Is er een relatie tussen autisme en atheïsme?
Er blijkt een interessante correlatie te zijn tussen atheïsme en autisme, leert Tasmedes.
Ik ben al een aantal jaren geïnteresseerd in de cognitive science of religion, de cognitiewetenschappelijke benadering van religieus geloof. Uit dit veld van onderzoek is naar voren gekomen dat ideeën over God of goden te maken hebben met hoe de menselijke geest (mind) zich in sociale omstandigheden gedraagt. Gelovigen zien goden intuïtief als intentionele agenten met mentale toestanden die sociale relaties met mensen aangaan. Dit betekent dus dat de sociaal-cognitieve vaardigheid om over andere minds na te denken cruciaal is in religieus geloof. In het Engels wordt deze vaardigheid mentalizing genoemd, of theory of mind, of (ik ben dit minder vaak dan de voorgaande termen tegengekomen) mind perception. De cognitive science of religion lijkt dus steeds sterker het idee te bevestigen dat overtuigingen over bovennatuurlijke voortkomen geworteld zijn in normale menselijke sociale cognitie.
Recentelijk zijn de resultaten van een studie door Ara Norenzayan en anderen gepubliceerd, waarin de hypothese was getoetst in hoeverre een gebrek aan de sociaal-cognitieve vaardigheid van mentalizing het geloof in God beperkt of zelfs teniet doet. Uit eerdere studies was al bekend dat autisten een sterk verminderd en soms zelfs vrijwel afwezig vermogen tot mentalizing hebben. Zij hebben moeite om met andere mensen om te gaan vanwege een gebrek aan inlevingsvermogen, etc. Uit de studie is gebleken dat inderdaad autisten veel minder in God geloven. Er is dus een correlatie tussen autisme en atheïsme, die vermoedelijk te maken heeft met het verminderde sociaal-cognitieve vermogens. Met andere woorden, gelovigen hebben een normale of sterker ontwikkelde vaardigheid tot mentalizing dan autisten, die daardoor ook vaker atheïst zijn (en als ze zich wel als gelovig beschouwen, dan denken ze vaker over God/goden in mechanistische termen – als een onpersoonlijke kracht etc. – dan gelovigen, die vaker over God/goden denken met behulp van persoonachtige kernmerken).