Tijd voor onze eigen revoluties

‘Bij al die mensen die nu zo enthousiast over Egypte doen vraag ik me af waar ze de afgelopen jaren waren.’ Zomaar een tweet op de avond van 11 februari, nadat Mubarak was afgetreden en Twitter inderdaad zinderde van hoopvolle opwinding. De tweet raakte bij mij een snaar, ook al was ik evenzeer als nogal wat anderen blij met wat verdacht veel op een geslaagde revolutie leek, een vreedzame bovendien. Hoe diep gaat ons idealisme als wij vooral de twitterende toeschouwers van andermans bloed, zweet en tranen zijn: anderen die in democratie geloven terwijl deze bij ons vooral een langgerekte geeuw oproept? De Arabische opstanden van de afgelopen maanden hebben in het Westen allerlei verschillende gevoelens losgemaakt. Sympathie en euforie bij wie zijn eigen voorkeur voor vrijheid en democratie weerspiegeld ziet in anderen, moslims nog wel. Wantrouwen en cynisme, onder degenen die maar niet kunnen geloven dat ook Arabieren en islamieten democratische hervormingen wensen, al definiëren zij deze wellicht anders dan wij in het Westen zouden doen. En verscheurende dilemma’s voor wie zoals Obama het twijfelachtige genoegen heeft om ook daadwerkelijk in te kunnen grijpen. De keuze dus tussen passiviteit of interventie, waarbij welke stap dan ook zal worden bekritiseerd.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Stagnerende vernieuwing in Egypte

In mijn laatste blog pleitte ik voor minder aandacht voor bommen en kruisraketten en meer steun voor de knarsende vernieuwing in Egypte. De inspiratie daarvoor kwam van een inmiddels vergeten mediadeskundige, die de televisie analyseerde als hongerend naar beelden met “Reizwert”, prikkelende waarde. Deze wetenschapper, Wember, illusteerde dat met ontploffingsbeelden, rennende voeten, enzovoort; maar wat er nu precies aan de hand was in Noord Ierland, kwam de arme TV-kijker niet aan de weet.

Dat gevoel bevangt mij bij het kijken naar reportages uit Libië. Wat is er daar aan de hand? Waarop berust de machtsbasis van Gadaffi? Was er burgerlijk verzet? Zitten de gevangenissen van het regime vol? Is er een vakbeweging? Een grondwet? Ik heb niets tegen de Libische opstand, maar we weten er zo weinig over. Dat was beter in Egypte: de opstand viel te bekijken, de spandoelen te lezen, de mensen konden vertellen wat hen bewoog.

Met de revolutie in Egypte gaat het niet zo geweldig: Mubarak is dan wel weg, maar een regime is geen meneer. Over de revolutie in Egypte ben ik wel enthousiast, omdat de mensen dingen zeggen, die in Oost Europa werden gezegd, in 1989. Op het Tahrirplein in Cairo was zoveel humor en creativiteit, dat je elk ogenblik kon verwachten dat 100.000 mensen met hun sleutelbossen het regime zouden wegrammelen, zoals destijds op het Wenceslausplein in Praag. Garton Ash was er bij en schrijft dat het een geluid was dat hij nooit meer vergeet.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Cruyff inzetten bij vredesmissie

Deze bijdrage aan het open podium is van Ahmed Sajid (website)

“Sprakeloos”, was ik toen ik in uw krant de negatieve reacties vernam op de goedbedoelde Ajax-adviezen van voetballegende Johan Cruyff. We kennen allemaal het gezegde: “Over de doden niets dan goeds”, nou dat geldt wat mij betreft ook voor levende legenden. Ik vind dat wij een beroep moeten doen op onze voetbalrevolutionair Cruyff om zich naast zijn ideeën over zijn club Ajax ook veel meer te gaan inzetten voor het algemeen belang zoals onze Nederlandse handels- en vredesmissies. Want neem nou het actuele voorbeeld waarin we de Libische leider Khadaffi willen afzetten. Dan denk je toch meteen aan één ding bij Khadaffi. Juist ja, voetbal! Hij is echt dol op voetbal. Hij heeft zelfs via het investeringsmaatschappij Lafico voor 7,5 % aandelen gekocht in de Italiaanse voetbalclub Juventus. En ook zijn zoon El Saadi Khadaffi heeft al eens met Juventus meegetraind. Als je dit weet, dan ga je toch geen vliegtuigen en wapenmaterieel op hem afsturen om hem af te zetten? Nee, dan zou de verlosser, Johan Cruyff, een belangrijke rol kunnen spelen om in Libië vrede te sluiten. Uiteraard met de bijbehorende diplomatieke ondersteuning. Hij zou met zijn enorme status en aanzien in het voetbalgekke Midden-Oosten veel meer voor elkaar kunnen krijgen dan onze regering of logge instituties zoals de EU, VN en NAVO. Hij zou met zijn prachtige Cruyffiaanse proza alle dictators kunnen aanpakken: “Nou kijk Khadaffi, een land besturen is net voetbal. En jij staat gewoon buitenspel”. Ik verwacht dat Nederland door het inzetten van de “The Dutch Legend” Johan Cruyff als vredesduif een veel prominentere rol zou kunnen spelen in de huidige Arabische lente, waarin men schreeuwt om meer vrijheid en democratie.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Vuile koehandel tussen VS en de Saoedi’s

Een gastbijdrage van Pepe Escobar. Dit stuk verscheen oorspronkelijk op de Asia Times Online.

‘Jullie vallen binnen in Bahrein; wij pakken Muammar Gaddafi in Libië.’ Dit, in het kort, is de essentie van een deal die is bereikt tussen de regering van Barack Obama en het Huis van Saoed. Twee diplomatieke bronnen bij de Verenigde Naties bevestigen onafhankelijk van elkaar dat Washington, via minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton, het startsein gaf aan Saoedi-Arabië om Bahrein binnen te vallen en de pro-democratische beweging bij hun buurman te verpletteren, in ruil voor een “ja” door de Arabische Liga voor een no-fly-zone boven Libië – de belangrijkste grond die leidde tot de VN-Veiligheidsraad Resolutie van de Raad 1973.

De onthulling kwam van twee verschillende diplomaten, de één Europeaan en de ander lid van de BRIC-groep, en ze werd afzonderlijk gemaakt tegenover een Amerikaanse wetenschapper en Asia Times Online. In lijn met het diplomatiek protocol, kunnen hun namen niet bekend worden gemaakt. Eén van de diplomaten zei: “Dit is de reden waarom we resolutie 1973 niet konden steunen. We betoogden dat Libië, Bahrein en Jemen vergelijkbare casussen waren, en we hebben opgeroepen tot een missie om uit te zoeken wat er feitelijk aan de hand is. We handhaven onze officiële positie dat de resolutie niet duidelijk is, en uitgelegd kan worden op een oorlogszuchtige manier.”

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Revoluties, geweld en bescherming

Het blijft boeiend, die Arabische Lente. Ik lees bizarre teksten van een professor Cole over Libië, ik kijk naar Buitenhof en verbaas me over de verwarring. Jan Marijnissen zei het helder: het voordeel van de globalisering is dat je elk misdrijf van een regime onmiddellijk ziet: oppassen met het schenden van mensenrechten. En Marijnissen vervolgt met de waarschuwing dat een systematisch reageren op zo’n schending de wereld wel ingewikkeld maakt.

De discussie in Buitenhof ging over de interventie in Libië, over resolutie 1973 en over “R2P”, the responsibility to protect. Dat is een spannende innovatie in het volkenrecht; dat was tot nu toe in hoge mate gebaseerd op soevereiniteit van nationale staten en het non-interventieprincipe. Is dat losgelaten met resolutie 1973? Wordt de dreiging van misdaden tegen de menselijkheid een motief voor interventie?

Het respect voor de machtsbalans weerhield ons in Berlijn in 1953, in Budapest in 1956, in Praag in 1968. Het zou veel bloedvergieten hebben opgeleverd. Gelukkig werd de context van globale machtsverhoudingen toen aanvaard. Toen de Koude Oorlog in 1989 was beslecht, ontstonden nieuwe verhoudingen: in Ruanda deed de wereld bijna niets, met 800.000 doden als gevolg. In Joegoslavië deed de wereld wel iets, maar halfhartig, waardoor Dutchbat blijft zitten met het probleem van 8000 vermoorde moslims.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Vorige Volgende