Mark Rutte heeft een ingenieuze reden gevonden om de gewraakte spotprent van Adriaan Soeterbroek uit de door de PVV en VVD opgerichte Vrijdenkersruimte van de Tweede Kamer te houden: “Ik hoef ‘m daar niet op te hangen, omdat ‘ie niet door de rechter verboden is.”
Nou ja, ingenieus… Geen van de werken die in de vrijdenkersruimte vallen te bewonderen zijn ooit door de rechter verboden, dus waar hebben we het over? Zelfs het werk van Gregorius Nekschot is nooit door een rechter beoordeeld.
Eerder al had de PVV zich teruggetrokken uit het initiatief, toen op aandringen van Tofik Dibi enkele prenten in de collectie werden opgenomen, die kritisch waren over de PVV en Israël. De ruimte was volgens Fleur Agema namelijk alleen bedoeld voor “kunst die is verwijderd onder druk van moslims. Dat is het thema van de expositie”. Het ging de PVV dus niet om de vrijheid van meningsuiting in het algemeen, maar de vrijheid van moslimbashen.
Nu valt ook Mark Rutte’s VVD door de mand als hopeloos opportunistisch. De vrijheid van meningsuiting is weliswaar absoluut, maar de VVD zou wel gek zijn om mee te werken aan het al te grof beledigen van coalitiepartner PVV. De samenwerking is immers al delicaat genoeg.