Kiezen in het kwadraat
COLUMN - Veel beslissingen, zij het in organisaties of in het parlement, worden genomen door meerderheidsstemming, waarbij iedereen precies één stem heeft. Een probleem van dit systeem is dat 51% van de mensen hun wil kan opleggen aan de overige 49%, ook bekend als de “tirannie van de meerderheid”. Als het aan de jonge econoom Glen Weyl ligt, zijn we daarom toe aan een radicaal nieuw systeem: kwadratisch stemmen.
Kwadratisch stemmen, een idee dat Weyl promoot met zijn intellectuele compaan Eric Posner, werkt als volgt. Iedereen die gemachtigd is om te kiezen kan stemmen kopen, waarbij de prijs het kwadraat is van het aantal gekochte stemmen. Dus, 1 stem kost een euro, 2 stemmen kosten 4 euro, en 1,000 stemmen kosten 1 miljoen euro. Het voorstel met de meeste stemmen wint, en het opgehaalde geld wordt vervolgens onder alle voor- en tegenstemmers gelijk verdeeld.
Het idee achter dit systeem is dat het mensen toestaat om de intensiteit van hun preferenties tot uitdrukking te brengen. Als voorbeeld geven de auteurs de aanleg van een park. Stel dat er 1000 mensen zijn die er 4 euro voor over hebben om het park niet te hebben, en 800 mensen die er 100 euro voor over hebben om het juist wel aan te leggen. Onder gewone meerderheidsbesluitvorming zou het park er niet komen, zonder compensatie voor de voorstanders. Onder kwadratisch stemmen komt het park er wel, omdat de ja-stemmers meer stemmen zullen kopen dan de nee stemmers. De nee-stemmers krijgen daarnaast compensatie omdat een deel van de uitgaven van de ja-stemmers aan hen toekomt.