Nederland Gedoogland?
Nu VVD, CDA en PVV komende week serieuze coalitie-onderhandelingen gaan voeren, lijkt het eerste minderheidskabinet uit de Nederlandse parlementaire geschiedenis aanstaande. Wat bezielt Rutte, Verhagen en Wilders om uitgerekend met deze ongebruikelijke variant te komen? En hoe groot is de kans dat dit een stabiele coalitie oplevert die 4 jaar uitzit?
De drie partijen hadden uiteraard ook kunnen kiezen voor een ‘normale’ coalitie van gelijkwaardige partners, ieder met ministeriële verantwoordelijkheid. Met een nipte meerderheid van 76 zetels, eventueel opgetuigd met de SGP (de ‘Staphorster variant’), was dit wel degelijk een optie. Sterker nog, een op een ruime Kamermeerderheid leunend kabinet van VVD, CDA en PVV was – althans op papier – voor zowel VVD als PVV altijd de gedroomde variant. Voor de partij van Wilders omdat het simpelweg de enige coalitie was waarbij de PVV zou kunnen aanschuiven. En voor de VVD omdat de partij zo slechts minimale concessies zou hoeven doen op bijv. de hypotheekrenteaftrek, rekeningrijden of andere traditionele rechtse stokpaardjes. Vooropgesteld natuurlijk dat Wilders’ toezeggingen nu meer solide zouden blijken te zijn dan ten tijde van de onvermijdelijke breuk met de VVD-fractie in september 2004.
Maar hoe zat het dan met het sociale gezicht van de PVV, naar het leek letterlijk overgepend uit het verkiezingsprogramma van de SP? Cynischer dan veel PVV-stemmers, hadden Rutte en de zijnen al lang getaxeerd dat de populistische retoriek van Wilders slechts voor de bühne was. De zes jaar die Wilders in de VVD-fractie zat, verdedigde hij immer met verve een stevig neoliberaal beleid. Wilders echte – en enige – issue is de Islam; op het obsessieve af.