Beperkte relatie criminaliteit en etniciteit
Voordat u vandaag in het stemhokje onomkeerbare schade aanricht graag even uw aandacht voor wat wetenschappelijke feiten. In zijn afscheidsrede stelt hoogleraar criminologie Frank Bovenkerk dat ondanks dat criminaliteitscijfers onder bepaalde migrantengroepen al twintig jaar hoog zijn en niet omlaag gaan dit niet puur een etnische kwestie is (Volkskrant). Een lage sociaal-economische positie en een lage sociale controle zijn doorslaggevender dan etnische afkomst.
Ook zegt het op het eerste gezicht schrikbarend hoge percentage Marokkaans-Nederlandse jongens in Rotterdam die in aanraking komen met de politie niet zoveel over de toestand van de totale groep Nederlandse Marokkanen (dus incl. volwassenen en vrouwen). Het vooroordeel dat moslims nooit stelen van niet-moslims verwerpt Bovenkerk eveneens. Moslims zijn net zo hard slachtoffer van het criminele gedrag van jonge moslims als niet-moslims.
Bovenkerk bestrijdt ook dat politie en justitie etnisch specifiek beleid zouden moeten voeren.
Zowel in positieve zin: speciale Marokkaanse agenten voor Marokkaanse criminelen of in negatieve zin zoals de PVV voorstelt: knieschot voor Marokkaanse hooligans. Een dergelijke ongelijkwaardige aanpak staat mijn inziens ook haaks op het gedachtengoed waarop het na-oorlogse Europa is gebouwd en al meer dan zestig jaar floreert.
Laten we in Nederland en in Europa toch vooral blijven handelen volgens de principes van liberté, égalité en fraternité. Dat kan ook heel goed zonder de overlast van crimineel gedrag te bagatelliseren.