Ik kies toch maar de SP
Waarin de auteur, als trouw lid van de PvdA, toch maar SP gaat stemmen.
Je hoeft geen economisch genie te zijn om te zien dat het kapitalisme in een diepe crisis verkeert, dat er nu al vijf jaar gemodderd wordt en dat na al het zuur het zoet voor de meeste mensen nog niet in zicht is. Of dat zij die wél van de crisis profiteren niet per se degenen zijn die het hardst werken, of het meest bijdragen aan het gemeenschappelijk welbevinden. Dat er dus hervormingen nodig zijn van dat vermolmde systeem. Wat mij betreft, moeten die hervormingen worden uitgevoerd langs de moeilijke, langzame, democratische weg en dat maakt me dus tot sociaal-democraat.
Ik zie daarom met bloedend hart dat er twee sociaal-democratische partijen zijn die allerlei kleine inhoudelijke verschillen opblazen en elkaar de hele tijd om de oren slaan met het verleden. (‘Maoïst!’, ‘Neoliberaal!’) Terwijl het enige echte verschil cultureel is: de een wat volkser dan de ander, de ander wat bestuurlijker dan de een. Wat zou ik er niet voor geven als die twee opgaan in een brede partij waarin mensen elkaar vinden in de constatering dat het zo niet langer kan.
Omdat je nu eenmaal niet op twee partijen kunt stemmen, heb ik een tijdje gedacht: ik houd een boekhouding bij. Iedere keer als een prominent lid van de ene sociaaldemocratische partij iets onaardigs zegt over de ander, krijgt de eerste partij een minpunt. Degene die het dichtst bij nul weet te blijven, krijgt mijn stem. Die strategie mislukte doordat beide partijen razendsnel naar een duizelingwekkend dieptepunt zakten.