De vrijheid van meningsuiting is een principiële waarde van het Westen. De vrijheid van meningsuiting is één van de pijlers onder de democratie. De vrijheid van meningsuiting is voor ons Westerlingen net zo heilig als de Koran in de islamitische wereld.
Als je het aanhoudende opiniërende gekwetter van de commentatoren in kranten en op blogs zo leest over de bestormingen van ambassades in diverse islamitische landen naar aanleiding van het slechtste Youtube-filmpje ooit, dan zou je bovenstaande bijna gaan geloven.
Waarom snappen die moslims nou zo weinig van de Vrijheid van Meningsuiting? Wanneer gaan ze dat credo van Voltaire eindelijk eens overpeinzen: ‘Ik verafschuw wat u zegt, maar ik zal uw recht om het te zeggen verdedigen tot de dood!’?
Achterlijke moslims
Dat het gros van de mensen die nu zo luidkeels lippendienst bewijzen aan de Vrijheid van Meningsuiting daar in werkelijkheid niet om malen zodra iemand iets zegt wat hun eigen maag doet omdraaien, bleek afgelopen week, toen het nieuws naar buiten kwam dat de voorzitter van de pedofielenpartij, Marthijn Uittenbogaard, bij verscheidene banken geweigerd werd toen hij daar een persoonlijke rekening wilde openen.
Zelden heb ik zo’n overduidelijk staaltje discriminatie op grond van politieke activiteiten en meningsuiting gezien. Toch stond er niemand op om het op te nemen voor Uittenbogaards recht gewoon deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer, om het even wat hij allemaal roept. Doodse stilte. Waar was de verontwaardiging op deze evidente inbreuk op Uittenbogaards recht op vrijheid van meningsuiting?