Zoekresultaten voor

'goed volk'

Foto: rduta (cc)

Zorgen over de academische vrijheid

RECENSIE - Hoe staat het met de academische vrijheid in Nederland? Lukas M. Verburgt & Jan Willem Duyvendak stelden een bundel essays samen over dit onderwerp. Is het woke-denken een gevaar voor een vrije beoefening van de wetenschap? Loopt de vrijheid gevaar door externe financiers die te veel invloed willen hebben op de uitkomsten van onderzoek? De samenstellers van Academische vrijheden in Nederland; wat staat er op het spel? komen, zoals het wetenschappers betaamt, tot een genuanceerde conclusie: er gaan dingen goed, maar er is ook reden voor serieuze zorgen over de bescherming en bevordering van de academische vrijheid. Die zorgen leiden in deze bundel tot enkele pittige debatten.

Verburgt en Duyvendak spreken over academische vrijheden in meervoud. In een juridische context ziet vrijheid er anders uit dan in een filosofische context. In het laatste geval zien we ook nog een verschuiving van negatieve naar positieve academiche vrijheid – van de vrijwaring van inmenging naar de mogelijkheid tot zelfontplooiing en realisatie. Dat brengt een bredere verschuiving met zich mee: van een denken over ‘de wetenschap’ die wordt beschermd tegen ‘extern’ gevaar
naar een wetenschappelijke cultuur die vraagt om ‘interne’ verbetering.

Samenwerking met China

De essays in deze bundel zijn verdeeld over zeven thema’s. In veel bijdragen wordt teruggegrepen op een KNAW-publicatie uit 2021 ‘Academische vrijheid in Nederland: een begripsanalyse en richtsnoer’. Het eerste thema gaat over samenwerking met autoritaire landen. Tom Zwart, hoogleraar aan de Universiteit Utrecht, verdedigt de samenwerking van het (in 2022 opgedoekte) Cross-cultural Human Rights Center aan de Vrije Universiteit met China. In dat land is er meer vrijheid voor wetenschappers dan wij willen geloven. ‘De samenwerking van Nederlandse onderzoekers met internationale partners (dreigt) als wapen te worden ingezet in het kader van oplopende geopolitieke spanningen. Dat heeft een verkillend effect op de academische vrijheid.’ Zijn opponent Casper Wits wijst op de beperkingen in de vrijheid van meningsuiting van Chinese studenten die in Nederland moeten oppassen wat ze zeggen. Hij is ook niet overtuigd van de alternatieve, meer collectieve, visie van mensenrechten die de Chinezen hanteren: ‘de soft power waarmee China invloed wil winnen.’ En dan zijn er nog de veiligheidsrisico’s die aan samenwerking met China vastzitten.

Foto: Bron: Livius.org

Cicero (1): Het begint met ambitie

De wijsbegeerte is in een voor ons herkenbare vorm ontstaan in Griekenland, wat natuurlijk niet wil zeggen dat men in het oude Nabije Oosten niet eveneens deelnam aan het avontuur van de menselijke geest. Het gebeurde alleen op een andere manier: in sombere bespiegelingen als die van de Egyptenaar Ipuwer, in hymnen over de transcendente god Amon, in spreukencollecties en in deprimerende dialoog tussen een mens en zijn beschermgod. Tegelijkertijd ontwikkelden zich in China en India sterke onafhankelijke tradities die we als filosofie herkennen.

Ook de Romeinen hadden belangstelling, en zij sloten zich aan bij de Griekse traditie. Romeinse filosofen kozen daarin meestal niet voor deze of gene Griekse filosofische  school, maar gaven er de voorkeur aan de inzichten van de verschillende stroningen te combineren. We noemden dit eclecticisme. De bekendste eclecticus was Marcus Tullius Cicero, die leefde van 106 tot 43 v.Chr. Eerst zijn biografie.

Opklimmen in Rome

Cicero’s familie behoorde niet tot de Romeinse bestuurlijke elite. Hij werd geboren in Arpinum, een kilometer of honderd onder Rome. Afkomstig uit een provinciestadje, was Cicero niet meteen de ideale kandidaat voor een grandioze politieke toekomst. Zijn familie had echter geld, hijzelf had een goede scholing en met wat handigheid zou hij kunnen opstijgen. Dat werd Cicero’s levensdoel. Zijn belangrijkste wapen: een buitengewoon scherpe pen en dito tong.

Foto: Brond: Livius.org

De Midden-Stoa (2): Poseidonios van Rhodos

In de derde eeuw v.Chr. kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School, het Epicurisme, de Stoa en de Skepsis. Het was onvermijdelijk dat er ook combinaties zouden komen. Karneades was een eerste voorbeeld. De Midden-Stoa is een tweede.

Panaitios’ leerling Poseidonios van Rhodos, overleden in 51 v.Chr., hield vast aan het oude stoïcijnse idee van de totale samenhang. Juist in deze visie, waarin de wereld een redelijk geheel vormt dat ademt volgens de wetten van de natuur, vindt de Stoa volgens Poseidonios haar kracht. Hij is daarmee dus strakker in de leer dan zijn leermeester.

Poseidonios deed dan ook veel onderzoek naar natuurverschijnselen. Hij reisde heel het toenmalige Romeinse Rijk af en begaf zich daar zelfs buiten, om op verschillende locaties metingen van getijden en hemellichamen te kunnen verrichten. Hij schreef ook een geschiedenis van de mensheid waarin hij het belang van de geografie benadrukte: volgens Poseidonios waren de karakters en de daden van volken en mensen te verklaren uit die omstandigheden.

Rationeel of irrationeel

De vroege stoïcijnen hadden gemeend dat de hele wereld op een rationele en logische wijze was geordend, en dat de mens dat daarom ook wel zou zijn. Zoals we in eerder zagen, vonden ze dat negatieve emoties een gevolg waren van een beoordelingsfout, veroorzaakt door een tekort aan kennis. Ook Panaitios hield aan die analyse vast, en was op dit punt weer erg orthodox stoïcijns.

Foto: Gemaakt met DALL-E Oil painting showcasing a group of diverse individuals casting their votes into a ballot box with powerful and dynamic movements. The scene is filled with energy and motion, capturing the essence of futurism

Verkiezingsprogramma’s over taal 2023: VVD, PVV, JA21 en FvD

Dit is de derde keer dat ik de verkiezingsprogramma’s van de Nederlandse partijen voor de Tweede Kamer heb doorgelezen, op zoek naar wat ze te melden hebben over taal en literatuur. Eerder deed ik dat voor dit tijdschrift in 2017 en 2021.

Om maar meteen met een algemene conclusie te beginnen: dat is dit jaar nog minder dan in andere jaren. De enige kwestie waarover bijna alle partijen het hebben is die van de taal in het hoger onderwijs – en eigenlijk vindt iedereen dat er vooral in de bachelors vooral Nederlands moet worden gesproken. De reden dat er over andere kwesties nauwelijks is geschreven, is mogelijk dat de partijen deze keer minder tijd hebben gehad en dus de meer perifere onderwerpen hebben laten liggen En taal en letteren zijn natuurlijk altijd al perifere onderwerpen. Anderzijds zijn de verkiezingsprogramma’s geloof ik niet uitzonderlijk dun. Een probleem bij het maken van dit overzicht is dat er wel veel méér verkiezingsprogramma’s zijn, omdat er meer partijen zijn die een kans maken op een zetel. (Ik ga uit van de Peilingwijzer.) Anders dan in andere jaren neem ik daarom steeds groepjes partijen bij elkaar: deze eerste keer zijn dat de VVD en enkele partijen ter rechterzijde daarvan.

Foto: SouthEastern Star ★ (cc)

Loskomen van TINA

RECENSIE - Margaret Thatcher suggereerde in de jaren tachtig met haar veel geciteerde slogan ‘There is no alternative’ dat er geen ander economisch systeem mogelijk is dan het kapitalisme. Alsof het een natuurwet betreft. Er is van begin af aan veel kritiek geweest op een dergelijke voorstelling die naast een kleine overheid ruim baan propageerde voor het geglobaliseerde bedrijfsleven. Toch is TINA, zoals de leuze doorgaans wordt afgekort, nog steeds een leidraad voor veel regeringen. Sinds de financieel-economische crisis die begin deze eeuw eerst de Verenigde Staten en later Europa trof krijgt de kritiek op het neoliberalisme en het vigerende financieel kapitalisme wel meer aandacht. Thomas Piketty, Kate Raworth, Mariana Mazzucato en Jason Hickel, om een paar auteurs te noemen, hebben laten zien dat het vigerende systeem rampzalige gevolgen heeft voor mens en natuur en dat we dringend moeten gaan nadenken over een andere inrichting van de economie. Want Er is wél een alternatief, schrijven de auteurs van een nieuwe bundel essays onder deze titel over ‘postkapitalisme – een einde aan de roofbouw op aarde en mens’.

Er is wél een alternatief heeft als motto: ‘Alleen als we zien én geloven dat we iets te kiezen hebben, kunnen we samen bouwen aan een betere samenleving.’ Daarvoor moeten we dan wel eerst afscheid nemen van die oude TINA-propaganda. Geen geringe opgave gezien het feit dat het kapitalisme inmiddels zozeer verweven is in ons denken en doen dat we ons nauwelijks kunnen voorstellen dat er echt alternatieven zijn. Loskomen van TINA dus. Goed dat er een boek is dat daaraan kan bijdragen.

Foto: Bron: Livius.org

Karneades in Rome (2)

In de derde eeuw v.Chr. kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School, het Epicurisme, de Stoa en de Skepsis. Het was onvermijdelijk dat er ook combinaties zouden komen.

Karneades in Rome

Sceptisch en pragmatisch als hij was, stelde Karneades dat het Romeinse Recht niet was gebaseerd op een natuurlijke orde, maar op praktisch nut. Het ‘natuurrecht’ is volgens Karneades een fictie. Mensen vinden geen wetten uit op basis van een hogere waarheid, maar uit overwegingen van praktisch nut. De natuur drijft alle levende wezens naar wat voor hen nuttig is, en dat is de werkelijke basis van het recht. Wetten verschillen dan ook van elkaar, net als de gewoonten van de volkeren die ze uitvinden. En ze veranderen naar gelang hun cultuur verandert.

Hiermee sluit Karneades aan op de gedachten van Epikouros over recht. Epikouros meende ook dat recht teruggaat op praktisch nut. Het verschil is dat Karneades, in tegenstelling tot Epikouros, de nadruk legde op de veranderlijkheid van het recht. Epikouros beschouwt de moraal als een individuele afweging, met als doel het maximaliseren van genot. Maar wat genot is, is volgens Epikouros afhankelijk van het mens-zijn, niet van de cultuur waar iemand in leeft. Op die manier streefde Epikouros naar een moraalfilosofie met universele morele uitspraken.

Foto: crumpart (cc)

Europa in de troonrede: wollig en steeds minder zichtbaar

ANALYSE - van Dr. Gerard Breeman en Prof. dr. Arco Timmermans, eerder verschenen bij het Montesquieu Instituut.

Wat wij eigenlijk voor onmogelijk hielden is dit jaar op Prinsjesdag toch gebeurd: het wolligheidsrecord van twee jaar terug is gebroken, zoals figuur 1 laat zien. Met ruim 85 procent louter terugkijkende, beschouwende of algemeen bezwerende uitspraken bevatte de Troonrede dit jaar minder echte beleidsvoornemens dan ooit sinds 1945. Ja, de uitgesproken tekst was die van een demissionair kabinet en ja, dit jaar is er veel te doen over al dan niet controversieel verklaarde kwesties en, zoals dat heet, een ‘beleidsarme begroting’. Maar om dit in perspectief te plaatsen: gemiddeld genomen waren de Troonredes van Mark Rutte een stuk wolliger dan die van alle voorafgaande premiers in Nederland.

Figuur 1: Wolligheidsindex. Percentage zinnen zonder beleidsvoornemens in de Troonrede, 1945-2023

Figuur 1 - Wolligheidsindex - Percentage zinnen zonder beleidsvoornemens in de Troonrede

De meest uitgesproken voornemens dit jaar gingen over de bedreiging van de binnenlandse bestaanszekerheid. Er was ook aandacht voor het buitenland, iets wat doorgaans het geval is in Troonredes omdat een deel van het verhaal gaat over Nederland in de vaart der volkeren. Veel minder aandacht was er dit keer voor economie en milieu. Nu kan je redeneren dat het economisch goed gaat in Nederland en dat er om die reden minder over is gesproken. Maar voor milieu, met al dagenlang blokkades op de A12 in Den Haag, ligt dat toch anders. Wellicht gaat het hierbij om het vermijden van dit heikele onderwerp. De vraag is of dit een verstandige strategie is.

Foto: Roel Wijnants (cc)

Taboe op Bataafse tijd belemmert zicht op geschiedenis van de Nederlandse staat

In november aanstaande bestaat de Grondwet van 1848 precies 175 jaar. Het kabinet ziet de viering daarvan als een goed aangrijpingspunt voor een discussie over de rol van de constitutie in onze samenleving. Dat blijkt uit de brief die Hanke Bruins Slot als minister van Binnenlandse Zaken hierover enige tijd geleden aan de Tweede Kamer stuurde. Erg wonderlijk is, dat de brief geen woord bevat over de Staatsregeling van 1798 die toch onze eerste constitutie was. Ook deze grondwet kent een lustrumjaar, omdat ze juist 225 jaar geleden werd aanvaard. Een gastbijdrage van Jan Postma (*).

OPINIE - De Staatsregeling van 1798 betekende het definitieve afscheid van een republiek met zeven vrij zelfstandige gewesten die werden samengevoegd tot een eenheidsstaat. Een bijzonder fundamentele wijziging van het staatsbestel, die nooit is teruggedraaid.

Ontwerp voor de Staatsregeling van 1798Ontwerp voor de Staatsregeling van 1798

Blijkbaar ligt er nog steeds een taboe op de Bataafse periode in onze geschiedenis. En dat na alles wat over de constitutionele wordingsgeschiedenis in de laatste decennia is geschreven. Ik beperk mij nu tot een citaat, ontleend aan de website Parlement.com:

“De Staatsregeling voor het Bataafsche Volk van 1 mei 1798 is te beschouwen als de eerste Grondwet van Nederland. Voor het eerst was er sprake van een eenheidsstaat, van burgerrechten en -plichten, en van een gekozen volksvertegenwoordiging. Uitgangspunt was de gelijkheid van alle burgers, ongeacht geboorte, bezitting of rang.”

Foto: Bron: Livius.org

Karneades in Rome (1)

In de derde eeuw v.Chr. kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School, het Epicurisme, de Stoa en de Skepsis. Het was onvermijdelijk dat er ook combinaties zouden komen.

Toen de Romeinen rond 270 v.Chr. het Italiaanse vasteland in hun macht hadden, kwamen ze als vanzelf in botsing met de andere grote machten rond de Middellandse Zee: eerst het rijk van Karthago en daarna de hellenistische staten in het oosten.

Tijdens al deze oorlogen was er volop diplomatiek verkeer. Vanuit de Griekse stadstaten en koninkrijken reisden talloze gezanten naar Rome. Zij zagen in de nieuwe supermacht een mogelijke bondgenoot in hun eigen conflicten. Zo kwam in 155 v.Chr. vanuit Athene een zekere Karneades naar Italië.

Karneades in Rome

Karneades was een aantal jaar eerder voorzitter geweest van de platoonse Academie. Het was de tijd geweest waarin de Romeinen hun invloed in Griekenland vergrootten en meer dan ooit belangstelling kregen voor de Griekse cultuur. In Rome was dus een in filosofie geïnteresseerd publiek, dat hij op twee opeenvolgende dagen toesprak. Hij hield twee betogen die volkomen met elkaar in tegenspraak waren. Op de eerste dag hield hij een lang en vurig betoog waarin hij het Romeinse rechtssysteem verheerlijkte. Op de tweede dag maakte hij zijn eigen argumentatie, en daarmee ook het Romeinse rechtssysteem, met de grond gelijk.

Foto: Erik de Haan (cc)

Adaptatie: noodzakelijk, maar ingewikkeld

Het Akkoord van Parijs is vooral bekend vanwege de afspraak om de mondiale opwarming te beperken tot ruim onder de twee graden. Mitigatie dus, in klimaatterminologie. Maar er zijn ook afspraken gemaakt over adaptatie: maatregelen om de schade, risico’s en kwetsbaarheid die het gevolg zijn van klimaatverandering te beperken. Dergelijke maatregelen zijn hoe dan ook nodig: het klimaaat verandert al en dat heeft gevolgen waar we op in zullen moeten spelen. Dat ‘Parijs’ ook de nodige afspraken bevat over adaptatie is minder bekend. Artikel 7 uit het akkoord gaat helemaal over dat onderwerp en het begint zo:

Parties hereby establish the global goal on adaptation of enhancing adaptive capacity, strengthening resilience and reducing vulnerability to climate change, with a view to contributing to sustainable development and ensuring an adequate adaptation response in the context of the temperature goal referred to in Article 2.

Er is onder meer vastgelegd dat er elke vijf jaar een inventarisatie moet worden gemaakt van de voortgang van adaptatie op wereldschaal. Een groep wetenschappers presenteerde vorige maand in een artikel in Nature Climate Change een voorstel voor een systematiek om die voortgang te kunnen bepalen.

Lokale verschillen

Klimaatverandering kent een veelheid aan veroorzakers en gevolgen, wat van adaptatie een complexe aangelegenheid maakt. Daarom moeten adaptatie-maatregelen heel zorgvuldig worden gepland. Gebeurt dat niet, dan zouden maatregelen meer kwaad dan goed kunnen doen. Een oplossing voor het ene probleem, zou andere problemen kunnen verergeren. Ook zijn er lokale verschillen: wat op de ene plek op aarde werkt, zou elders juist averechts uit kunnen vallen. En niet alle gevolgen of risico’s van klimaatverandering zijn even goed voorspelbaar. Bovendien is klimaatadaptatie een doorlopend proces, zolang het klimaat in hoog tempo blijft veranderen. Maatregelen kunnen al snel ontoereikend blijken als er onvoldoende rekening wordt gehouden met veranderingen die nog in de pijplijn zitten.

Foto: Roel Wijnants (cc)

BBB’s “Naboarschap” lost niks op….

COLUMN - …maar bekt wel lekker voor de Bühne, meent gastauteur Harry Bleeker.

Caroline van der Plas gaat geen gemakkelijke tijd tegemoet, zegt mijn gezond verstand. Want er zijn aanwijzingen te over dat de BBB niet in staat is de deplorabele, ohh sorry zeer slechte staat, geen moeilijke woorden bij Caroline, waarin ons land zich bevindt, na 20 jaar neoliberaal beleid onder de VVD, waarin alles geprivatiseerd en “vermarkt” is, op te lossen.

Gezond boerenverstand geeft echter geen garantie op een juiste kijk op de samenleving en haar problemen. Ook de boeren zijn niks zonder de elitaire wetenschappers van Wageningen. En een samenleving die volgens Caroline van de BBB, terug moet naar de jaren 50 van de vorige eeuw, als ik haar goed begrepen heb? Heeft Caroline wel enig idee hoe de samenleving er toen echt uitzag?

Laat ik zeggen dat douches en wasmachines geen gemeengoed waren en ijskasten, oh sorry koelkasten ook niet. Wastobbes, wastafels en kelders waren de norm. Bovendien, de kerk was leidend in de hulp aan anderen, omdat de bijstandswet er nog niet was. Dat had tot gevolg dat lang niet iedereen die het nodig had bijstand kreeg. Misschien was “naboarschap”, nabuurschap in gewoon Nederlands, geen moeilijke worden immers, wel alleen het niet laten doodgaan van een arme familie even verderop, maar zeker weten doe ik het niet. Nabuurschap is van alle tijden, maar de atomisering van onze samenleving heeft dat wel onder druk gezet, want je vindt op sociale media sneller gelijkgestemden dan bij je buren.

Recensie Zomergasten | Alida Dors en de draaglijke zwaarte van het bestaan

RECENSIE - Op 11 augustus van dit jaar, zo leerde de Volkskrant mij, bestond hiphop precies vijftig jaar. Op 3 juli van ditzelfde jaar, zo leerde Wikipedia mij, bestond Zomergasten precies 35 jaar. Hiphop is dus ongeveer precies 15 jaar ouder dan Zomergasten. Toch is de ‘invloedrijkste muziekstroming aller tijden’ (dixit Robert van Gijssel in eerder genoemde artikel van De Volkskrant) niet echt vaak aan bod gekomen in het invloedrijkste tv-programma van de Nederlandse zomer (dixit Max Molovich in deze zin). Ik heb aardig wat afleveringen gezien zo door de jaren heen, maar geen enkel fragment waarin hiphop een belangrijke rol speelde komt bij me op. (Wat natuurlijk ook iets over mijn geheugen zou kunnen zeggen, maar dat terzijde. Ik laat me graag bijpraten in de reactieruimte.)

Wat ik wil zeggen: goed dat Alida Dors te gast was in de laatste aflevering van Zomergasten om dit onrecht even recht te zetten. Dat deed ze niet alleen door fragmenten te laten zien waarin hiphop centraal stond, maar ook door over de cultuur te spreken die haar kijk op leven, werk en leiderschap heeft gevormd. Waardoor ze bijvoorbeeld nu als artistiek leider van Theater Rotterdam niet alleen op talent en ervaring vaart, maar vooral op de vraag wat iemand aan het geheel kan toevoegen. En dat je moet vieren wat er is, niet wat er niet is.

Vorige Volgende