Zoekresultaten voor

'metal'

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het ruige pad van de spijkerbroek

Rachel Snyder’s Fugitive Denim: A Moving Story of People and Pants in the Borderless World of Global Trade is an interesting book but boy would the author have benefited from a sit-down with a good editor who would have told her that it needed a tighter structure and line of thinking. I initially picked up the book because I thought it was going to be about a specific global commodity chain (jeans) and it is partly that and it should have been that. But then, the author starts running in all sorts of direction that completely dilute that initial premise. So, at various points in the book, I was still wondering where the author was going.

So, starting from an environmentally and labor-conscious brand of jeans associated with Bono and his wife, Snyder retraces the global steps of what it takes to produce denim as a reflection of the the rules of global trade and mechanisms of global governance as they trickle down to local factories in various parts of the world. For instance, Snyder starts with the way the end of the quota system by the US:

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

We’re all crash-test dummies now

Your must-read du jour: Mike Davis on the destruction of the three pillars of McWorld,

American consumption:
“Even if debt-limit doomsday is averted, Obama has already hocked the farm and sold the kids. With breathtaking contempt for the liberal wing of his own party, he’s offered to put the sacrosanct remnant of the New Deal safety net on the auction bloc to appease a hypothetical “center” and win reelection at any price. (Dick Nixon, old socialist, where are you now that we need you?)

As a result, like the Phoenicians in the Bible, we’ll sacrifice our children (and their schoolteachers) to Moloch, now called Deficit. The bloodbath in the public sector, together with an abrupt shutoff of unemployment benefits, will negatively multiply through the demand side of the economy.”

European stability:
“Across the Atlantic, the European Union is demonstrating that it is exclusively a union of big banks and mega-creditors, grimly determined to make the Greeks sell off the Parthenon and the Irish emigrate to Australia. One doesn’t have to be a Keynesian to know that, should this happen, the winds will only blow colder thereafter. (If German jobs have so far been saved, it is only because China and the other BRICs—Brazil, Russia, and India—have been buying so many machine tools and Mercedes.)”

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

RIJK WORDEN is toch zoooo SIMPEL!

Deze bijdrage aan het open podium is van Adriaan_KoremanOoit was er alleen ruilhandel. Een geit tegen vijf kommen bonen of tegen een mud aardappelen. Maar dat gaf een heel gesleep. Al gauw werden andere dingen die men graag wou hebben populairder als ruilmiddel zoals mooie schelpjes e.d. Dat was compacter. En nog een groot voordeel was dat je die zaken beter kon bewaren. Opsparen! Oppotten!
Maar zoals een groot filosoof regelmatig beweert en we straks zullen zien: Elk voordeel heeft z’n nadeel!
Nog beter als ruilmiddel functioneerden edele metalen als zilver en goud, want dat materiaal was beter deelbaar in vaste (kleine) hoeveelheden, waarvan je munten kon maken. Maar dieven en inbrekers lagen altijd op de loer. Dus kon je je goud beter bij een goudsmid in de kluis leggen, die je er een tegoedbon voor gaf. Die tegoedbonnen kon je dan gebruiken als betaalmiddel. Maar die goudsmeden merkten al gauw dat men toch nooit om het goud kwam vragen, zolang men dacht dat het wel goed zat met die bonnen die men als ruilmiddel gebruikte. De goudsmeden konden dus best meer tegoedbonnen uitgeven, tegen een mooie rente, dan dat er aan goud in de kluis lag. De slechten gaven leningen uit zonder onderpand. De ‘eerlijke’ goudsmeden gaven alleen tegoedbonnen voor goud uit als er een deugdelijk onderpand werd gegeven. Bijvoorbeeld juwelen of andere zaken. Maar helemaal eerlijk was natuurlijk ook dat niet. Want een tegoedbon geven voor goud, terwijl je in je kluis parels, robijnen en saffieren als onderpand hebt liggen, is niet in de haak. Toen bijvoorbeeld de ‘cultivee’ parel werd bedacht en robijnen en saffieren kunstmatig konden worden gemaakt, daalde de waarde van zo’n onderpand en was er niet genoeg dekking voor al die tegoedbonnen die waren uitgegeven. En sinds die tijd is er nooit meer iets veranderd. Mensen zetten hun geld op een spaarrekening op de bank. Ze krijgen een paar procent rente en de bank belegt het geld in aandelen, obligaties, pandbrieven, vastgoed of wat dan ook. Al sinds mensenheugenis hebben we goede tijden waarin alles meezit en de bomen tot in de hemel lijken te groeien. Maar we kennen ook slechte tijden waarin niets lijkt te lukken. Jawel! Zeven vette en zeven magere jaren. In de vette jaren stijgen de beurskoersen en is de waarde van de beleggingen veel hoger dan het tegoed dat de spaarders bij de bank hebben. De bankier slaat zichzelf op de borst en geeft zichzelf vette bonussen. Maar oei oei. Opeens keert de wind en beurskoersen halveren of erger. Dan is de waarde van die beleggingen niet meer voldoende om het geld van de spaarders te garanderen. Als die er lucht van krijgen komen ze hun geld halen en aangezien dat er niet is, gaat de bank failliet. Sinds de tijd van de goudsmeden is er dus niets veranderd. Ook toen al kwamen mensen die hun tegoedbonnen wilden inleveren om hun goud te ontvangen, tot hun schrik tot de ontdekking dat dat goud er helemaal niet was.
Daarbij blijkt ook telkens weer dat bankiers het qua beleggen helemaal niet zo goed doen. Als het erom gaat om rommelhypotheken of Griekse staatsleningen te kopen, staan ze altijd voorop. Een klein beetje huiswerk doen en goed kijken of dat wel safe is, is er niet bij. Van het gezegde ‘Men moet een strooien hoed in de winter kopen’ hebben ze nog nooit gehoord.
Toen de koers-winstverhouding van de AEX in 1980 een factor 6 was en aandelen spotgoedkoop waren, wilde niemand ze hebben. Maar toen de verhouding in 2000 maar liefst 30 was en aandelen dus bespottelijk duur waren, stond iedereen te dringen om ze te kopen. Rond 1980 stond de goudprijs op 600 dollar per troy ounce, wat voor die tijd duur was, maar iedereen wilde goud hebben. In 2000 stond die prijs op 270 dollar per troy ounce en niemand wilde het hebben. Nu staat het goud op 1600 en iedereen wil het weer hebben. Wijs genoeg om te kopen als iets goedkoop is en te verkopen als het duur is, is slechts een enkeling. Als je in 1980 je spaarcentjes in een breed aandelenfonds (OBAM, ROBECO, AEX tracker) had gestoken, had je je geld in het jaar 2000 verzestienvoudigd. Als je je centjes dan in 2000 in goud had gestoken had je je geld nog eens verzesvoudigd. In totaal dus verhonderdvoudigd. Een waarde van toen 10000 euro zou nu een miljoen zijn. En daar had je niets voor hoeven doen. Zo gemakkelijk is het om rijk te worden. Kopen als het goedkoop is en verkopen als het duur is. Precies het juiste moment kiezen valt natuurlijk niet mee. Er gaat geen bel! Maar zo heel moeilijk is het ook niet. Een lange termijn visie en je centjes verdelen tussen aandelenfondsen, grondstoffenfondsen, vastgoedfondsen, edele metalen etc. Dan googelen op ‘historische grafiek koers-winstverhouding’ of ‘goudprijs’ of ‘grondstoffen’ of wat dan ook en datgene bijkopen wat goedkoper wordt en hetgeen verkopen dat duurder wordt. Zonder enige twijfel de beste manier om het veel beter te doen dan het gemiddelde. Een tip wat nu goedkoop is? Wel …. De koers-winstverhouding van de AEX ligt op ongeveer 11. Dat is niet zo goedkoop als de 6 van 1980. Maar in 1980 was de lange rente meer dan 11 %. En een hoge rente is slecht voor aandelenprijzen. Dus als je de extreem lage rente van nu bekijkt ten opzichte van de koers-winstverhouding van 11, zijn aandelen nu eigenlijk best goedkoop. Een deel van je centjes in aandelen en de rest in kortlopende Duitse of Nederlandse staatsobligaties tot de rente weer stijgt, lijkt nog zo stom niet. Als de koers-winstverhouding onder de 10 komt, is er dan een mooie gelegenheid om bij te kopen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Peak-tin: schoolvoorbeeld van Grenzen aan de Groei

Een gastbijdrage van Hans Verbeek, ook te lezen op zijn website.

Voor handelaren en investeerders is zon artikel op Bloomberg (Bear Market in Tin Ending as Shortages Mean PT Timah’s Profit) interessant; de rest van de wereld heeft  geen idee van peak-tin. Alleen insiders kennen het verhaal over de wereldwijde tin-produktie: een schoolvoorbeeld van de Grenzen aan de Groei.

Bloomberg legt uit wat er aan de hand is en wat al jaren aan de gang is.



London Metal Exchange [prijs chart 2000-heden, hierboven]

Op het Indonesische eiland Banka wordt met bamboevlotten tinerts uit de rivieren gebaggerd. Maar de opbrengst ligt dit jaar 33% lager dan in 2008. De mijnwerkers kunnen de vraag, die in twee jaar tijd 14% steeg, niet bijbenen.

De reserves raken uitgeput en de scheepjes halen  slechts 40 kg erts per dag omhoog en dat was  60kg, meldt de voorman in het land dat ‘s werelds grootste tin-exporteur is.

Van Peru tot China werken mijnwerkers keihard om aan de vraag naar tin, een belangrijke component (soldeertin) in vele elektrische apparaten, te kunnen voldoen.

De markt zal voor de vierde keer in 5 jaar onverzadigd zijn volgens Barclays Capital.

In de afgelopen 12 maanden steeg de prijs van tin met 51 procent tot $26185 per ton.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het failliet van de Doha-ronde

Een gastbijdrage van Steven Brakman en Arjen van Witteloostuijn, overgenomen van Me Judice.

De onderhandelingsronde tussen 153 landen (de zogenaamde Doha-ronde) georganiseerd door de WHO (wereldhandelsorganisatie) heeft als doel de handelsbarrières in de wereld op te heffen en vrijhandel mogelijk te maken. Deze ronde mist echter scherpte en wordt belemmerd door een tweedeling tussen arme en rijke landen. Het aantal onderwerpen, waarover onderhandeld wordt, moet sterk beperkt worden.

Aftakeling waakhond handel
Voor de mondiale welvaart is niets beter dan internationale vrijhandel. De praktijk is echter weerbarstig omdat het hemd nader is dan de rok. Bij interne economische tegenwind zoeken landen vaak hun toevlucht tot protectionistische en kortzichtige maatregelen. Onlangs beperkte China de uitvoer van zeldzame metalen onder het mom van milieumaatregelen, hierbij is de Chinese overheid vooral bezorgd over het milieu in het buitenland, terwijl Chinese producenten geen strobreed in de weg wordt gelegd. De Wereldhandelsorganisatie (WHO) is in het leven geroepen om dergelijk gedrag tegen te gaan. In zogenaamde handelsrondes doet de internationale WHO-gemeenschap pogingen om protectionistische maatregelen te identificeren en vervolgens aan te pakken, liefst in de vorm van afschaffing. De huidige Doha-ronde is echter uitgelopen op een drama. Door het steeds toenemende aantal leden – op dit moment 153 – duurt elke handelsronde weer langer dan de vorige omdat het steeds lastiger wordt om overeenstemming te bereiken. Dit jaar kan het tienjarig jubileum van de huidige ronde worden gevierd. En het einde is nog lang niet in zicht.

Steeds meer bilaterale overeenkomsten

Als reactie op deze stroperige eindeloosheid zijn veel landen overgegaan op het afsluiten van bilaterale overeenkomsten, met als gevolg dat veel landen met de rug naar de WHO zijn gaan staan. Deze landen sluiten zich zich in toenemende mate af van de uniforme en niet-discriminerende maatregelen die juist het fundament vormen van de WHO. Een bijkomend gevolg is dat steeds minder landen bereid zijn om zich neer te leggen bij algemeen geldende WHO-regels, en in plaats daarvan hun toevlucht nemen tot ad hoc regelgeving binnen de context van reeksen van bilaterale verdragen. Op deze manier wordt het bestaande WHO-bouwwerk, waaraan decennialang met man en macht is gewerkt, door de leden zelf van buitenaf ondermijnd.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Energiepolitiek en Klimaatpolitiek: Tweedeling of dubbelslag?

Vorige week brachten we de bijdrage van Jan Paul van Soest uit de essay-bundel “De Vergeten Kernvragen in het Energiedebat” alhier. Ditmaal de bijdrage van Simon Kalf uit diezelfde bundel. Hij is bestuurslid ASPO/Peak Oil NL en lid van de Bezinningsgroep Energie.

Energiecrisis en Klimaatcrisis: twee termen die kunnen rekenen op grote naamsbekendheid. Overal, in de media, de politiek en de wetenschap, wordt er over gepraat en geschreven, en de meningen zijn divers. Soms, te vaak, wordt er een tegenstelling tussen de twee gesuggereerd, waar in werkelijkheid deze crises én hun oplossingen hand in hand gaan.
De redenering: Energie = Economie en Klimaat = Milieu creëert zo’n (valse) tegenstelling. De eerste vraag die gesteld moet worden: “Is die redenering houdbaar?”. Het antwoord daarop is even simpel als stellig: “Nee”. Niemand kan volhouden dat de klimaatverandering geen economische gevolgen heeft noch dat onze manier van energiegebruik, met name door de verbranding van fossiele brandstoffen, geen invloed op het klimaat heeft. Niemand, behalve dan klimaatsceptici, aan wie ik hier verder geen aandacht zal besteden.
Er zijn ook “energiesceptici”. Die beweren dan dat er “nog voor honderden jaren” voorraden fossiele brandstoffen beschikbaar zijn. Dergelijke beweringen worden echter nooit onderbouwd en het is dus tijd om aan te tonen dat dit een misvatting is; winbare voorraden en voorkomens worden door elkaar gehaald.

Dat de twee aankomende crises, energie en klimaat, een ernstige bedreiging vormen voor de samenleving, ja zelfs de potentie hebben deze te vernietigen, is steeds meer gemeengoed. Dat er een versterkende wisselwerking tussen die twee bestaat, is dat in veel mindere mate. Om deze wisselwerking goed te doorgronden zullen de beide begrippen eerst los van elkaar geanalyseerd moeten worden, om ze na de analyse weer samen te voegen. Dan zal blijken dat er een dubbelslag gemaakt kan worden bij het matigen van de gevolgen van beide crises. Dat gaat dan om het drastisch ingrijpen op ons energieverbruik. In kwantitatieve zin door het sterk beperken van het verbranden van fossiele brandstoffen; in kwalitatieve zin door een fundamentele verandering van de energiemix. Geen kolen meer, maar wel duurzaam opgewekte elektriciteit en gas als transitiebrandstof. Olie zal al zo snel minder beschikbaar zijn dat beperking vanzelf optreedt. Maar daar geldt, dat het niet langer primair als brandstof gezien moet worden, maar als grondstof voor de petrochemische industrie.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Leidt internationaal kapitalisme tot fascisme?

I have been a big fan of William I. Robinson ever since I read his – ever-so dense but profound – A Theory of Global Capitalism (a book you should all read) – and in this Al-Jazeera column, he pursues a familiar line of thinking: that global capitalism leads to 21st century fascism:

“I want to discuss here the crisis of global capitalism and the notion of distinct political responses to the crisis, with a focus on the far-right response and the danger of what I refer to as 21st century fascism, particularly in the United States.”

I write “familiar” because this is something he has spoken about before. In Robinson’s view, globalization is characterized by three major and dominating entities: transnational capital, the transnational capitalist class (TCC) and the transnational state. These three components are well integrated and embedded, hence their thorough dominance, which, with the current recession, is now plain to see and deeply entrenched:

“By the late 1990s, the system entered into chronic crisis. Sharp social polarisation and escalating inequality helped generate a deep crisis of over-accumulation. The extreme concentration of the planet’s wealth in the hands of the few and the accelerated impoverishment, and dispossession of the majority, even forced participants in the 2011 World Economic Forum’s annual meeting in Davos to acknowledge that the gap between the rich and the poor worldwide is “the most serious challenge in the world” and is “raising the spectre of worldwide instability and civil wars.”

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Zit er te veel of te weinig olie in de grond?

Deze bijdrage nemen we over van Lowtech Magazine.

Waarom is het hoge verbruik van olie en andere fossiele brandstoffen problematisch? Omdat we het klimaat beïnvloeden, zegt de ene. Omdat fossiele brandstoffen op dreigen te raken, zegt de andere.

Als het over energie gaat, is er niet alleen onenigheid over de oplossingen. We zijn het evenmin eens over het probleem: is het “global warming” of “peak oil”? Een belangrijke vraag, want wat een oplossing vormt voor het ene, heeft vaak negatieve gevolgen voor het andere.

Eind april vond in Brussel de negende internationale ASPO-conferentie over “peak-oil” plaats (ASPO is de “Association for the study of Peak Oil and Gas“, die in 2000 werd opgericht). Energie-experts van over heel de wereld kwamen er bij elkaar om te discussiëren over het (al dan niet snel) opraken van fossiele brandstoffen, olie en gas voorop (de video’s van de voordrachten staan online). Lowtech Magazine woonde de conferentie bij op uitnodiging van Rembrandt Koppelaar, mede-oprichter van ASPO-Nederland en redacteur bij The Oil Drum.

Wat is piekolie?

Het concept “peak-oil” of “piekolie” werd in 1956 gelanceerd door M. King Hubbert. Deze Amerikaanse geofysicus besloot op basis van zijn onderzoek naar olie- en gasreserves dat de productie van fossiele brandstoffen een welbepaalde curve volgt in de tijd, waarbij er een piek optreedt in de productie als de helft van de voorraad is opgebruikt. Daarna valt de jaarlijkse productie steeds verder terug.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Weekendcollege | Games for change

Dit is de zesde aflevering in de lezingenserie De Urgentie van Duurzaamheid, van Studium Generale Utrecht. De bijdrage is geschreven door Melanie Peters. Kijk hier de lezing terug.

‘Reality is broken, we need games to fix it’, zo citeerde prof. Peter Werkhoven de Amerikaanse game-wetenschapper Jane McGonigal. Games zouden wel eens de sociale verbanden van de toekomst kunnen zijn. De manier om samen te werken en samen oplossingen te  bedenken voor vraagstukken rond schaarste.

En dat is hard nodig, zo liet Werkhoven zien op basis van onder andere TNO-studies. Van de energiecrisis zijn we al wel doordrongen, maar we zijn veel minder bekend met de schaarste van zeldzame metalen zoals lithium, indium, exotium of neodinium, waar ons mobieltje, maar ook windmolens en zonnepanelen van afhankelijk zijn. Prof. Joost Raessens is als wetenschapper betrokken bij de games for change-beweging en stelt dat games inderdaad in staat zijn ons gedrag te beïnvloeden. Duurzaamheid is niet een probleem van kennis, maar van waardeoriëntatie. Die wordt gevormd tijdens je opvoeding en is daarna erg moeilijk te veranderen.

Toch is het ons gedrag dat we moeten bijstellen. Er wordt nu al gesproken over het opdelven van oude vuilnisbelten om metalen terug te winnen. Slimmere technologie en wetgeving zijn belangrijk, maar onvoldoende om te voorzien in onze behoeften en die van toekomstige generaties. Alleen een ander consumptiepatroon en spaarzamer omgaan met wat we hebben, zal er voor zorgen dat we kwaliteit van leven kunnen behouden. Dat is geen leuke boodschap, maar het spelelement van games zou ons wel eens kunnen overhalen daar toch in te geloven. En al spelend kunnen we aantrekkelijke oplossingen verzinnen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kwestie koshere slacht legt barsten bloot in mythe van de ‘joods-christelijke cultuur’

Zondag was ik één van de gasten in het programma Joods op Zondag van de Joodse Omroep. Onder meer voor een discussie met Manfred Gerstenfeld over diens boek Het Verval. Die mondde overigens naar mijn smaak uit in iets te veel Gerstenfeld en iets te weinig discussie. En het is toch al zo moeilijk om met Gerstenfeld te discussiëren. Hij blijkt namelijk een vriendelijke man op leeftijd te zijn die je dus moeilijk hard kunt aanvallen, hoe graag je ook zou willen en hoe nodig dat ook is. Bovendien praat hij ook nog eens als een langzaam meanderende rivier, weids, vol trage bochten en uitweidingen naar elders.

Maar daar wilde ik het niet echt over hebben. Ook de actualiteit kwam langs bij Joods op Zondag. En daarmee een vraag over het feit dat een kamermeerderheid voor een intiatiefwetsvoorstel van de Partij voor de Dieren dreigt te gaan stemmen dat het onverdoofd ritueel slachten verbiedt.

Shechita

De joodse rituele slacht, de shechita, is de enige manier waarop kosher vlees kan worden verkregen. Hij gaat via een zogenoemde halssnede. Een speciaal daartoe opgeleide slachter, shocheet, snijdt met een vlijmscherp mes in één snelle haal tot aan de halswervels, zo dat alle zenuwen en bloedvaten in één keer worden doorgesneden. Omdat het mes zo scherp is wordt het door het dier bijna niet gevoeld. En doordat de bloedtoevoer dan is afgesneden verliest het dier kort daarna het bewustzijn.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Honderd jaar supergeleiding

Deze gastbijdrage is van Aron Beekman, promovendus theoretische natuurkunde aan de Universiteit Leiden.

Kamerlingh OnnesPrecies 100 jaar geleden, op 8 april 2011, konden Heike Kamerlingh Onnes en zijn medewerkers in het natuurkundig laboratorium aan het Steenschuur te Leiden hun ogen niet geloven. Bij het meten van de elektrische weerstand aan kwik verdween die weerstand plotseling toen het kwik afgekoeld werd tot 4.2 graden boven het absolute nulpunt (-273°C). Onnes had het fenomeen van supergeleiding ontdekt. Deze extreme temperatuur realiseerde hij doordat hij kort daarvoor als eerste ter wereld het edelgas helium tot vloeibare toestand had gedwongen. Hiervoor werd hij in 1913 beloond met de Nobelprijs.

Om deze historische gebeurtenis in de natuurkunde te vieren worden dit jaar over de hele wereld evenementen en activiteiten georganiseerd. En aanstaande vrijdag zal op de plaats van de ontdekking zelf, in Leiden, een speciaal symposium gehouden worden om de ontdekker en zijn nalatenschap te eren. Maar wat is supergeleiding eigenlijk, waarom is het zo’n bijzonder verschijnsel en hoe kwam de ontdekking tot stand? Over dat laatste kwam pas dit jaar echte duidelijkheid.

Heike Kamerlingh Onnes

Heike Kamerlingh Onnes (1853-1926) was een Groninger die in 1882, drie jaar na zijn promotie, in Leiden een aanstelling tot hoogleraar aanvaarde door een oratie met de ambitieuze titel “De annunciatie van de moderne experimentele fysica in Nederland”. Onnes had een visie om lichte gassen vloeibaar te maken en daardoor zeer lage temperaturen te bereiken en zette meteen alle middelen in om dat te bewerkstelligen. Door seculiere en wetenschappelijke tegenslagen werd hij net gescoopt door James Dewar te Londen die als eerste de vloeibare vorm van waterstof produceerde in 1898. Onnes had echter grotere plannen, en richtte zijn laboratorium, gevestigd op de plek waar in 1807 de buskruitramp plaatsvond, zo in dat er op grote schaal vloeibare lucht (stikstof) en waterstof konden worden geproduceerd. Hiermee konden talloze experimenten bij lage temperaturen gedaan worden, én onderzoek naar het vloeibaar maken van het laatste nog niet bedwongen gas: helium.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Nieuwe foto’s geïsoleerd levende indianen


Avatar maar dan echt. Unieke nieuwe foto’s van ongecontacteerde Braziliaanse indianen. Vorig jaar, in 2010, liet de Amerikaanse natuurbeschermingsorganisatie Upper Amazon Conservancy een vlucht uitvoeren boven het gebied aan de Peruaanse kant van de grens met Brazilië. Dit leverde nieuw bewijsmateriaal op voor illegale houtkapactiviteiten in het beschermde gebied. Deze indianen zijn waarschijnlijk afstammelingen van indianen die in de twintigste eeuw vluchtten voor oprukkende rubberplantages. Alhoewel ze geïsoleerd leven beschikken ze wel over metalen gebruiksvoorwerpen die via handel met andere stammen worden verkregen. Klik hier voor meer foto’s en uitleg.

De Braziliaanse overheid heeft overigens vorige week groen licht gegeven voor de voorbereidende werkzaamheden voor de aanleg van de Belo Monte dam. Er zal begonnen worden met de kap van 238 hectare bos. Uiteindelijk loopt meer dan 500 km2 Amazone woud onder en moeten 50.000 mensen gedwongen verhuizen. De indianen op de foto hierboven leven overigens niet in dat gebied, zij worden ‘gewoon’ bedreigd door illegale houtkap.

Vorige Volgende