Grote variatie in stemgedrag oppositie tijdens Rutte-IV

gastbijdrage van Tom Louwerse, eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees In het publieke debat is terecht aandacht voor de ruwe omgangsvormen in het parlementaire debat. Persoonlijke beledigingen en verdachtmakingen gelden als een teken van sterke politieke polarisatie. Dat biedt echter maar een gedeeltelijk beeld van de verhouding tussen coalitie en oppositie. Allereerst omdat het parlementaire debat slechts een gedeelte van het representatieve werk betreft, maar ook omdat de retorische polarisatie zich toch vooral laat gelden door en ten aanzien van enkele van de rechtse oppositiepartijen – met Forum voor Democratie als meest bekende voorbeeld. In dit stuk kijk ik niet naar wat de parlementariërs zeggen, maar hoe ze stemmen. Dat biedt een zicht op een ander, maar belangrijk, deel van het parlementaire werk. Uit een analyse van hun parlementaire stemgedrag komt naar voren dat oppositiepartijen onder Rutte-IV heel uiteenlopend stemmen. Niet alleen inhoudelijk, maar ook in de mate waarin hun stemgedrag onderscheidend is van de regering en de coalitiepartijen. Steun voor wetgeving Allereerst kunnen we kijken naar de wetsvoorstellen van de regering die onder Rutte-IV in stemming zijn gebracht. Ik laat de begrotingswetten daarbij buiten beschouwing. Het verwerpen van wetsvoorstellen van de regering is een duidelijk manier voor oppositiepartijen om zich af te zetten tegen het regeringsbeleid. Toch zien we over het algemeen veel steun voor wetgeving onder oppositiepartijen. Partijen als Volt, PvdA en GroenLinks en ook de eenpitters Den Haan en Gündoğan steunen ruim 9 op de 10 wetsvoorstellen van de regering. Bij DENK, SP en PvdD gaat het om ongeveer 8 op de 10, en voor BIJ1 iets minder dan 7 op de 10. Bij de oppositiepartijen die je rechts van de regering zou kunnen plaatsen zien we iets lagere percentages, vooral bij Forum (steun voor minder dan de helft van de wetsvoorstellen). PVV, JA21 en Van Haga steunen zo’n 7 op de 10 wetsvoorstellen. Bij Omtzigt, SGP en BBB betreft het pakweg 8 op de 10 wetsvoorstellen. Ter vergelijking staan in onderstaande figuur ook de cijfers voor Rutte-III, waarbij we redelijk vergelijkbare patronen terugzien. [caption id="attachment_341112" align="aligncenter" width="800"] © Stuk Rood Vlees Tom Louwerse Steun-wetgeving[/caption] Nu zijn niet alle wetsvoorstellen even politiek gevoelig. Sommige wetsvoorstellen worden afgedaan als hamerstuk en die heb ik sowieso buiten beschouwing gelaten, maar er zijn ook wetsvoorstellen die unaniem worden aangenomen. Als we die buiten beschouwing laten, dan blijven de percentages steun voor wetgeving relatief hoog voor de meeste partijen, maar bij sommige partijen die al minder vaak steun gaven daalt het percentage nog verder: Forum steunde minder dan 3 op de 10 niet-unaniem gesteunde wetsvoorstellen, en ook voor PVV en Van Haga ligt dit net boven de 5 op de 10. Onder de linkse oppositiepartijen zien we vooral relatief weinig steun bij BIJ1 (iets meer dan 5 op de 10). [caption id="attachment_341113" align="aligncenter" width="800"] © Stuk Rood Vlees Tom Louwerse Steun-wetgeving-in-niet-unanieme-stemmingen[/caption] Hier zien we dus een zeer divers beeld van de mate waarin oppositiepartijen wetgeving van het kabinet steunen: sommige, vooral linkse oppositiepartijen, stemmen heel vaak voor die wetgeving. Aan de andere kant staan partijen als Forum, PVV, Van Haga en in mindere mate BIJ1 die dit veel minder vaak doen. Voorstellen van oppositie- en coalitiepartijen Nu betreft wetgeving maar een klein gedeelte van het totaal aan stemmingen in de Tweede Kamer. De meeste stemmingen gaan over moties, op afstand gevolgd door amendementen. Veel van die voorstellen worden ingediend door oppositiepartijen. Hoe stemt men daarover in de Tweede Kamer? [caption id="attachment_341114" align="aligncenter" width="800"] © Stuk Rood Vlees Tom Louwerse Steun-voorstellen-naar-indiener[/caption] Voorstellen van coalitiepartijen in de Tweede Kamer worden vaak gesteund door die coalitiepartijen zelf en ook door veel linkse oppositiepartijen. Ook BBB, Omtzigt en SGP steunen die moties en amendementen vaak. Dat zijn natuurlijk meestal geen voorstellen die een serieuze bijsturing van het kabinetsbeleid vragen, maar door de steun van de coalitie wel vaak succesvolle manieren om punten te agenderen en een beetje bij te sturen. Met name onder de radicaal-rechtse oppositie zien we minder vaak steun voor deze moties en amendementen. Als een linkse partij de eerste indiener is van een motie of amendement, kan deze heel vaak rekenen op de steun van (andere) linkse oppositiepartijen. Ook BBB en Omtzigt stemmen relatief vaak voor deze moties en amendementen. Coalitiepartijen steunen oppositievoorstellen minder vaak – dat is geen nieuw verschijnsel – maar voor CU en D66 geldt dat zij ongeveer de helft van de moties en amendementen van linkse indieners steunen. Moties en amendementen van rechtse oppositiepartijen krijgen vooral vaak steun van (andere) rechtse oppositiepartijen. Daar zit wel behoorlijk wat variatie in (bijv. Omtzigt steunt minder dan 7 op de 10 voorstellen en rechtse oppositiepartijen), maar dat is wellicht begrijpelijk als je bedenkt dat het ook gaat over voorstellen van bijvoorbeeld Forum om abortus te beperken, door te gaan met gaswinning in Groningen en geen verblijfsvergunningen te geven aan Oekraïners. Linkse oppositiepartijen steunen voorstellen van rechtse oppositiepartijen niet erg vaak; alleen Denk en SP komen boven de 50% steun uit. Ook de regeringspartijen steunen deze moties en amendementen weinig (zo rond de 2 op de 10) en ook minder vaak dan voorstellen van de linkse oppositiepartijen. Onderscheidend en geloofwaardig De analyse laat dus een zeer diverse oppositie zien. Met name sommige linkse oppositiepartijen steunen vaak wetgeving van de regering en hun eigen voorstellen weten, weliswaar minder frequent maar toch nog regelmatig, steun te verwerven van in ieder geval een deel van de coalitie. Het recent door de regering overgenomen PvdA/GroenLinks-voorstel voor een prijsplafond in de energierekening is daar een sprekend voorbeeld van. Een voordeel van een dergelijke opstelling voor oppositiepartijen is dat ze daarmee soms (belangrijke) punten kunnen binnenhalen, zeker als hun steun in de Eerste Kamer noodzakelijk is. Het nadeel is dat ze – in ieder geval in termen van parlementair stemgedrag – minder onderscheidend zijn ten opzichte van de regeringspartijen. Daardoor is voor kiezers bij de volgende verkiezingen ook minder duidelijk wat er zou veranderen als deze partijen aan het roer komen. Aan het andere uiterste zien we partijen als Forum, PVV en Van Haga die relatief vaak tegen wetgeving stemmen, voorstellen van coalitiepartijen vaak verwerpen en hun eigen voorstellen juist vaak verworpen zien door de coalitie en linkse oppositie. Forum en PVV zijn door veel andere partijen uitgesloten van coalitiedeelname en dat zien we ook terug in hun gedrag: zij hebben weinig te winnen bij constructieve oppositie en gaan ‘vol op het orgel’. Hun probleem daarbij is dat ze daarmee wel heel onderscheidend zijn, maar binnen het evenredige en gefragmenteerde Nederlandse politieke landschap nauwelijks een geloofwaardig alternatief kunnen bieden, omdat ze na eventuele verkiezingen weer samen zouden moeten werken met partijen als CDA en VVD om een meerderheidscoalitie te kunnen vormen. Het is in een gefragmenteerd en evenredig politiek systeem als het Nederlandse dus lastig om als oppositiepartij een onderscheidend en tegelijkertijd geloofwaardig alternatief te bieden. Regeringen veranderen nooit geheel van (partij)samenstelling en de partijen die de meeste kans lijken te maken op toekomstige regeringsdeelname zijn ook die oppositiepartijen die wetsvoorstellen van de huidige regering al relatief vaak steunen. Kiezers die echt ander beleid willen, kunnen weliswaar uitwijken naar meer radicale oppositiepartijen, maar het is niet de verwachting dat die partijen electoraal sterk genoeg zullen zijn om een regering te vormen. De Nederlandse kiezer heeft een keuze uit een breed scala aan (oppositie)partijen, maar de invloed op de regeringssamenstelling is in de praktijk beperkt.   Verantwoording De bovengenoemde analyses zijn uitgevoerd op basis van de Dutch Parliamentary Behaviour Dataset, welke het stemgedrag van politieke partijen in de Tweede Kamer omvat. De meeste analyses omvatten de stemmingen sinds het aantreden van Rutte-IV t/m 6 oktober 2022 (in totaal 2710 stemmigen, waarvan 2435 over moties, zo’n 186 over amendementen, 59 over wetsvoorstellen van de regering, 12 over initiatiefwetten en 16 over begrotingswetten). Deze dataset wordt ieder jaar bijgewerkt; de nieuwste data komt eind dit jaar beschikbaar. De DPBP maakt gebruik van de door de Tweede Kamer ontsloten data. Het ontsluiten van deze data voor sociaal-wetenschappelijk onderzoek werd voor de periode na 2017 mede mogelijk gemaakt door het Profileringsgebied Political Legitimacy van de Universiteit Leiden en als onderdeel van het project ‘Who opposes?’ (Projectnummer: VI.Vidi.195.020) dat gefinancierd is door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk onderzoek.

Door: Foto: Tweede Kamer Schermafbeelding Debat gemist stemmingen 18-10-2022
Foto: Schermafbeelding Debat gemist Twwede Kamer stemmingen 2022

Schorsing Baudet

Vandaag wordt in de Tweede Kamer gestemd over een aantal sancties, op te leggen aan de heren Baudet, Jansen en Van Meijeren, allen lid van Forum voor Democratie.

Het Presidium van de Tweede Kamer heeft in een brief aan de Kamer de volgende maatregelen voorgesteld:
1. Een aanwijzing om de nevenfunctie bestuurslidmaatschap van Amsterdam Media Group bv te laten registreren in het nevenactiviteitenregister van de Tweede Kamer en daarmee de overtreding van de Gedragscode te herstellen;
2. Een berisping vanwege het niet registreren van de nevenfunctie bestuurslidmaatschap van Amsterdam Media Group bv.

En daarbovenop, als derde maatregel:

Een schorsing van zeven aaneengesloten kalenderdagen, waarbij het lid Baudet is uitgesloten van het deelnemen aan plenaire vergaderingen (behoudens stemmingen), aan commissievergaderingen  of aan andere activiteiten die door of namens de Kamer worden gehouden.

De extra sanctie voor Baudet wordt voorgesteld op grond van recidive. Het College heeft in een eerdere rapportage over de heer Baudet een klacht over het niet registreren van andere nevenfuncties gegrond verklaard. Op 15 maart 2022 is hem toen een aanwijzing en een berisping opgelegd. “In deze recidive ziet het College grond voor de aanbeveling voor het opleggen van een zwaardere sanctie dan aan de heren Jansen en van Meijeren”.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Partij van de Arbeid (cc)

Het beeld van het voorzitterschap van Arib

COLUMN - van Prof. Dr. Bert van den Braak

Er bestaat vrij breed een positief beeld van het voorzitterschap van Khadija Arib. Daar is ook reden voor. Sommigen menen echter dat zij wel raad had geweten met de fratsen van Van Houwelingen, Van Meijeren en Baudet. Zij zou een krachtdadiger voorzitter zijn geweest dan haar opvolgster. Waar dat op is gebaseerd, is onduidelijk. Het komt zowel uit de hoek van haar sympathisanten, als uit die van ’tegenstanders’ van Vera Bergkamp. Maar ook ‘neutrale’ volgers (journalisten) lijken vaak een nogal vertekend beeld van het voorzitterschap van Arib te hebben.

Toen in 2016 Khadija Arib Anouchka van Miltenburg opvolgde als Tweede Kamervoorzitter zorgde dat voor een goede wending. Van Miltenburg had haar eigen capaciteiten overschat, verloor aan gezag en maakte fouten. Zij trok, door zelf op te stappen, de enige juiste conclusie. Met het voorzitterschap van Arib verdween de krampachtigheid, die het voorzitterschap van haar voorgangster had gekenmerkt. Bovendien beschikte de nieuwe voorzitter over humor en hield zij aan het slot van het jaar leuke speeches. Het was dus niet gek – en ook wel terecht – dat er een positief beeld ontstond.

Minder in beeld is blijkbaar dat ook Arib, net als haar voorgangers Gerdi Verbeet en Van Miltenburg, moeite had met optreden tegen ongepaste uitingen van leden. Verbeet legde bijvoorbeeld Geert Wilders geen strobreed in de weg toen hij staatssecretaris Nebahat Albayrak ervan betichtte criminele vreemdelingen met open armen te ontvangen (hij voegde eraan toe: in samenwerking met haar nichtje Nurten, directeur van het COA). Van Miltenburg stond de PVV-leider toe de term ‘nepparlement’ te gebruiken en D66-leider Alexander Pechtold een ‘zielig, miezerig en hypocriet mannetje’ te noemen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Haatzaaien in de Tweede Kamer

Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen werd er in de Tweede Kamer flink op de bankjes geroffeld. Op de eerste dag vijftien keer, de tweede dag verliep met tien keer wat rustiger.

Het was niet het enige tumult. Het kabinet verliet de vergaderzaal toen Baudet een aanval deed op minister Kaag. In zijn woorden lag de suggestie dat zij onderdeel zou zijn van een internationaal complot tegen de mensheid. Het eindigde er mee dat de voorzitter hem het woord ontnam.

Formeel zat het kabinet daar op uitnodiging van de Tweede Kamer. Daar past een aanval op de persoon van een minister niet bij. Toen Baudet zijn worden niet wilde terugnemen, besloot de voorzitter hem van de rest van het debat het woord te ontnemen.

Psychopaat en bedrijfspoedel

Maar eerder in het debat werd een andere minister ‘klimaatpsychopaat’ genoemd. Dat was Wilders’ kwalificatie van minister Jetten. Desondanks mocht Wilders aan het woord blijven. Pas toen de heer Paternotte van D66 Wilders van repliek diende door hem ‘de bedrijfspoedel van Vladimir Poetin’ te noemen, vond de voorzitter het welletjes:

Ik wil even vragen … Meneer Paternotte, niet op de persoon. Dat geldt voor beiden. Dat hebben we met elkaar afgesproken. Van dat soort kwalificaties wordt het debat echt niet rijker, zeg ik tegen beide collega’s. Laten we het debat voeren vanuit waardigheid.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: © Tweede Kamer Plenaire zaal tijdelijke Tweede Kamer copyright ok. Gecheckt 28-09-2022

Afwijkend stemmen – wanneer wijken Kamerleden af van hun fractie?

ANALYSE - Een gastbijdrage van Simon Otjes, eerder verschenen bij Stuk Rood Vlees.

Deze week stapte Daan de Neef uit de Kamer. Hij kon zich niet vinden in de lijn van de VVD op het gebied van vluchtelingen en asielzoekers. Het opvallende is dat De Neef nooit afwijkende heeft gestemd van de VVD-fractie. Dat komt überhaupt weinig voor, maar je zou verwachten dat iemand eerst afwijkend stemt, voordat die uit de fractie stapt.

Ik heb sinds 1998 152 stemmingen gevonden waarin een individueel kamerlid anders stemde dan de rest van diens fractie. Waarom doen Kamerleden dat?

Het Kamerlid en diens geweten

In het klassieke beeld van de afwijkende stem staat een Kamerlid tussen diens eigen geweten en de lijn van de partij. Ondanks druk van de partij om mee te stemmen met de partijlijn (dat is immers goed voor de sterkte van het merk waar het Kamerlid op gekozen wordt), gaat het Kamerlid toch voor het eigen geweten. In haar proefschrift neemt Cynthia van Vonno dit klassieke perspectief onder de loep. Ze schetst in vier stappen waarom Kamerleden zo vaak met hun fractie meestemmen:

  • Kamerleden zijn het vaak eens met de lijn van hun fractie. Kamerleden kiezen zelf voor een partij waar ze het mee eens zijn en bovendien is er een selectiecommissie die kijkt of Kamerleden de partijlijn wel delen.
  • Foto: © Tweede Kamer Plenaire zaal tijdelijke Tweede Kamer copyright ok. Gecheckt 28-09-2022

    Vragen die (nog) niet zijn gesteld

    van mr. Huub Linthorst

    Leden van de Tweede Kamer stellen veel vragen aan de regering. Te veel, hoor je wel eens. Maar er zijn ook belangrijke vragen die níet gesteld worden. Dat doet dan weer de vraag rijzen waaróm dat zo is. Hierna signaleer ik twee voorvallen uit de afgelopen zomermaanden, die aanleiding hadden moeten zijn voor Kamervragen en kritische commentaren in de pers. Die twee houden verband met elkaar. Berichten of – liever nog – ophef in de pers leiden vaak tot Kamervragen. Andersom hoopt ieder Kamerlid dat zijn Kamervragen tot aandacht in de pers zullen leiden.

    De Koning

    Allereerst de uitspraken van de Koning bij de traditionele ontmoeting van hem en zijn gezin met de pers, bij het begin van de zomervakantie. Op dat moment waren er al tamelijk ontwrichtende betogingen van boeren geweest, die niet altijd correct waren aangemeld en conform de door de burgemeesters gestelde voorwaarden werden uitgevoerd. Én gepaard gingen met intimidatie, verkeers- en andere delicten en verstoringen van de openbare orde. Toch zei de Koning tijdens dat persmoment onder meer: “Boeren draag ik echt in mijn hart”. “Het culturele erfgoed van het platteland wordt gedragen door de boeren”. En: “Wij spreken heel veel met boeren”. “De boeren weten ook dat wij heel erg met hen meeleven.”

    Doneer!

    Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

    In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

    Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

    Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

    Foto: © Tweede Kamer Plenaire zaal tijdelijke Tweede Kamer copyright ok. Gecheckt 28-09-2022

    Vakantieactiviteit in Tweede Kamer: op naar prijsplafond

    COLUMN - ‘De Tweede Kamer is met reces tot en met maandag 5 september 2022‘, leest u als u de website van de Tweede Kamer bezoekt. Een vakantie die bij het journaille bekend staat als ‘komkommertijd’.

    Traditioneel ontkennen Kamerleden dan acht weken op hun luie gat te liggen. Behalve luttele dagen vakantieverlof, wordt deze periode ook gebruikt voor werkbezoeken, wegwerken achterstallig leeswerk en voorbereidingen voor het komende parlementaire werk.

    Het zomerreces ging 8 juli in. Sindsdien zijn er tot gisteren (10 augustus) toch 1.221 Kamerstukken verschenen. Dat lijkt veel, maar een deel is overlap. Bijvoorbeeld bij Kamervragen. Eén Kamervraag kan drie Kamerstukken opleveren: de vraag, de uitstelbrief en het antwoord. Tijdens het reces dienden Kamerleden 183 vragen in.

    De Tweede Kamer heeft de afgelopen weken ook negen wetsvoorstellen mogen ontvangen. Twee daarvan, ingediend 13 juli en 5 augustus komen uit de koker van Kamerleden zelf. Dus nee, er wordt tijdens het zomerreces niet zomaar wat rondgelummeld.

    En nu hebben de fractievoorzitters van de coalitiepartijen nóg een vakantieactiviteit bedacht: vergaderen over de koopkracht. Helaas staat die bijeenkomst niet op de agenda van de Tweede Kamer, laat staan dat het gesprek live te volgen zal zijn.

    Ja maar, het is niet de bedoeling dat Hermans (VVD), Paternotte (D66), Heerma (CDA) en Segers (ChristenUnie) gaan onderhandelen over mogelijke maatregelen om de koopkracht te verbeteren, meldt de NOS. Dat zal ergens volgende week pas gebeuren. Dan staan gesprekken over de begroting voor 2023 gepland.

    Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

    Amper verschil tussen ‘flitsenquête’ en ‘klassieke enquête’

    van Prof.Dr. Joop van den Berg

    Zes jaar geleden werd door de Tweede Kamer het ‘Tijdelijk protocol parlementaire ondervraging’ ingevoerd. Het idee erachter was dat de Kamer in hoorzittingen kon worden geconfronteerd met even noodzakelijke als weigerachtige ondervraagden. Zij vond dat het dan mogelijk moest zijn over te schakelen op een kort enquêteonderzoek, zodat de weigerachtige types verplicht waren om te verschijnen en onder ede te getuigen. Daarvoor hoefden dan niet al die inspanningen te worden verricht die bij een normale enquête gebruikelijk waren, zoals een grondig onderzoek van documenten. Zo’n ‘ondervraging’, zoals het werd genoemd, zou weinig tijd kosten in tegenstelling tot een ‘echte’ enquête. Na vijf jaar experimenteren zou evaluatie van dit instrument moeten plaatsvinden.

    De Kamer heeft twee jaar langer nodig gehad om deze activiteit op haar rendement te waarderen. Gegeven de coronapandemie en de verkiezingen van 2021, is dat verklaarbaar. Ondanks de hoge verwachtingen van snelle ‘ondervragingen’ hebben er maar drie plaatsgehad. Die hebben wel veel aandacht gekregen, het meest nog de ondervraging over de kinderopvangtoeslagen in 2020–2021. De werkgroep-Belhaj (D66) die het nieuwe instrument heeft geëvalueerd, komt tot de conclusie dat het allemaal anders is gelopen dan was verwacht, maar dat de parlementaire ondervraging niettemin haar nut heeft bewezen.

    Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

    In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

    Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

    Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

    Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

    Foto: Gerard Stolk (cc)

    Dag van de Publieke Dienstverlening

    De Tweede Kamer neemt vandaag de hele dag de tijd om in de plenaire zaal over het stikstofbeleid te debatteren. Wat later op de dag vindt in de commissiezalen de eerste ‘Dag van de Publieke Dienstverlening’ plaats. Kamerleden gaan met verschillende uitvoeringsorganisaties en beleidsambtenaren in gesprek om te kijken hoe de publieke dienstverlening verbeterd kan worden.

    Niet geheel toevallig heeft de Tweede Kamer deze dag georganiseerd tegelijkertijd met de VN Public Service Day. Die VN-dag is meer een feestje waar voorbeeldige en innovatieve publieke dienstverleningsprojecten worden gelauwerd.

    Wie het allemaal wil volgen kan zappen tussen de plenaire zaal en de commissiezalen.

    Van 13.30 tot 14.30 uur vinden drie gesprekken tegelijkertijd plaats. In de Troelstrazaal praten Kamerleden met vertegenwoordigers van het CJIB (Centraal Justitieel Incassobureau), Kadaster, de IND en Politie.

    In de Groen van Prinstererzaal worden de Kamerleden bijgepraat door vertegenwoordigers van de Belastingdienst, het directoraat-generaal Toeslagen, de Kamer van Koophandel en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.

    En in de Thorbeckezaal komen UWV, CAK, DUO, Onderwijsinspectie, het Landelijk Meldpunt Zorg en de Inspectie IGJ (Gezondheidszorg en Jeugd) aan bod.

    Dat uurtje wordt vooral besteed aan presentaties van de aanwezige organisaties. Als dat een beetje vlot verloopt (zeg vijf tot zeven minuten per organisatie) is er nog een halfuurtje tijd voor vragen van de Kamerleden.

    Foto: EU2017EE Estonian Presidency (cc)

    Populisme? Of Rutte-doctrine?

    Gastbijdrage door Frank Huysmans

    Moest het parlement nou echt zes uur lang debatteren met de minister-president over hoe en waarom hij sms’jes verwijderde van zijn oude Nokia? Het is oorlog in Europa. Gas, stroom en benzine zijn onbetaalbaar. Asielzoekers slapen op stoelen. Door stikstof ligt de bouw stil. En wat doet de oppositie in de Kamer? Die grijpt een bericht in de Volkskrant aan om populistisch op de premier in te hakken.

    Zo ziet althans De Correspondent-correspondent Jesse Frederik het. In een column die hij uitsprak bij Raad van State noemt hij het onderzoekspopulisme: “Appjes, sms’jes, notulen, nota’s, notities, conceptverslagen, brieven, faxen, telegrammen, rooksignalen – alles moet boven water.” Alleen al van dit spervuur aan informatieverzoeken gaat de suggestie uit dat de regering cruciale informatie achterhoudt. En dus gewantrouwd moet worden.

    Boze Kamerleden en een geïrriteerde premier: gefundenes Fressen voor de nieuwsmedia. Juist daarom moeten zij zich niet in dit spelletje laten meeslepen, zegt Frederik. De echte schandalen liggen voor het oprapen in documenten die al openbaar zijn maar waarvoor niemand zich interesseert. Zie de toeslagenaffaire. Die had al veel eerder aan het licht kunnen komen. Indicaties waren er genoeg; die vielen alleen niemand op. Men had het te druk met ophef.

    Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

    Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

    Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

    Vorige Volgende