Europese christendemocraten kijken naar het oosten
ELDERS - De christendemocratische Europese Volkspartij (EPP) kwam deze week bijeen in Kroatië, het land dat de Europese buitengrenzen met harde hand bewaakt.
Het teleurstellende besluit van de EU-regeringsleiders om nog geen toetredingsonderhandelingen te starten met Noord-Macedonië en Albanië betekent andermaal een rem op het overbruggen van de politieke kloof tussen oost en west in Europa. Op hun congres in de Kroatische hoofdstad Zagreb deden de Europese christendemocraten, althans voor het oog, een poging om iets goed te maken. Zagreb was bijna twintig jaar geleden, kort na het einde van de Joegoslavische burgeroorlog, de stad waarin de toenmalige EU-leiders de West-Balkanlanden beloofden dat ‘het slechts een kwestie van tijd was voordat de hele regio tot de EU zou behoren.’
Een herhaling van deze belofte zat er niet in, maar volgens Politico zijn de Europese conservatieven wel bereid meer naar het oosten te kijken. Dat komt ook omdat er nu meer Oost-Europese parlementsleden zijn in de EPP-fractie dan afgevaardigden uit Spanje en Frankrijk. Voor het eerst krijgt de EPP een voorzitter uit een van de Oost-Europese lidstaten, namelijk de voormalige voorzitter van de Europese Raad, de Pool Donald Tusk, een ‘bruggenbouwer tussen oost en west’.
Tusk kan nu gelukkig nog een tijdje verder in Brussel want in Warschau is voorlopig geen plaats meer voor hem. ‘Hij is het gezicht van een modern Polen. Een echte christen-democraat, hij staat voor een democratisch Europa dat verenigd is van noord naar zuid en van oost naar west’, zei Manfred Weber, fractievoorzitter van de EPP. Of het geschorste EPP-lid Fidesz uit Hongarije daar nog in past blijft de vraag. Begin volgend jaar zal de EPP een besluit nemen over de hervatting van het lidmaatschap van Orbán’s partij. De nieuwe voorzitter Tusk heeft al wel een helder standpunt over het Hongaarse illiberalisme: ‘Ik denk dat we heel standvastig moeten zijn om tegen dit soort ideeën te vechten.’