Hulspas weet het | Als wodka voor de ziel
COLUMN - Generaals denken altijd in termen van de vorige oorlog, zo luidt het gezegde. Staatslieden doen dat blijkbaar ook, zo bleek uit de recente toespraak van Vladimir Poetin. Het buitenland luistert niet naar Rusland, zo klaagde hij. Maar met onze nieuwe wapens zullen ze wel moéten luisteren! De Russische leider demonstreerde daarmee ten eerste een oeroude constante in de Russische buitenlandse politiek: een chronisch onvermogen om vrienden te maken. Gelijkwaardigheid bestaat niet. Rusland wordt al eeuwenlang slechts omringd door vijanden en vazalstaten. (‘De vrienden van Rusland,’ zei tsaar Alexander III al, ‘zijn het leger en de vloot’). En met de verkiezingen in aantocht, roffelde Poetin op dat oude blikken trommeltje: wij Russen, ze motten ons niet! we staan alleen!
Daarnaast demonstreerde Poetin met zijn wonderwapens hoezeer hij de gevangene is van de droom van het machtige Rusland, en een kind van de Koude Oorlog. De Russische economie is de zestiende van deze wereld. Ze hapert aan alle kanten. Maar net als de oude communistische leiders liegt Poetin de bevolking voor dat Rusland het verdient op de eerste rij te zitten. En als de rest niet opschuift, zal hij die plek veroveren door met wonderwapens te dreigen.