Veel hoogopgeleiden geen doel op zich
Begin deze week hoorde ik op het journaal dat Zijlstra de ambities voor het hoger onderwijs heeft bijgesteld. Het streven naar een groot aandeel hoger opgeleiden in Nederland wordt opzij gezet. Een hoog percentage hoger opgeleiden moet geen doel op zich zijn, vindt staatssecretaris van Onderwijs Halbe Zijlstra.
“Tot nu toe had Nederland zich verbonden aan Europese afspraken om het percentage jongeren dat hoger onderwijs heeft gevolgd op te krikken naar 40 procent in 2020. “Als er druk komt op de kwaliteit van het hoger onderwijs, dan moet het percentage aan de kant”, zei Zijlstra zondag tijdens een door de Volkskrant georganiseerd openbaar interview in het Amsterdamse debatcentrum De Rode Hoed.” (Bron: NRC, Zijlstra laat Europese norm los, veel hoger opgeleiden geen doel meer, 16 jan.)
Hoe doet Nederland het eigenlijk nu? In het strategische raamwerk voor “education and training”, dat in mei 2009 is overeengekomen, is één van de benchmarks voor 2020:
“the share of 30 to 34-year-olds with tertiary educational attainment should be at least 40%”
In het Eurostat 2011 jaarboek vind ik onder Education een aantal tabellen en grafieken. Daarbij ook een grafiek met de gegevens over bovenstaande indicator. Ik kan niet anders concluderen dan dat we gemiddeld al op de 40% zitten. Gemiddeld heeft in 2010 41,6% van de 30 tot 34-jarigen een tertiair diploma. In een andere weergave van Eurostat, worden de gegevens nog uitgesplitst naar regio. In West-Nederland is dat 46,4%, in Oost-Nederland 35,7%.