Martijn Dekker doet als promovendus onderzoek naar datgene wat mensen in conflictgebieden doen om hun eigen veiligheid te verbeteren. Hij reiste hiertoe af naar de Gazastrook, maar door de oorlog is hij gestrand in Jeruzalem. Vandaag deel drie van zijn belevingen, eerder al te lezen op zijn VU-blog.
De signalen begonnen vorige week steeds sterker in de goede richting te wijzen, maar toch veroorzaakte de doortastendheid en snelheid waarmee Israël unilateraal een staakt-het-vuren afkondigde een lichte schok. De mededeling van Hamas dat zij zich er niks van aan zouden trekken, zorgde er echter meteen weer voor dat een gevoel van gelatenheid zich meester van me maakte. Maar toen Hamas een dag later alsnog ook een unilaterale wapenstilstand afkondigde, begon ik er zowaar in te geloven dat er echt veranderingen aan zaten te komen.
Het wordt rustiger
Vanmorgen, na een telefoontje met Ali in Gaza, kreeg het positivisme pas eindelijk een beetje de overhand. Hij vertelde me dat het een rustige nacht was geweest, stiller nog dan die daarvoor, en hij had zowaar weer in zijn eigen slaapkamer geslapen. Toen ik hem vroeg of hij al beweging zag komen in de Israëlische linies, zei hij dat ze zelfs al helemaal weg waren. Het leger heeft zich inmiddels teruggetrokken tot de grensgebieden, zo’n 200 a 300 meter van de grens met Israël. Ali verwachtte dat als het rustig zou blijven, het grootste deel van de troepen de komende drie dagen compleet uit Gaza wordt teruggetrokken, in lijn met wat premier Olmert beloofd heeft.
Het stelt de inwoners van Gaza in staat om weer op te krabbelen en de schade op te nemen. Ik stelde me zo voor dat mensen langzaam, nog lichtelijk verdoofd, verbaasd en knipperend met de ogen uit hun huizen tevoorschijn zouden komen, maar Ali vertelde me dat het inmiddels een drukte van jewelste is. Het lijkt alsof iedereen tegelijkertijd in de auto is gestapt om zo veel mogelijk inkopen te doen en cash te halen. Alles wat thuis op was en in winkels of markten verkrijgbaar is, wordt ingeslagen. Daarnaast, schrijft Ali in een later mailtje, zijn de mensen ook naar buiten gegaan om van de “vrijheid” te genieten, zonder zich zorgen te hoeven maken over bommen en kogels.