Factcheck: Uitwerpselen

Wellicht heeft u het ook in de krant gelezen: dertigduizend slaven per jaar werden er in het Elmina-Fort in Ghana onder auspiciën van de West-Indische Compagnie verhandeld. In afwachting van hun verscheping werden ze in kleine, bedompte ruimtes opgesloten. Wel duizend slaven in een ruimte van zes bij twaalf meter. Daar moesten ze soms wel tot zes weken blijven staan. In de jaren zeventig werden in de muren van die kerkers tot zestig centimeter boven de vloer sporen van uitwerpselen gevonden. Conclusie, aldus een ingezonden stuk in De Volkskrant van 12 januari 2018: De aan elkaar geketende slaven stonden er wekenlang in hun eigen uitwerpselen, de poep tot boven hun knieën. Daar geloof ik dus helemaal niks van. Slavernij is erg en wat de Nederlanders met hun VOC-mentaliteit in de slavenhandel allemaal hebben gepresteerd, daar past maar één emotie bij en dat is diepe, diepe plaatsvervangende schaamte. Maar er is geen enkele reden om over slavernij bakerpraatjes rond te strooien. Slavernij is op zichzelf al erg genoeg.

Door: Foto: Slavenschip copyright ok. Gecheckt 24-10-2022
Foto: Gustave Doré, Jesaja copyright ok. Gecheckt 26-10-2022

Niks Jesaja

Natuurlijk vlogen de media er weer in, in het bericht dat een afdruk van de zegel van de profeet Jesaja zou zijn gevonden. En media-wijs als u bent, voelde u natuurlijk al aan uw water dat het kulleklap in het kwadraat was. Klinkklare kwakwetenschap.

Het échte probleem is dat archeologen, in het volle bewustzijn dat er onderwerpen bestaan die meteen tot een hype uitgroeien, iets dat “mogelijk” is in hun persbericht vermelden, wetend dat die nuance zal wegvallen. Niet minder erg is dat er media zijn die het spelletje meespelen. Soms vermelden ze het “mogelijk”, soms laten ze het achterwege – slechts een enkele journalist is verantwoordelijk genoeg om uit te leggen wat eraan schort. Ik verwijs naar deze blog, waarin Deane Galbraith de claim kundig fileert.

Simpel samengevat: er staat inderdaad JESAJA (maar dat was geen heel erg ongebruikelijke naam) en daarop volgen letters die zich laten lezen alsof er “profeet” staat, NBYI ofwel nabi. Dat was inderdaad een beroep dat je kon hebben, maar Galbraith wijst erop dat uit teksten uit Lachis, een stad die in deze tijd is verwoest en goed is opgegraven, blijkt dat dat woord destijds anders werd gespeld.

Daar komen nog een paar dingen bij. Om te beginnen: de enige leesbare letters zijn NBY. De I is er door de betrokken archeologe, Eilat Mazar, bij verzonnen. Er zijn diverse andere letters in het Hebreeuwse alfabet – een stuk of twintig namelijk – maar de claim is gebaseerd op één specifieke mogelijkheid. Dit is dus wishful thinking. De drie letters die nu worden aangevuld tot er “profeet” staat, staan bovendien op de plek waar doorgaans de naam staat van iemands vader. Veel waarschijnlijker is dus dat er “Jesaja, zoon van NBY” staat.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: De grote piramide in Giza copyright ok. Gecheckt 18-10-2022

Von Däniken

OPINIE - Sommige artikelen zou je zelf geschreven willen hebben, zoals het stuk van Martijn van Calmthout in De Volkskrant van afgelopen zaterdag over Erich von Däniken. Terwijl Van Calmthout enerzijds duidelijk maakt hoe pseudowetenschappelijk Von Dänikens idee is dat de aarde ooit is aangedaan door buitenaardse bezoekers, schetst hij een uiteindelijk sympathiek portret.

Daar is niets mis mee, maar door dit accent is er geen aandacht voor de negatieve impact van Von Dänikens gefantaseer. Die is echter onverminderd actueel.

Eén probleem is makkelijk te benoemen. Von Däniken heeft een charmante belangstelling voor het erfgoed van exotische culturen, waar hij verbaasd naar kijkt. Die piramiden, zoiets indrukwekkends kunnen die Egyptenaren natuurlijk nooit zélf hebben gebouwd. Die wereldkaart van de Ottomaanse admiraal Piri Reis is zó nauwkeurig dat een Turk het niet kan hebben vervaardigd. Je zou haast denken dat Von Däniken een eurocentrist is die de niet-Europese culturen elke creativiteit ontzegt.

Alleen: het is nog erger. Hij meent namelijk ook dat voor de bouw van Stonehenge technieken nodig waren die de Europeanen in de prehistorie nog niet bezaten. Von Däniken ontzegt dus álle culturen creativiteit. Ik las nooit een auteur met zo’n negatief mensbeeld.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Mythische Jezus

COLUMN - Misschien had ik een ander vak moeten kiezen. Ik leg beroepshalve mensen dingen uit over de oude wereld. Mijn frustratie: als er in de media iets vreemds staat over de Grieken, Romeinen, Babyloniërs en wat dies meer zij, moet ik er steeds weer vragen over beantwoorden. Vanmorgen was het weer raak: zes mailtjes over het interview in de papieren Trouw met dominee Edward van der Kaaij, die denkt dat Jezus niet heeft bestaan.

Toevallig ben ik zijn boek De ongemakkelijke waarheid van het christendom. De echte Jezus onthuld aan het lezen. Noch daarvan, noch van het interview word je vrolijk. Het wemelt van de feitelijke onjuistheden. Volgens Van der Kaaij ontstaat religie uit een archetype over de op- en ondergaande zon: een idee dat honderd jaar over de uiterste houdbaarheidsdatum is. Dat Jezus een mythische figuur is die vervolgens niet meer zo werd herkend en daarom als historisch persoon werd beschouwd, blijkt volgens de dominee uit de geringe aandacht die Paulus besteedt aan Jezus’ aardse bestaan, waarbij hij eraan voorbijgaat dat Paulus schrijft aan mensen die de biografie van Jezus (voor zover überhaupt relevant voor een gelovige) al mondeling hadden vernomen.

Ook lezen we dat Jezus niet wordt genoemd in niet-christelijke bronnen. ‘Dat is vreemd,’ zegt Van der Kaaij, ‘want er wordt altijd gezegd dat hij zo’n enorme indruk heeft gemaakt’. Ofwel: de dominee herkent niet dat evangelisten nogal overdreven. Hij herkent ook niet dat zijn impliciete historische principe ‘iets is onhistorisch als het in maar één bron wordt genoemd’ betekent dat we ook afscheid moeten nemen van veel door hem zelf als historisch aangenomen feiten. Zijn scepsis over Jezus strekt zich niet uit naar de rest van zijn informatie.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Ster van Betlehem

COLUMN - Het zal wel in uw agenda voorgedrukt staan: op 6 januari is het ‘epifanie’. Dat is de antieke naam voor de verschijning van een godheid. In een christelijke context wordt dat doorgaans geassocieerd met de aanbidding van de pasgeboren Jezus door de wijzen uit het oosten. Zij hadden een ster gevolgd die, zoals de evangelist Matteüs het beschrijft, de geboorte van een koning der Joden aankondigde.

Giotto, De aanbidding der wijzen

Giotto, De aanbidding der wijzen

Er wordt al eeuwen gespeculeerd wat dat hemelteken kan zijn geweest. Giotto, die in 1301 de komeet van Halley had gezien, schilderde een staartster in de Scrovegni-kapel; Johannes Kepler meende dat het een drievoudige samenstand was van de planeten Jupiter en Saturnus; in recentere tijden is geopperd dat het een supernova was. Even leek een oplossing in zicht, toen spijkerschriftspecialisten de Mesopotamische voortekencatalogus uitgaven, maar een hemelteken dat de sterrenwichelaars verplichtte af te reizen richting buitenland, zat er niet bij. Kortom, er is nooit een hemelteken gevonden dat werkelijk ‘past’. Een overzicht van de theorieën vindt u hier.

Dat overzicht is gemaakt door mijn vriend Jan Pieter, die er nooit een geheim van heeft gemaakt christen te zijn. Voor hem heeft de Bijbel een speciale status en hoewel hij zeker niet alles letterlijk neemt, gaat hij ervan uit dat er werkelijk iets aan de hemel te zien is geweest. Ik denk van niet, omdat Matteüs het betreffende gedeelte van zijn evangelie zó heeft geconstrueerd dat een reeks voorspellingen in vervulling gaat, waarvan de opvallendste is dat de ‘zoon van David’ afkomstig moet zijn uit Betlehem. Andere profetieën zijn dat geweeklaag zal klinken in Rama, dat God zijn zoon uit Egypte zal roepen en dat de komst van de messias gepaard zal gaan met de verschijning van een ster. Dit geldt als hét messiaanse motief bij uitstek.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | Religie en wetenschap

COLUMN - Het is jammer dat we niet wonen in Amerika of Australië, want daar is dinsdagavond een maansverduistering te zien en dat is toch altijd indrukwekkend. Als er veel stof in de atmosfeer zit, kleurt de maan bloedrood. Geen wonder dat de oude volken er een akelig voorteken in zagen.

De Mesopotamiërs dachten dat het aangaf dat binnen honderd dagen een vorst zou sterven. Het aardige is dat dit klopt. Er zijn namelijk nogal wat staatshoofden en het zou vreemd zijn als er binnen honderd dagen niet ergens een regeringswisseling was.

Kleitablet (British Museum) met een lijst van verduisteringen tussen 518 en 465 v.Chr. Vermeld is onder de dood van de Perzische koning Xerxes.

Uit hun voortekencatalogus kennen we de betekenis die de Mesopotamiërs gaven aan allerlei hemelse verschijnselen. Als de hemelgoden bijvoorbeeld het sterrenbeeld Maagd hoog aan de hemel plaatsten, waarschuwden ze de mensen voor de naderende overstroming van de Eufraat en Tigris. Wij beschouwen dat niet als een wonder omdat wij weten dat de seizoenwisseling, smeltende sneeuw en de plaats van de sterrenbeelden allemaal samenhangen met dezelfde scheve baan van de aarde om de zon, maar dat wisten de Mesopotamiërs niet. Zij waren vooral de goden dankbaar voor het hulpmiddel om toekomstige waterstanden te voorspellen.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Post-Atheïst

Post-atheïst | De Turijnse lijkwade

COLUMN - Het voorjaar begon dit jaar al in de winter en de traditionele paashoax is ook veel te vroeg. In de week voor pasen is er altijd wel een wetenschapper die zichzelf aan exposure en de pers aan bladvulling helpt met een sappig nieuwtje over Jezus. Het zijn doorgaans niet de beste onderzoeksresultaten die zo publiciteit krijgen. Zeg maar gerust dat elk Jezusbericht in de aanloop naar pasen een hoax is.

Zo werd eens aangekondigd dat “de” wetenschap had geconcludeerd dat Judas Jezus niet kon hebben verraden. Twee jaar geleden was er de claim dat Jezus een hermafrodiet kon zijn geweest. Het jaar ervoor mochten we lezen dat Jezus het Laatste Avondmaal niet op (witte) donderdag zou hebben gevierd maar een dag eerder. Allemaal academici van het tweede echelon, allemaal kul, allemaal slim getimed, allemaal in de media, allemaal schadelijk voor de echte wetenschap.

Elk jaar vliegen de media er weer in. Dit keer waren ze er zelfs vroeg bij met een hoax die toch wel heel herkenbaar was: de Lijkwade van Turijn. Een Italiaans onderzoeksteam heeft namelijk bedacht dat de afbeelding van de gekruisigde op het doek kwam door neutronenstraling.

Voor het goede begrip: ze bieden de oplossing voor een probleem dat niet bestaat. Het is inderdaad onduidelijk hoe de lijkwade precies is vervaardigd, maar verschillende onderzoekers (voorbeeld) hebben gedemonstreerd dat er geen technieken nodig zijn die buiten het bereik van een middeleeuwse vervalser lagen.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.