag diep in Brabant. Beetje met water klooien, beetje koffiedrinken, gewoon relaxed. Ik stapte met kinderen in de auto, het was een uur en een kwartier rijden. Het beloofde een zonnige dag te worden. In de auto ging de radio aan en de dj had het over noodweer. Ik besloot hem nog even te negeren want dat zou mijn plannen behoorlijk in de war sturen. Dat de lucht steeds donkerder werd negeerde ik net zo hard. Tot de eerste druppels vielen. Binnen een minuut kwam het met bakken uit de hemel. De dj had het over code oranje. Ik zou recht de hagel, regen, windstoten en weet ik wat voor ellende nog meer inrijden.
Ik zie niet zoveel als het regent. Ik rijd dan liever niet. Rijden in het donker vind ik ook niets. Ik doe het wel, maar met stevige tegenzin. Ik reed in de zeikende regen en het werd steeds donkerder. De dj bleef maar herhalen hoe vreselijk het zou gaan worden deze dag. De code oranje van het KNMI kwam om de twee minuten voorbij. Ik besloot te keren. Ik zag het niet zitten om straks door nog heftiger ellende terug te moeten rijden. Ik belde af. “Buienradar geeft aan dat we het ergste al gehad hebben”, zei de vriendin. Maar de dj had het over code oranje en het journaal begon ook al over dat vreselijke noodweer. Ik durfde gewoon niet meer. Toen ik bijna weer thuis was werd bij de codes voor het eerst een tijdstip afgegeven. Vanaf vier uur. Dat hadden ze wel eerder kunnen zeggen. Dan had ik dus toch gewoon een simpel buitje te pakken. Eenmaal thuis plofte ik in de volle zon in de tuin.
Ik appte met de vriendin rond half  vier. Niets aan de hand, ze waren een flinke wandeling aan het maken. Ik bleef informeren en het kwam erop neer dat het even had geregend die dag, maar dat van noodweer bij hun geen sprake was. Ik had dus gewoon in haar tuin kunnen gaan hangen. Verdomme.