Het kwijnende liberalisme
Na de obligate lijstjes en overzichten, de verkiezingen tot politicus, man, vrouw van het jaar, bijft de vraag: ‘wat is er met ons aan de hand, waar staan we?’ Het vertrek van Femke Halsema zal in elk geval een grijzer parlement opleveren. (“Een moderne liberale, zei Rutte over haar.)
In het voorjaar viel de vorige regering, na ruzie over Irak en een daardoor getriggerd ongeval over de missie in Afghanistan. De PVV was toen tegen. Maar nu maakt het gedogen verschil, want dezer dagen kwam het pleidooi voor een pre-emptive strike op Iran. Maar misschien dacht men dat Allah ons de brug over zou helpen? Dodelijke dwaasheid van een gedoogpartner…
Er kwam een nieuwe regering, door onhandigheid van links, een fout van Lubbers en de fixatie van de VVD en het CDA op het vermijden van een smadelijk verlies. De keuze voor een rechtse koers was een breuk met coalitietradities. Niet Cohen, maar Klink bouwde het finale bruggetje waar men over heen strompelde. De retoriek van de nieuwe regering was op niveau, met een overtuigend ratelende Rutte, die zich omringd heeft met routine.
Maar is die regering Rutte nu ook de belofte, die de rechterzijde ziet? Krijgen we orde op zaken? Je kunt heel flink zes miljard aan het afslanken van het ambtelijk apparaat inboeken, maar dat is nog nooit gerealiseerd. De economen zien het ook niet gebeuren. Er wordt meteen stevig ingegrepen, zegt de brave Rutte dan. Nou, ja…