Arm Egypte
ANALYSE - De in 2011 begonnen Arabische Lente had ook voor de oudheidkunde ingrijpende gevolgen. Niet alleen slechte. Tot de mooie dingen behoorde dat de demonstranten op het Tahrirplein een ordedienst instelden om het museum te bewaken. Cairo werd zo geen Bagdad, waar in 2003 het museum werd geplunderd en de buit werd verkocht op de zwarte markt.
Exit Hawass
Ik denk ook dat het een verbetering was dat Egyptes flamboyante minister van oudheidzaken, Zahi Hawass vertrok, vermoedelijk de enige oudheidkundige die zich in beroemdheid kan meten met Nobelprijswinnaars.
Ik wil zijn verdiensten niet ontkennen: hij maakte duidelijk dat egyptologie een avontuur kan zijn en nam zo de piramidiotie de wind uit de zeilen. Pseudowetenschappelijke theorieën over mysterieuze piramidekrachten zijn nu uit de mode. Hawass had alleen een paar dingen niet begrepen. In de eerste plaats dat het avontuur van de oudheidkunde intellectueel is, en geen Indiana Jones. Misschien valt hem dit te vergeven, want oudheidkundigen leggen doorgaans alleen de feiten uit en niet hoe we aan die feiten komen – het wetenschappelijk proces dus.
In de tweede plaats: Zahi Hawass begreep niet goed dat geen enkele wetenschapper in het nieuws mag komen met domme opmerkingen. Als je zegt dat je een koolstofdatering zult doen van een stenen voorwerp, zijn er voldoende hoogopgeleiden die herkennen dat je zo alleen organisch materiaal kunt dateren. Zulke fouten zijn catastrofaal. Door de opkomst van het internet is een informatieoveraanbod ontstaan, waarin de burger selecteert en het wetenschappelijke aanbod moet concurreren met dat van nationalisten en fundamentalisten. Daarin heeft de wetenschap één voordeel: ze heeft de reputatie competent en neutraal te zijn. Hawass heeft die beschadigd.