Kieskompas II: Onzekerheid partijposities

Gisteren schreven we reeds over de zwakte van het Kieskompas: politieke partijen positioneren zich niet consistent in het model van het Kieskompas. Dat maakt de posities van partijen in de ruimte onzeker. In dit tweede deel onderzoeken we wat de mogelijke posities van de partijen zijn. Dit is een bijdrage van Tom Louwerse. Er wordt door politici en opiniemakers zeer veel waarde gehecht aan de posities die partijen zijn toegekend in het Kieskompas. Het Kieskompas lijkt te impliceren dat ze met grote precisie de posities van partijen kunnen vaststellen. Hier zitten echter flink wat haken en ogen aan. De schalingslogica die zo'n ruimtelijk model onderligt gaat er vanuit dat antwoorden op stellingen samenhangen: partijen die hogere belastingen willen, willen ook hogere uitkeringen. In de praktijk geven partijen niet altijd van die consistente antwoorden. Daarom zijn hun posities in het model niet allemaal even zeker. Om uitdrukking te geven aan deze onzekerheid kan je een betrouwbaarheidsinterval berekenen voor de posities van partijen in de ruimte. Deze geeft aan hoe (on)zeker de posities van de partijen zijn. Het Kieskompas doet dit al voor de positie van de gebruiker. Als jij als kiezer in de ruimte wordt geplaatst staat er een cirkel om je heen die aangeeft waar je met een bepaalde mate van zekerheid staat, op basis van de antwoorden die je hebt gegeven. Dat kan ook gedaan worden voor de posities van partijen. Die posities zijn immers gebaseerd op een dertigtal stellingen, maar de selectie van die stellingen is in zekere zin willekeurig. Men had ook hele andere stellingen kunnen kiezen en daarmee was men wellicht op (net iets) andere partijposities uitgekomen. Deze onzekerheid kan gesimuleerd worden door duizend willekeurige steekproeven te trekken uit de dertig stellingen (het zogenaamde bootstrapping) en de positie van de partijen te berekenen voor elk van die steekproeven. Je kan in de figuur hierboven rond de positie van iedere partij een ellips zien (klik op het plaatje voor een grotere versie). Deze ellipsen geven het gebied weer waar met 95%-zekerheid kunnen zeggen dat de partij daar staat. Hoewel deze simulatie waarschijnlijk niet geheel overeenkomt met de manier waarop de stellingen voor het Kieskompas zijn geselecteerd, geeft dit een indruk van de consistentie en zekerheid van de partijposities.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kieskompas I: Modellen van partijposities

Er is veel discussie over de betrouwbaarheid van het Kieskompas. In een drietal artikelen zullen wij deze betrouwbaarheid proberen te achterhalen. Vandaag deel één: hoe betrouwbaar is de plaatsing van de partijen in de ‘politieke ruimte’.

Ruimte van het Kieskompas

Andre Krouwel, de man achter het Kieskompas, klaagt dat de Stemwijzer ‘kiezers voorliegt’ over de standpunten van politieke partijen. Een van de grote voordelen van zijn stemwijzer is dat het Kieskompas heel transparant is over de standpunten van politieke partijen. Echter bij het interpreteren van de posities van politieke partijen in zijn Kieskompas is voorzichtigheid ook geboden.

Meteen bij het uitkomen van het Kieskompas was er zeer veel aandacht van partijen en opiniemakers over de plaatsing van partijen in de politieke ruimte (klik op het plaatje voor een grotere versie). Anja Meulenbelt spinde er heel druk op los: D66 was volgens haar maar een rechtse partij en ook GroenLinks was een aardig eind naar rechts verschoven, ten opzichte van de SP. De Dagelijkse Standaard vond dat de PVV wel heel links staat in dit Kieskompas, dichtbij de traditionele linke partijen. Ook de Trouw berichtte uitgebreid over de posities van partijen in het landschap. Echter de ruimte waarin de partijen geplaatst zijn, is niet gebaseerd op de partijposities, waardoor uitspraken de posities met een grote korrel zout genomen moet worden.

Achter het Kieskompas zit een ruimtelijke theorie van partijcompetitie: kiezers kiezen voor de partij, die het dichtst bij henzelf staat in een politieke ruimte. De verschillen tussen partijen kan in ruimtelijke termen begrepen worden: sommige partijen en kiezers zijn links, sommige partijen en kiezers zijn rechts. Rechtse kiezers stemmen volgens deze theorie op rechtse partijen. In het geval van het Kieskompas wordt zo’n ruimte opgebouwd uit allerlei stellingen waar partijen en kiezers in meer of mindere mate mee instemmen. Het centrale idee achter deze stellingen is dat deze met elkaar samenhangen. Je kan op basis van een antwoord op de ene stelling, het antwoord op een andere stelling voorspellen: iemand die voor hogere belastingen voor de rijken is, is er waarschijnlijk ook voor de kinderbijslag inkomensafhankelijk te maken.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.