Chatbots gaan steeds meer op mensen lijken
Chatbots gaan steeds meer op échte mensen lijken, constateert Stijn Friederichs, PhD student Psychologie aan de Open Universiteit. Een nieuwe aflevering in de serie Intieme Technologie van het Rathenau Instituut.
Iedereen die wel eens op de website van een zeker Zweeds meubelbedrijf komt, zal haar kennen: Anna. Gehuld in het welbekende geel-blauw en met een uitnodigende glimlach op het gezicht staat ze altijd klaar om al je vragen over bureaus, kastjes en andere meubelstukken te beantwoorden. Ik heb haar kort geleden nog gesproken. In eerste instantie maakte Anna een robot-achtige indruk op me, maar naarmate het gesprek vorderde bespeurde ik steeds meer menselijke trekjes in deze virtuele dame.
Virtuele personen zoals Anna kom je steeds vaker tegen op internet. Volgens chatbots.org bestaan er momenteel al zo’n 100 Nederlandse exemplaren. Deze worden bijvoorbeeld gebruikt door bedrijven om vragen van klanten te beantwoorden om zo te kunnen besparen op de klantenservice. Maar vaak zijn ze tot veel meer in staat dan antwoord geven op domeinspecifieke vragen. Zo kan Anna bijvoorbeeld redelijk adequaat reageren op koetjes en kalfjes. Bovendien wordt haar kennis steeds verder uitgebreid op basis van nieuwe vragen en opmerkingen van klanten. Hierdoor gaat Anna steeds adequater, menselijker, reageren op alles wat je tegen haar zegt.