Poging tot dualisme weer een debacle?

van Vinzenz Ziesemer (directeur Instituut voor Publieke Economie), eerder gepubliceerd in De Hofvijver (uitgave van het Montesquieu Instituut) De formerende partijen willen meer afstand tussen de Tweede Kamer en het kabinet. Een ‘programkabinet’ mag straks zijn eigen plan trekken over alles wat niet in het hoofdlijnenakkoord is vastgelegd. Het hoeft niet af te stemmen met de coalitie en mag wisselende meerderheden zoeken in de Tweede Kamer. Dat is in ieder geval het idee. in het hoofdlijnenakkoord staat helaas niets over hoe dit in de praktijk gaat werken. Dat is vragen om problemen. Afstand bewaren tussen kabinet en Kamer is eerder geprobeerd. Zonder succes. De laatste poging kwam nog van het vorige kabinet. Rutte IV nam in het kader van een nieuwe bestuurscultuur afscheid van het ‘coalitieoverleg’, waarin bewindspersonen en Kamerleden beleid afstemden. Voordeel van meer afstand, ook wel dualisme genoemd, zou moeten zijn dat de Kamer het kabinet kritischer kan controleren. Een tweede voordeel is dat coalitiepartijen een eigen gezicht kunnen behouden, omdat ze zich duidelijker mogen uitspreken over het kabinet. Maar het experiment van Rutte IV mislukte, doordat ministers zich toch wilden verzekeren van rugdekking voor hun beleid. Dus was het coalitieoverleg binnen een jaar onder een andere naam weer terug. Lukt het deze keer wel om afstand te bewaren tussen de kabinet en Kamer? Dan is er nog een gevaar. Tijdens de vorige Algemene Politieke Beschouwingen liet de coalitie elkaar los en heerste dus het dualisme. Het resultaat was zeer chaotische besluitvorming. Op het laatste moment werden er allerlei belastingmaatregelen besloten in gelegenheidscoalities. Zorgvuldige analyses? Doorrekeningen? Uitvoeringstoetsen? Ze kwamen allemaal te laat. Dus hoe voorkomen we dat ook deze poging tot dualisme weer uitloopt op een debacle? Ten eerste moeten coalitiepartijen zich anders opstellen. Ze moeten accepteren dat er straks vrij wordt gestemd over alles wat níet in het hoofdlijnenakkoord staat. Een Kamermeerderheid kan dan de bedrijfsopvolgingsregeling afschaffen, tegen de zin van de VVD in. Of de btw op voedsel verhogen, tegen de zin van de BBB in. Normaliter is dat volkomen ondenkbaar. Het zou voelen als een mes in de rug van de coalitiepartners. Maar in een programkabinet mag het. Dat moeten alle coalitiepartijen goed begrijpen, anders zal de eerste explosie niet lang op zich laten wachten. Daarnaast moeten chaotische taferelen in de Kamer worden voorkomen. Hiervoor moet de coalitie gezamenlijk normen over hoe beleid gemaakt wordt opstellen en handhaven. Concreet: er komt helemaal niets door de Kamer, tenzij dat is voorzien van zorgvuldig ambtelijk advies. Stemmen mag pas nadat het kabinet de kans heeft gehad inhoudelijk te reageren. Ook zullen bewindspersonen meer politieke ondersteuning nodig hebben. Als besluiten niet meer afgehamerd kunnen worden bij een coalitieoverleg, is er veel meer politiek handwerk nodig om beleid door de Kamer te loodsen. Wisselende meerderheden vinden is een intensief politiek spel. Dat is vanzelfsprekend te veel werk voor die ene politieke assistent die ministers nu hebben. Dit wordt allemaal bemoeilijkt nu er ministers met een politieke kleur zijn benoemd. De oppositie zal hen minder gunnen. Ze zullen eerder hun oren laten hangen naar hun eigen partij, die op zijn beurt geneigd zal zijn instructies te geven. De afstand tussen kabinet en Kamer is dan snel weer weg. Een heldere afspraak in de coalitie kan helpen: ministers zitten er niet namens hun partij, maar namens zichzelf. Al deze werkafspraken tussen de coalitiepartijen moeten niet alleen bestaan, maar ook openbaar zijn. Anders wordt het moeilijk om elkaar eraan te houden. Willen we dat het deze keer lukt met die afstand tussen kabinet en Kamer? Het kan, maar met alleen de intentie uitspreken kom je er niet. Vinzenz Ziesemer is directeur van het Instituut voor Publieke Economie

Door: Foto: Tweede Kamer CC-BY-NC 4.0
Foto: -JvL- (cc)

Het kabinet Schoof extraparlementair of parlementair?

ANALYSE - van Prof.Dr. Bert van den Braak

Tijdens eerdere fases in de huidige formatie werd benadrukt dat het nieuwe kabinet een extraparlementair karakter zou krijgen. Over wat dat precies inhoudt, valt te discussiëren. Dat geldt echter minder voor de vermoedelijke uitkomst. Het kabinet is parlementair.

Er zijn staatsrechtgeleerden die menen dat ieder kabinet dat op parlementaire steun kan rekenen, door een binding of gedogen, parlementair is. Tot midden negentiende eeuw was de enige andere vorm een koninklijk kabinet. In 1868 werd echter definitief uitgemaakt dat een kabinet niet tegen de zin van het parlement (Tweede Kamer) kan optreden.

Dat er toch soms van een extraparlementair kabinet wordt gesproken, komt door de wijze van formeren en eventuele binding van partijen aan het regeerakkoord (als dat er al is).

1. Wat is extraparlementair?

Wijze van formeren

Er zijn formaties geweest, die grotendeels of zelfs geheel buiten het parlement omgingen. Dat was bijvoorbeeld zo met het kabinet-De Geer I in 1926. Dat kabinet had echter het karakter van een interim-kabinet, omdat er na de val van het kabinet-Colijn I geen kabinet kon worden gevormd, dat kon rekenen op steun van een meerderheid.

Binding

In de jaren 1946-1963 waren fracties vooral via hun voorzitter betrokken bij de formatie. Partijen maakten – zeker op hoofdlijnen – afspraken over het te voeren beleid. Formeel bonden fracties zich niet, maar afwijken van een door de eigen fractievoorzitter gesloten akkoord lag niet voor de hand.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Vorige