Eurocraat

150 Artikelen
70 Waanlinks
1.512 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Massademonstraties en rellen: ook in Nederland?

Demonstrie museumplein 2004 (Foto: Flickr/Martijn vdS)

Frankrijk ligt plat. Nu is dat voor Frankrijk niet iets heel bijzonders, maar de huidige staking is ook naar begrippen van dat stakingsgeile land behoorlijk groot. En wordt gesteund door een grote meerderheid van de bevolking, wat ook lang niet altijd het geval is. Recessie, massale werkloosheid en een overheid die in de ogen van veel mensen te weinig doet: het maakt de Franse burger schijnbaar woedend.

Frankrijk staat niet alleen. In IJsland, Litouwen, Letland en Bulgarije, landen die het zwaarst door de crisis zijn getroffen, vonden de afgelopen dagen straatrellen plaats. In Griekenland is het al maanden onrustig. Daarmee vergeleken is het in Nederland bijzonder kalm. Blijft dat zo?

We weten sinds de overwacht zeer succesvolle vakbondsdemonstraties in 2004 dat Nederlanders wel degelijk in grote getale op de been kunnen komen. Toch lijkt het rustig.

Maar die rust is misschien bedriegelijk. Vooral nu de hoogte van de pensioenen in het gedrang begint te komen. En er is één gouden regel in de Nederlandse politiek: kom niet aan de oude dag van de babyboomers. De generatie die is opgegegroeid met demonstreren en oud is geworden met het strikt behartigen van de eigen belangen laat zoiets niet over haar kant gaan. Als daar de komende maanden -met zeer verslechterde economische omstandigheden- nog een hoop jongeren bijkomen die dankzij het last in, first out-principe plotseling op straat staan, kon het nog wel eens flink druk worden op het Malieveld.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het gevaar van een bankierseconomie

Donkere wolken verzamelen zich boven London City (Foto: Flickr/Trenchfoot)

Het failliet van de IJslandse economie is inmiddels bijna spreekwoordelijk, maar de Britse economie lijkt bijna evenveel problemen te hebben. Niet alleen is het land inmiddels officieel een recessie ingegaan, maar insiders spreken inmiddels over de Londense City, het financiële centrum van de wereld, als het “Reykjavik aan de Theems”. De financiële sector in Groot-Brittannie is goed voor zo’n 10% van het BNP, en dat getal wordt nog veel groter als je alle bedrijven meerekent die er direct van afhankelijk zijn voor klandizie (advocatenkantoren, consultancy’s). De neergang van de financiele wereld betekent daarmee onherroepelijk de neergang van de Britse economie.

Nu geldt dat natuurlijk voor wel meer sectoren. Als een land afhankelijk is van autoproductie, en die sector doet het slecht, dat heeft dat natuurlijk economische consequenties. Maar in bijna geen enkele sector kan het verval zo snel en zo compleet zijn als in de financiële wereld. Het afsterven van agrarische, industriele of dienstensectoren is doorgaans een langzaam proces, zodat een land zich tijdig kan aanpassen door over te stappen op iets anders. Maar een bank of hedge fund kan, zoals we zoveel hebben gezien de afgelopen maanden, in één klap failliet gaan, zonder enige waarde achter te laten.

En de Britse overheid heeft deze situatie zelf gecreeerd. De afgelopen jaren is een bewust beleid gevoerd om de financiële sector zo veel mogelijk te steunen: met minimale regels en een zo sterk mogelijke pond. Dat dit met name ten koste ging van de toch al kwakkelende Britse industrie, wier producten hierdoor schreeuwend duur werden, werd op de koop toe genomen. Het leverde immers een enorme economische groei op en maakte de Britten tot de economische tijgers van Europa. Tot het mis ging.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De bestuurderscarrousel

Iedereen wil het mooie paard vooraan (Foto: Flickr/Ribo Photography)

Een nieuwe, onregelmatig terugkerende -laten we zeggen ongeveer eens in de drie maanden- rubriek op Geencommentaar: de bestuurderscarrousel. In Nederland worden immers nog altijd een hoop bestuurders los van verkiezingen benoemd. En hoewel de volksvertegenwoordiging daar een steeds grotere greep op krijgt, is er nog steeds een belangrijke rol voor de rokerige achterkamertjes waarin de grote mideenpartijen er onderling voor zorgen dat ze allemaal goed vertegenwoordigd zijn. Dat maakt het speculeren naar potentiele burgemeesters en commissarisen van de koningin een leuk kroegspelletje, en dus ook een leuk GCspelletje. Reaguurders worden vooral opgeroepen hun eigen voorspellingen in de groep te gooien.

In deze eerste aflevering van de bestuurderscarrousel hebben we twee CvK’s in de aanbieding (Brabant en Drenthe) en één grote stad (Groningen).

Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant:
Qua politieke kleur is dit niet zo’n spannende kandidatuur: de CvK van Noord-Brabant is namelijk sinds liberaal Jhr. Paulus Jan Bosch van Drakestein in 1894 het stokje doorgaf altijd een CDA’er (of een van diens voorgangers) geweest. Het CDA is in Brabant met afstand de grootste partij. Bovendien voelt het CDA zich met PvdA’ers op het burgemeesterspluche in vier van de vijf grote steden al ernstig benadeeld. Die zullen dus vasthouden aan Brabant. De enige partij die op grond van Brabantse en Nederlandse verhoudingen een claim zou kunnen maken is de SP, die dat principieel niet doet. Jammer misschien, want als bekendste Brabantse en binnenkort werkloze politicus zou Jan Marijnissen een mooie kandidaat kunnen zijn.

Welke CDA’er dan? De laatste jaren geven Brabanders er blijk van graag bestuurders te willen die gewoon gezellig meehossen met carnaval. Met andere woorden: Brabanders. Een redelijke kandidaat zou dan ook veteraan-kamerlid Wim van de Camp kunnen zijn, maar die gaat al naar Brussel. Zijn collega Cisca Joldersma (woonachtig in Tilburg) zou misschien wat kunnen zijn, al heeft die weinig bestuurservaring en, erger nog, is ze gereformeerd. Een waarschijnlijker kamerlid is misschien Ger Koopmans, die weliswaar Limburger is, maar dat is toch bijna hetzelfde. Bovendien heeft hij nauwe banden met de boerenlobby (varkens!).

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Overheid moet grip op raden van toezicht vergroten

TNO's stoffige imago (Foto: Flickr/Berlotti)

Een interessante rel over het salaris van een kandidaat-lid van de Raad van Toezicht van TNO afgelopen week. Minister van Middelkoop van Defensie weigerde in eerste instantie om de benoeming van oud vice-admiraal Jan-Willem Kelder door te voeren (dat moet per koninklijk besluit), vanwege het hoge salaris (220.000 euro, ver boven de Balkenende-norm) dat deze zou krijgen. TNO was het er niet mee eens en stapte naar de rechter. Die heeft inmiddels een uitspraak gedaan: hoewel de minister een benoeming mag weigeren, mag dat niet vanwege het salaris zijn. Het vaststellen van de hoogte van het salaris van de Raad van Bestuur van TNO is uitsluitend de verantwoordelijkheid van de raad van toezicht van TNO.

En daarmee is de kous af, zou je zeggen. TNO is nu eenmaal een Zelfstandig Bestuursorgaan, een van de vele voorbeelden van de semioverheidsorganen waar we in Nederland voor gekozen hebben. De overheid betaald, maar bemoeit zich slechts in beperkte mate met de bedrijfsvoering. Maar, juist om nog enige controle uit te oefenen op zulke ZBO’s heeft de overheid er doorgaans voor gekozen raden van toezicht in te stellen. Sterker nog, volgens de TNO-wet wordt een meerderheid van de leden van de raad van toezicht (vier van de zeven) door de overheid benoemt. Dat betekent dus dat de vertegenwoordigers van de overheid in de huidige raad van toezicht tegen overheidsbeleid hebben gehandeld toen zij instemden met het salaris van Kelder. Quis custodiet ipsos custodes?

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Sarkozy vreest nieuwe mei ’68

Sarkozy (Foto: Flickr/Cyril.Drouot)

Tot een paar jaar terug werd 1968 gezien als een soort wonderjaar. De babyboomers, die toen het maatschappelijk debat nog domineerden, zagen het als het jaar waarin zij collectief de wereld probeerden te veranderen. De verbeelding aan de macht, en dat soort slogans. En wee het gebeente van de niet-babyboomer die het waagde om de erfenis van ’68 ter discussie te stellen (bijvoorbeeld door de zeggen dat er uiteindelijk niet zoveel bereikt is).

Dit veranderde met de generatiemachtswissel van de laatste paar jaar. Het is nu plotseling hip om 1968 (en voor Nederland eigenlijk 1969) te zien als jaar van geweld, gezagsondermijning en krankzinnige linkse ideologie. Gezicht van die stroming is zonder twijfel Nicholas Sarkozy, die meermalen de aanval heef ingezet op het “immorele” erfgoed van 1968. Sarkzoy’s doel is om moraal, respect voor autoriteit en vaderland en arbeidsethos weer centraal in de Franse samenleving te krijgen, en een frontale aanval op alles wat linkse babyboomers ooit hebben gedaan en geroepen lijkt de beste manier om dat te bereiken.

Helaas voor Sarkozy zijn er tekenen dat de huidige generatie Europese jongeren een andere kant uit wil. De rellen in Griekenland van de “600-euro-generatie” (zo genoemd omdat 600 euro het maandsalaris is waar jongeren tot gedoemd lijken te zijn) staan niet op zichzelf. In landen als Spanje en Italie, en niet in het laatst in Frankrijk zelf, staan jongeren voor een behoorlijk uitzichtloze situatie. Niet voor niets heeft Sarkozy al gezegd een terugkeer van 1968 te vrezen. De economische crisis lijkt daarnaast de kans op grootschalige rellen alleen maar te vergroten.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Crisis België laat belang president zien

Belgische en Europese vlaggen (Foto: Flickr/kwatoko)

Naast de hoge amusementswaarde zit er ook een wijze les verscholen in de politieke crisis die België nog altijd in haar greep heeft. En dat is die van de moeizame rol van de koning. Constitutionele monarchieën blijken niet goed opgewassen tegen het langdurig stil liggen van het democratisch proces. En dat is natuurlijk ook logisch. Formeel hebben vorsten weliswaar een grote rol in constitutionele regeringen (onder andere door het aanstellen en ontslaan van de bewindspersonen), maar in de praktijk worden zij geacht hierin het advies van de meerderheid van de in het parlement vertegenwoordigde partijen te kiezen. Maar wat als die partijen het onderling niet eens kunnen worden?

Nu de zoveelste regeerpoging van Leterme is gestrand, ligt het initiatief om de Belgische politiek los te trekken feitelijk bij de koning. Die lijkt echter weinig meer te willen of kunnen doen dan de zoveelste oud-politicus een rondje langs de coalitiepartijen laten maken of te zien of ze het toch niet nog eens een kansje willen geven. En wat zou de koning ook kunnen doen? Op papier heeft hij misschien enige macht maar als ongekozene heeft hij geen enkel mandaat. Hij is niet eens populair.

In zo’n geval zou een verkozen president uitkomst kunnen brengen. En dan niet het Amerikaanse model waarin de president het feitelijke bestuur van het land op zich neemt, maar veel meer het Duitse model, waarbij de rol van de president -net als die van de koning- grotendeels ceremonieel is. Behalve in het geval van een fundamentele crisis in het democratisch bestel (waar de Duitsers wel enige ervaring mee hebben). Dan kan de president als constitutionele waakhond wèl een rol van belang spelen. Hij heeft daarvoor mandaat, want is immers ook zelf voortgekomen het het democratische stelsel.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

QvdD: Excessen bij de politionele acties

“Als je echt wilt weten hoe het zat met de Nederlandse oorlogsmisdaden, dan moet je het onderzoek opnieuw doen. Langduriger, met veel meer historici en onder een veel betere begeleiding.”

Historicus Cees Fasseur stelt dat zijn eigen haastige onderzoek naar de excessen van Nederlandse troepen tijdens de politionele acties in Indonesie waarschijnlijk verre van volledig was. Zestig jaar naar dato lijkt er eindelijk enige politieke wil te zijn om de hele waarheid boven tafel te krijgen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Waterschapsverkiezingen: nabeschouwing

Logo Water Natuurlijk

Ongetwijfeld zult u, net als ik, de zaterdagmiddag nagelbijtend hebben doorgebracht in afwachting van de uitslag van de waterschapsverkiezingen. Nu die er eindelijk is kunnen we één ding in ieder geval vaststellen: voor Water Natuurlijk is het een goede dag geweest. En dus voor GC, dat die partij steunde, ook.

Wel moeten even de berichten in de landelijke pers gecorrigeerd worden: Water Natuurlijk heeft niet meer zetels dan het CDA. De ANP-tellers hebben immers niet de (vele) zetels die het CDA in Limburg onder valse namen hebben gewonnen, en ook niet de geborgde zetels die vertegenwoordigers van boeren (doorgaans CDA’ers) krijgen. Niettemin kunnen we stellen dat het voor het CDA op een nederlaag is uitgelopen: de partij is de dominantie van waterschappen kwijt, en boeren zijn niet meer in elk waterschap almachtig. In zoverre zijn deze verkiezingen toch een succes gebleken.

En hoe zit het met de andere partijen? De landelijke partijen die hebben meegedaan, PvdA, VVD, Christenunie en SGP, hebben redelijke scores behaald. Voor de Algemene Waterschapspartij is het op een teleurstelling uitgelopen: hoewel ze hier en daar zetels in de macht hebben weten te slepen is hun ervaring niet op de wijze beloond als de partij gehoopt had. De Randstadpartij Hollands Tij (met sterke banden met Leefbaar Rotterdam) die in drie waterschappen mee heeft gedaan is er niet in geslaagd een zetel in de wacht te slepen. Ze zijn er nog sprakeloos van.

Vorige Volgende