Goed volk | Maria Lichtmis

Elk jaar zijn er in januari weer de nodige mensen die het aftuigen, opbergen en eventueel ritueel verbranden van de kerstboom uitstellen. Je hoeft niet eens last van procrastinatie te hebben, als drukbezet persoon heb je wel wat beters te doen. Voor deze mensen is er goed nieuws: in bepaalde landen, zoals Polen, laat men de kerstboom staan tot en met 2 februari, 'Maria Lichtmis', waarmee de kersttijd wordt afgesloten. Wat is dit precies voor christelijk feest, en meer nog: was er een heidense voorganger ? Het christelijke feest Het feest, dat zowel in de kerk van Rome als in de Oosters-Orthodoxe kerk en enkele protestantse kerken wordt gevierd, wordt in de Rooms-Katholieke kerk tegenwoordig de 'Opdracht van de Heer in de Tempel' genoemd. Bij 'opdracht' moet men aan 'opdragen' denken en het woord wordt ook wel vervangen door 'presenteren'. Het feest heette vóór het Tweede Vaticaanse Concilie Purificatio Mariae (letterlijk: 'zuivering van Maria'), in de volksmond 'Maria Lichtmis'.

Door: Foto: © Sargasso logo Goed volk
Foto: © Sargasso logo Goed volk

Goed volk | Maria Lichtmis

COLUMN - Hoe meer je je met volkscultuur en (historische) etnologie bezighoudt, hoe meer de hele cultuur aan elkaar lijkt te hangen van seizoensfeesten en de daarmee verbonden vruchtbaarheidsriten. De komst van het christendom maakte het er niet simpeler op met door de kerk opgelegde kersteningen links en rechts en heidens gebruiken die doodleuk naast of tijdens het christelijke feest bleven bestaan aan waar niemand moeite mee scheen en schijnt te hebben. Met name de insulaire gebieden zijn hier goed in.

Bovendien kent de volkscultuur fenomenen met talrijke zijtakken die weer in de zijtakken grijpen van andere volksfenomenen. Wie had bijvoorbeeld gedacht dat het feest van Maria Lichtmis, dat twee dagen geleden gevierd is, samen zou hangen met het oprichten van de Sint Brigida-den in Noorbeek? Maar laten we bij het begin beginnen.

Maria Lichtmis: het christelijke feest

Het feest dat tegenwoordig meer bekendstaat onder de benaming de ‘Opdracht (of Presentatie) van de Heer in de Tempel’ is in het westen niet één van de bekendste christelijke feesten, behalve in de Oosters-Orthodoxe Kerk, waar het gevierd wordt als één van de twaalf grote feesten en vanouds Hypapante (“ontmoeting”) genoemd wordt. Men moet dit Maria-feest niet verwarren met het feest van de ‘Besnijdenis van de Heer’ dat op 1 januari wordt gevierd, hoewel alleen nog in Rooms-Katholieke parochies die de oude Tridentijnse Ritus volgen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Dirkswoud (2)

Eind januari van dit jaar was ik op bezoek bij pastoor Engelbertus de Zeeuw. Hij had de voorkamer van zijn pastorie, die naast de St. Clarakerk staat, goed warm gestookt, want het was buiten gemeen koud. Aan de wanden hingen de gebruikelijke kitscherige katholieke schilderijen, waar al tientallen jaren geen doekje overheen was gehaald, en ook een enorm mansgroot houten kruis. Ik zei, wijzend op het kruis: ‘Maar stel nu dat Jezus overleden was doordat hij een visgraatje had doorgeslikt. Daar was hij in gestikt. Dat zal toch meer voorgekomen zijn in de geschiedenis dan dat je aan zo’n kruis wordt geslagen. Dan zouden alle katholieke vrouwen nu met een bronzen visgraat aan een ketting om hun nek lopen. Niet met een kruisje. Voor processies et cetera gebruik je een walvisbot. Het lijdensverhaal hoef je eigenlijk nauwelijks te veranderen. Je laat Judas aan Jezus dat stukje vis geven: eet maar lekker op, Heer! Het vertelt zich vanzelf verder.’

Daar moest de pastoor wel om lachen, maar hij had een ander verhaal. ‘In maart 2005 had ik er ineens genoeg van, van dat hele katholicisme. Ik moest er eens tussenuit, dus ik zei dat tegen bisschop Punt in Haarlem en die zei: neem maar eens drie weken vakantie. Ik zorg wel voor een vervanger. Die vervanger komt, kapelaan Van Baarle, en ik ga op weg naar Wenen. Daar was ik nog nooit geweest en dat wou ik wel eens zien. Mooie stad, veel paleizen, veel kerken. In één van die kerken trad toen een zanggroep op en die groep heette Cinquecento.’