Hendrik en Willem Valk: een dubbelportret (1/2)

Deze winter komt het Veenkoloniaal Museum in Veendam met een verrassende tentoonstelling over twee talentvolle broers: Hendrik Valk - de kunstschilder en Willem Valk - de beeldhouwer. Vandaag aandacht voor het werk van Hendrik Valk (1897-1986). Eerlijk gezegd, ik had nog nooit van Hendrik Valk gehoord. Ik kwam eigenlijk voor zijn broer Willem, wiens beelden je overal in de stad Groningen tegenkomt. In het museum had ik al snel in de gaten dat Hendrik de ster van de expositie is. Ik begrijp nu ook hoe dat komt: zijn schilderijen hebben iets magisch, het is onmogelijk om er niet naar te kijken. Met enkele penseelstreken en een steunkleurtje kon hij karakteristieke portretten neerzetten. Het meest subliem is ‘De socialist van het eerste uur’, een van de topstukken van de tentoonstelling.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Wie is deze man?

Het komt niet vaak voor dat je in ons land meerdere schilderijen van Antonie van Dyck tegelijk kunt bezichtigen, maar de komende drie maanden kan dat wel. De Hermitage in Amsterdam presenteert een tentoonstelling over de Antwerpse school. De portretten van Van Dyck zijn goed vertegenwoordigd naast de genrestukken van zijn leermeester Rubens en de groepsportretten van diens tijdgenoot en collega Jordaens. Drie portretten van Van Dyck zijn in Vlaanderen gemaakt, de andere zeven stuks zijn uit de tijd dat hij in Engeland werkte als hofschilder. Helaas ontbreken de portretten uit zijn Italiaanse periode. Anthonie van Dyck gold in zijn tijd als de allerbeste portretschilder. Alle schilderijen van de huidige tentoonstelling zijn afkomstig uit Sint Petersburg.

In de grote zaal hangen enkele levensgrote portretten, zoals dat van Lord Wharton, geschilderd in 1639. Eigenlijk is het schilderij net niet groot genoeg: de geportretteerde past maar net op het doek en de kleuren zijn weliswaar sprekend, maar mij is het net een tikkeltje te imponerend om het oprecht als mooi te kunnen beoordelen. Geef mij maar de intiemere portretten die in de zijgalerijen hangen.

Het meeste werd ik geroerd door het gezinsportret uit 1621. Het is onbekend wie het zijn of welke relatie ze met de schilder hadden, maar is wel zeker dat het in zijn Antwerpse periode is gemaakt. Ik kon minutenlang kijken naar de peinzende vader, de beheerste moeder en het verveelde kind. De ouders lijken alles onder controle te hebben, en ook al zit het meisje rustig op schoot, je verwacht dat ze elk moment in actie kan komen. Als een barokengeltje brengt de dreumes beweging in het schilderij.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De vreugde der plicht

‘Hij had genoeg gemerkt, zei de schilder, hij had althans ervaren wat voor een ziekte dat was, plicht, en wat hij daartegen kon doen, dat zou hij ook doen; de slachtoffers verwachtten dat, de slachtoffers van de plicht.’

Wie kent het gevoel van ‘de vreugde der plicht?’ En moet je altijd je plichten vervullen? Of is overmatig plichtsbesef eigenlijk een ziekte? ‘Plicht’ is een belangrijk thema in de roman ‘Duitse les’ van Siegfried Lenz. Deze schrijver is in Nederland niet zo bekend, maar qua importantie kan hij zonder meer gelijkgesteld worden aan Heinrich Böll en Günther Grass.

In ‘Duitse les’ vertelt Siggi Jespen het verhaal over zijn jeugd in Schleswig-Holstein ten tijde van het Derde rijk. Hij is de zoon van de posthuiscommandant van Rugbüll en zijn echtgenote, zoals hij zijn ouders aanduidt. Siggi’s vader is een plichtsgetrouwe veldwachter die alle orders uit Berlijn strikt opvolgt, te strikt volgens sommige dorpsbewoners. Op een dag ontvangt vader het bevel om er op toe te zien dat zijn vriend en buurman Max Ludwig Nansen stopt met schilderen. De schilderijen zijn ‘entarted’ en alle werken van de laatste twee jaar moeten in beslag worden genomen. Ook al heeft de kunstschilder ooit het leven van Siggi’s vader gered, de posthuiscommandant ziet geen enkele reden om een oogje dicht te knijpen wat het schilderverbod betreft. Voor hem is er geen grotere vreugde als het doen van je plicht.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Oude bekenden vinden onderdak bij het Stedelijk

Dutch girl Na de stormloop tijdens de Warhol-tentoonstelling lijkt de rust weer enigszins te zijn wedergekeerd in het Stedelijk. Daar is namelijk vanaf 19 januari de expositie Eyes wide open van start gegaan die een overzicht toont van de aanwinsten van het museum en de aankopen in de zogenaamde Monique Zajfen collectie. Het laatstgenoemde is een fonds dat wordt gefinancierd door de Broere Stichting waarbij de werken tot 2020 in bruikleen worden gegeven. De jaarlijks terugkerende overzichtstentoonstelling geeft tevens een beeld van het beleid van de directeur, altijd een belangrijke graadmeter voor het succes van het Stedelijk.

Bij binnenkomst loop je eigenlijk al meteen tegen het topstuk van de aanwinsten aan, het zogenaamde Drei Häuser mit Schlitzen van de inmiddels overleden Martin Kippenberger (1953 – 1997). Het is een drieluik met afbeeldingen van gebouwen waarin correctie wordt afgedwongen, respectievelijk de Betty Ford kliniek, de Stammheim gevangenis en de Jüdische Grundschule. Hierbij vermengt Kippenberger zijn persoonlijke leven van verslaving met de geschiedenis en dat maakt het volgens velen tot een weergaloos stuk, maar eigenlijk zijn de afbeeldingen nogal saai en spreken ze weinig tot de verbeelding.

Geheel anders is dat bij Der Vorhang (2005) van Neo Rauch (Leipzig, 1960), één van de protagonisten van de Neue Leipziger Schule, een stroming van schilders die zich vooral met narratieve schilderkunst bezighoudt. De werken van Rauch worden ook wel sociaalsurrealistisch genoemd en in der Vorhang komt dit tot uiting in de verschillende taferelen die het geheel vormen. Het stuk wordt opgedeeld in twee delen door een toneeldoek dat door een militair wordt dichtgetrokken; links staan twee vissers met een vers gevangen zwaardvis, terwijl rechts een soort museum lijkt te zijn waarin met het bloed van een ander zwaardvis wordt geschilderd, een bezoeker rustig rond loopt en ergens onderin ook nog een kleine berechting plaatsvindt. Het is een combinatie van historische en hedendaagse beelden die leidt tot zinsbegoocheling bij de toeschouwer. Hetzelfde geld voor Matthias Weischer (1973, Westfalen), ook van de Neue Leipziger Schule, maar hij gebruikt daarvoor meer stillevens van huizen, o.a. in Korridor (2006).

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De uitwendige blik van Karel du Jardin

Karel du Jardin - Kruisiging Bijzonder als hij toont in ’t werk van zijn penselen

Een scherpe zuiverheid, daar de ogen lang op spelen – Cornelis de Bie in Het Gulden Cabinet der Edel Vry Schilderconst (1662)

Telkens wanneer ik een tentoonstelling van een klassieke schilder bezoek, bekruipt mij een soort gevoel van nostalgie. Het is een soort heimwee naar de tijd waarin de schilders nog fungeerden als chroniqueurs die op realistische wijze portretten, stillevens of landschappen schilderden en op die manier een schat aan informatie over het leven in vroeger tijden voor ons hebben achtergelaten. Natuurlijk, de figuratieve kunst bestaat nog steeds, maar het lijkt niet meer mogelijk om een waarheidsgetrouwe weergave van de werkelijkheid te maken. Wellicht missen de de huidige kunstenaars de verfijning in techniek, heeft men moeite met het Hollandse licht of hebben ze er domweg gewoon geen zin in. De taak lijkt te zijn overgedragen aan de fotografen.

De wintertentoonstelling in het Rijksmuseum toont voor het eerst een serie van 23 werken bij elkaar van de zeventiende eeuwse schilder Karel du Jardin (1626-1678). De schilder van landschappen, dramatische Bijbelse taferelen en portretten van welgestelde lieden uit Amsterdam wist ondanks zijn eenvoudige komaf (zijn vader was vetverwerker uit het slachtafval van runderen) zich op te werken tot één van de meest succesvolle schilders van zijn tijd. Hoe hij dat gedaan heeft en wie zijn leermeesters zijn geweest, is onbekend. Voor het laatste worden Nicolaes Berchem en Paulus Potter genoemd, maar dat is niet met zekerheid te zeggen.

Vorige