Anders tellen geeft een beter beeld van dakloosheid

door Dorieke Wewerinke, Sandra Schel, Jan de Vries, Lia van Doorn Slechts een beperkt deel van de dakloze mensen in Nederland is momenteel in beeld. Hogeschool Utrecht en Kansfonds introduceerden daarom een nieuwe telmethode die een beter inzicht geeft. Dat is hard nodig voor het maken van effectief dakloosheidsbeleid. In Nederland is er geregeld discussie over de afbakening en definitie van dakloosheid (Huber, Van Doorn, & Davelaar, 2022). De definitie die het CBS hanteert om dakloosheid te monitoren is een smalle definitie, namelijk die van ‘feitelijke dakloosheid’. Vanwege deze beperkte definitie en de beperkingen van de telmethode komen diverse groepen mensen niet in de schattingen van het CBS voor. Zo telt het CBS kinderen, 65-plussers en ongedocumenteerde mensen niet mee, net zomin als mensen die verblijven in 24 uurs-voorzieningen van de maatschappelijke opvang en mensen die verblijven in de vrouwenopvang. Ook mensen die vanwege een gebrek aan passende huisvesting verblijven op plekken die niet geschikt zijn voor bewoning, zoals een auto, schuur, kraakpand of (sta)caravan, worden in de CBS-metingen niet meegeteld. De CBS-cijfers geven daarmee beperkt zicht op de werkelijke aard en omvang van dak- en thuisloosheid in Nederland. ETHOS: een andere, brede definitie Internationaal bepleiten experts het gebruik van de ETHOS-definitie van dakloosheid (Huber et al., 2022). ETHOS staat voor European Typology of Homelessness and Housing Exclusion en stelt de huisvestingssituatie van mensen centraal. De definitie is gebaseerd op het recht op huisvesting, één van de mensenrechten. Met deze definitie kan gericht beleid gemaakt worden ETHOS gaat uit van het conceptuele begrip dat een ‘thuis’ bestaat uit drie domeinen: een fysiek domein (een adequate woning hebben waarover je het exclusieve bezit uitoefent), een sociaal domein (privacy hebben en sociale relaties kunnen onderhouden) en een wettelijk domein (een juridische grondslag die maakt dat de plek van jou is en die je beschermt tegen huisuitzetting en het betreden van het huis door derden). ETHOS kijkt dus niet alleen naar situaties waarin sprake is van feitelijke dakloosheid, maar ook naar situaties van uitsluiting van behoorlijke huisvesting. Het conceptuele begrip van een thuis leidde tot dertien operationele categorieën die een onvolwaardige huisvestingssituatie beschrijven (FEANTSA, 2005). Best onderbouwde manier Voor het meten van dakloosheid bleek de ETHOS-classificatie in zijn geheel te uitgebreid. In 2010 werd daarom een afgeslankte versie geïntroduceerd: ETHOS-Light. Deze versie omvat zes categorieën (zie kader) en geldt als een minimale classificatie van dakloosheid, waarmee alle mensen die geen eigen (t)huis hebben in beeld gebracht kunnen worden (FEANTSA, 2018). In Europa wordt deze classificatie gezien als de best onderbouwde manier om dakloosheid te meten (Edgar, 2012). Ook in het recent gelanceerde Nederlandse Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis wordt ETHOS-Light genoemd als meest bruikbare definitie om dakloosheid in kaart te brengen. Met deze definitie kan gericht beleid gemaakt worden dat aansluit bij de actuele situaties van dakloosheid (Ministerie van BZK, Ministerie van SZW & Ministerie van VWS, 2022). Ethos-light categorieën plus dreigende huisuitzetting   Mensen die leven in de openbare ruimte Mensen in de noodopvang Mensen in tijdelijke opvang voor dakloze mensen Mensen die een instelling verlaten zonder vervolghuisvesting en mensen die langer in een instelling verblijven wegens gebrek aan passende vervolghuisvesting Mensen in niet-conventionele woonplekken vanwege een gebrek aan passende huisvesting Mensen die tijdelijk verblijven bij familie, vrienden of kennissen +) Mensen met een dreigende huisuitzetting zonder passende vervolghuisvesting Bron: FEANTSA, 2018  Introductie nieuwe telmethode Kansfonds en Hogeschool Utrecht introduceerden in 2022 een nieuwe telmethode in Nederland op basis van ETHOS-Light. Hogeschool Utrecht voert deze telling momenteel uit in regio Noordoost-Brabant met de centrumgemeenten Oss en Den Bosch. Met de telmethode worden alle dak- en thuisloze mensen in de regio op één afgesproken dag in kaart gebracht door alle organisaties of instellingen die met hen in contact staan. Dit noemen we een point-in-time telling (Mertens et al., 2022).  Verhoudingsgewijs verblijven vrouwen vaker bij familie, vrienden of derden Onderzoekers van de Katholieke Universiteit Leuven passen deze telmethode al enkele jaren toe in een groot aantal regio’s in België. Zij voegden nog een zevende categorie aan de ETHOS-Light classificatie toe: mensen die hun woning binnen een maand gedwongen moeten verlaten zonder dat zij zicht hebben op een passende woonoplossing. Wij nemen deze categorie ook mee. Beter zicht Het grote voordeel van de bredere definitie en nieuwe telmethode is dat hiermee alle leefsituaties van dakloosheid in kaart worden gebracht – van mensen die op straat leven en in de noodopvang slapen, tot mensen die in een caravan of vrouwenopvang wonen, tot mensen die bij vrienden op de bank slapen. Het vermoeden bestaat dat de omvang van deze groepen mensen de afgelopen jaren fors is toegenomen (Raad Volksgezondheid en Samenleving, 2020). De methode is bovendien gendersensitiever dan de methode van het CBS, omdat ze ook zicht geeft op plekken waar dakloze vrouwen zich eerder zullen bevinden. Verhoudingsgewijs verblijven vrouwen bijvoorbeeld vaker bij familie, vrienden of derden dan in de noodopvang of op straat (Akkermans, 2020). Daarnaast geeft de ETHOS-telling ook zicht op groepen die vaak buiten beeld blijven, omdat zij bijvoorbeeld worden aangemerkt als zelfredzaam of niet rechthebbend. De leefsituaties van mensen zijn leidend en bepalen of iemand wordt meegeteld. Aanknopingspunten voor nieuw beleid Een groot voordeel van een point-in-time telling die wordt uitgevoerd door betrokken professionals is dat zo niet alleen aantallen, maar ook profielkenmerken van dak- en thuisloze mensen verzameld kunnen worden, zoals leefsituatie, geslacht, leeftijd en aanleiding voor verlies van huisvesting. Dit stelt beleidsmakers in staat om gerichter beleid te voeren. Aankomende oktober zullen we de resultaten van onze telonderzoeken op basis van ETHOS-Light publiceren. De gemeenten in de deelnemende regio’s krijgen dan inzicht in de situatie van dak- en thuisloosheid in hun regio. Het is vervolgens aan hen om de nieuwe inzichten te vertalen naar passend beleid voor preventie en aanpak van dakloosheid. Dit kunnen zij doen in nauwe samenwerking met alle organisaties die bij de telling betrokken waren. Door de telling is de samenwerking met en tussen deze organisaties versterkt. Dit is een belangrijke bouwsteen voor het gezamenlijk ontwikkelen en uitvoeren van een integrale aanpak. Voor het duurzaam beëindigen van dakloosheid is de inzet van al deze partijen nodig. Dit artikel verscheen eerder bij Sociale Vraagstukken. Dorieke Wewerinke en Sandra Schel zijn onderzoeker bij het lectoraat Wonen en Welzijn van de Hogeschool Utrecht. Jan de Vries is mensenrechtenjurist en adviseur collectieve belangenbehartiging. Lia van Doorn is lector Wonen en Welzijn aan de Hogeschool Utrecht.

Foto: Marcel Oosterwijk (cc)

Wetsvoorstel: geen voorrang voor vergunninghouders, deel 2

Aanstaande woensdag hervat de Tweede Kamer het debat over het wetsvoorstel van Alexander Kops (PVV), dat een verbod beoogt op het toewijzen van sociale huurwoningen aan vergunninghouders (asielzoekers met een verblijfvergunning).

Het wetsvoorstel loopt achter de feiten aan en zou dus eigenlijk van de agenda gehaald kunnen worden. Het eerste deel van het debat maakt twee dingen duidelijk:

Er is geen meerderheid in de Tweede Kamer voor het wetsvoorstel. Alleen JA21, Groep van Haga, FvD en BBB zijn voorstanders, samen met de PVV goed voor 29 stemmen. Zelfs met de VVD (34 stemmen) kan er geen meerderheid worden behaald.

De PVV verdedigt het wetsvoorstel met voorbeelden waaruit geen enkel sjoege blijkt van kennis van zaken. Een exemplarisch voorbeeld:

PVV-Kamerlid Machiel de Graaf opende het debat met een betoog dat de complexe huisvestingsproblematiek van vergunninghouders tot enkele, bijna cartooneske schetsen terugbracht. Op dezelfde wijze pareerde De Graaf vragen uit de Kamer.

Zo wilde CDA-Kamerlid Geurts van hem weten hoe gemeenten de halfjaarlijkse taakstelling voor vergunninghouders voor elkaar moeten krijgen? Dat probleem zou er volgens De Graaf helemaal niet zijn als andere landen meer vluchtelingen opvangen.

Als voorbeeld schudt De Graaf Kazachstan uit zijn mouw: “(…) ongeveer 80 keer zo veel landoppervlak als Nederland. Het heeft 1 miljoen inwoners minder. Het is rijk aan gas en olie. Ze hebben twee ziekenhuisbedden per 1.000 inwoners meer dan Nederland. Joepie, gezondheidszorg! Dat is een welvarend land waar het vrij goed gaat en waar heel veel ruimte is om heel veel asielzoekersdorpen te bouwen.”

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Ingenieuze woningen op onverwachte plaatsen

VERSLAG - In het centrum van Caracas, Venezuela, staat de 45 verdiepingen tellende “Torre David”, een onvoltooide en verlaten wolkenkrabber. Ongeveer acht jaar geleden begonnen mensen zich echter in dit gebouw te vestigen.

Fotograaf Iwan Baan laat zien hoe mensen op onverwachte plaatsen woningen bouwen/maken. Hij leidt ons rond door de appartementen en gemeenschap van de Torre David, een stad op het water in Nigeria, een afvalwijk in Cairo en een dorp met ondergrondse huizen in China. Zijn fotoreportages zijn hiermee een ode aan de menselijke overlevingsdrang en laat hij zien dat mensen, hoe arm ook, overal proberen een eigen thuis te creëren.

Foto: Marcel Oosterwijk (cc)

Wetsvoorstel: geen voorrang voor vergunninghouders

Morgen wordt in de Tweede Kamer gedebatteerd over een initiatief wetsvoorstel van Alexander Kops (PVV).  De PVV wil de Huisvestingswet 2014 wijzigen zodat vergunninghouders (asielzoekers met verblijfsvergunning) geen voorrang krijgen bij het toewijzen van sociale huurwoningen.

Mosterd na de maaltijd

Het wetsvoorstel is vorig jaar september ingediend. Beetje vreemd, want vier jaar eerder (juli 2017) trad al een wijziging van de Huisvestingswet in werking en werd de verplichte voorrangspositie voor vergunninghouders geschrapt.

Als gemeenten een urgentieregeling in hun huisvestingsverordening opnemen, zijn ze verplicht twee  categorieën urgente woningzoekenden op te nemen. Dat betreft (Huisvestingswet 2014, artikel 12):

Woningzoekenden die verblijven in een voorziening voor tijdelijke opvang van personen, die in verband met problemen van relationele aard of geweld hun woonruimte hebben verlaten en woningzoekenden die mantelzorg als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 verlenen of ontvangen

Verder staat het de gemeenten vrij ook andere categorieën toe te voegen., Bijvoorbeeld vergunninghouders. Hoe ziet dat er in de praktijk uit? Het Rapport Evaluatie Huisvestingswet (12 mei 2020) meldt dat er in 2020 166 Nederlandse gemeenten een urgentieregeling in hun huisvestingsverordening hebben opgenomen. Slechts vijftien gemeenten hadden vergunninghouders niet in de urgentieregeling opgenomen. (i)

Foto: Frans de Wit (cc)

Arbeid knecht

COLUMN - Arbeid adelt. Maar niet voor iedereen. Arbeid knecht. Zozeer zelfs dat er gesproken wordt van ‘moderne vormen van slavernij’. Daar wil het kabinet van af want

Wil Nederland zijn huidige welvaart en economische groei kunnen vasthouden, dan moet Nederland ook zorgen dat het voor arbeidsmigranten aantrekkelijk is om onder goede voorwaarden hier te wonen en te werken.

Het kabinet schat het aantal in Nederland werkzame arbeidsmigranten op ongeveer 400.000. Een deel daarvan zou “te maken kunnen hebben met misstanden op het gebied van arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden en huisvesting”, zo formuleert het kabinet het voorzichtig.

Even voorzichtig zijn de aangekondigde maatregelen.

Een paar honderdduizend euro voor voorlichting en extra inspectie.  en ondersteuning van een meldpunt.

Het ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid ondersteunt een meldpunt van FairWork. Het kabinet roept werkgevers en uitzendbureaus op om misstanden te melden en in het kader van goed werkgeverschap te kijken naar de omstandigheden waaronder arbeidsmigranten wonen en werken.

Oproepen aan werkgevers…  Dat gaat trendy kabinetsbeleid worden. Na het ‘de cao-lonen moeten omhoog’ van Rutte, nu dus ‘weg met moderne slavernij’. En die werkgevers braaf  luisteren natuurlijk.

Reken maar dat er in dit land sujetten zijn die vinden dat het kabinet de burger met dit beleid op hoge kosten jaagt, want ja, de paprika´s worden zo onbetaalbaar.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: copyright ok. Gecheckt 28-09-2022

Musea op straat

Tijdens de grote vakantie bezocht ik Museum Freriks in Winterswijk. Dit streekmuseum heeft een aansprekende collectie met veel aandacht voor het textielverleden van de regio. Eén van de tentoonstellingsruimtes is gewijd aan Piet Mondriaan die zijn jeugd doorbracht in Winterswijk. Het museum is gehuisvest in een mooie herenboerderij omringd door een prachtige heemtuin. Naast het museum bevindt zich een flinke kinderboerderij. Naar dit museum kun je met het hele gezin.

Aan het einde van mijn bezoek raakte ik in het museumwinkeltje aan de praat met de dienstdoende vrijwilligster. Ik prees het museum, maar zij had slecht nieuws. Had ik dan niet gehoord dat dit heerlijke museum over enkele maanden de deuren moet sluiten? Ze vertelde dat de gemeente de grote boerderij niet langer aan het streekmuseum wil verhuren. De villa gaat in de verkoop, het museum moet eruit.

Enkele weken geleden hoorde ik bijna hetzelfde verhaal in Rotterdam. Ik was te gast bij het Nationaal Onderwijsmuseum. Ook daar moeten ze op 1 januari de deuren sluiten. De gemeente wil het monumentale gebouw (de voormalige Gemeentebibliotheek) uit 1918 niet langer aan het museum verhuren. Binnenkort worden alle spullen ingepakt om ruimte te maken voor het Erasmus University College. Het frappante is dat Erasmus Universiteit tegen de sluiting van het Nationaal Onderwijs Museum is. Het museum wordt goed bezocht, meer dan 40.0000 bezoekers per jaar en is een ‘must’ voor iedereen die in het onderwijs werkt.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Asohuurders niet lief tegen corporaties

burenHuurders slaan door” kopt de Telegraaf vanmorgen. Steeds meer werknemers van woningcorporaties klagen over agressie van huurders. Mijn eerste reactie toen ik dat las? Ja, duh. Woningcorporaties hanteren in het beheer van hun woningen vaak een beleid waarin huurders onderling hun problemen moeten oplossen en willen pas na interventie door de politie tot bemiddeling overgaan. Alleen hebben niet alle huurders begrip voor klachten van buren en kun je na escalatie lekker de mediation in met Pa Tokkie. Geen aantrekkelijk idee, en zo kunnen aso’s vaak ongehinderd hun gang blijven gaan.

Woningcorporaties kunnen niet verwachten dat mensen die zich niets aantrekken van hun buren, en die niet worden gecorrigeerd door de enige instantie die dat kan – de woningcorporatie zelf – zich ineens begripvol gaan gedragen als ze worden geconfronteerd met iemand die achterstallige huur komt ophalen. Als oplossing symptoombestrijding zijn de corporaties van plan om agressietrainingen en extra personeel in te zetten.

De corporaties moeten inzien dat zij een van de bastions tegen de verhuftering van de samenleving vormen. Samen met het onderwijs, het openbaar vervoer en de hulpdiensten. Verhuftering van de samenleving los je niet op met een agressietraining, maar los je op door consequent asociaal gedrag te corrigeren. Gewoon handhaven van basale normen en waarden, net zolang tot mensen weten dat als ze lastig doen ze daar altijd op worden aangesproken.
Ik pleit niet voor een samenleving als die in Singapore, maar als een fractie van de energie die wordt gestoken in privacybeperkende maatregelen om terrorisme tegen te gaan, zouden worden gestoken in het (mogelijk maken van) tegengaan van asociaal gedrag, dan zou dat de leefbaarheid van Nederland ten goede komen. En de arbeidsomstandigheden van de werknemers van de corporaties ook.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Burgemeesters in crisistijd

Eerst waren het de burgemeesters in oorlogstijd, die de shit over zich heen kregen. Nu zijn het de burgemeesters in crisistijd, die het zwaar te verduren hebben. Arme sloebers zijn het. Uitgerangeerde politici die de moeite nemen voor een hongerloontje te verhuizen naar een of ander gat, dat zit te schreeuwen om een krachtig bestuurder. Het is toch niet niks om Rotterdam te verruilen voor Den Helder, of Amsterdam voor Utrecht. aleid-wolfsen
En dan zitten deze bestuurlijke ras-idealisten, die het burgervaderbloed genetisch door hun aderen voelen stromen, ook nog eens met de economische tegenwind. Verplicht verhuizen naar het ontwikkelingsgebied en ondertussen blijven zitten met onverkoopbare stulpjes in de stad van herkomst. Dan mogen ze toch wel verwachten dat de nieuwe werkgever te hulp schiet? Dat er wat creatief gedeclareerd wordt aan dubbele woonlasten…soi! Dat nota bene Binnenlandse Zaken zelf de wet oprekt en helemaal niet zo’n probleem heeft met het declareren van een paar duizendjes aan extra huisvestingkosten.
Aleid Wolfsen, toch al pech hebbend met een nieuw college plus VVD, betrekt een appartementje in het Utrechtse van slechts 1600 euro de maand, terwijl het onroerend goed in Amsterdam ook moet worden doorbetaald. Mag die dan ook even wat vangen en doordeclareren?…
We hebben het hier dus niet over miljoenenbonnussen, maar over een paar duizendjes in de pocket. Peanuts, als je nagaat dat deze jongens wel even met dubbele woonlasten, verhuis- en inrichtingskosten zitten. Dan zit je toch niet te wachten op krantenberichten, die je geldnood openlijk tentoon spreiden? Hulman werd in Den Helder geslachtofferd, louter omdat hij zijn karige loontje wat creatief wilde aanvullen. Het valt werkelijk niet mee: burgemeester te zijn in crisistijd.
Hoe zit het eigenlijk met Aboutaleb? Heeft die de woonzaken/declaraties wél goed voor elkaar? In Buitenhof oogde hij zondag, tijdens het functioneringsgeprek over honderd dagen Rotterdam, behoorlijk nerveus…..

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.