Kunst op Zondag | Textiel Biënnale – Beelden van macht

De Rijswijkse textiel biënnale is er weer. In een museum waar we vaker zijn geweest. Omdat het in kleine musea aangenaam vertoeven is. En omdat textielkunst iets onweerstaanbaar eigens heeft. Het thema van deze textiel biënnale is ‘Images of power’. Twintig kunstenaars en even zoveel ‘interpretatiemogelijkheden en betekenissen van de verbeelding van macht’. Verbeeld op wand- en vloerkleden, patchwork, borduursels, installaties en video’s. Wandtapijten Mercedes Azpilicueta (Argentinië) sluit aan bij een eeuwenoude traditie verhalen (al dan niet waargebeurd) uit te beelden op wandtapijten. In dit geval het levensverhaal van Catalina de Erauso, die op jonge leeftijd het klooster ontvluchtte en onder verschillende mannelijke alter ego’s de wereld introk, onder andere als ‘conquistador’ van de ‘Nieuwe Wereld’. Mercedes Azpilicueta - Abya Yala (Tierra Madura), 2021 (onderdeel van Bondage of Passions) Marcos Kueh (Maleisië) gebruikt traditionele folkloristische elementen in zijn werk. Hij is in Nederland afgestudeerd. Vorig jaar kocht het Textielmuseum in Tilburg wandkleed ‘Rasa Sayang’ aan. In Museum Voorlinden is tot 24 september het tapijt ‘Kayo Ara’ te zien. In museum Rijswijk hangt Monyet merah (het rode aapje), een assemblage van geweven posters. Het verhaalt van de op palmolieplantages gevangen apen, die worden gemarteld en rood geverfd weer worden losgelaten. Zijn soortgenoten denken dat het aapje een mutant is en daarmee zit de schrik voor de plantages er goed in. Marcos Kueh - Monyet merah, 2023 De Duitse tapijthandelaar en ontwerper Jan Kath vond inspiratie in weer een andere traditie: die van de Afghaanse tapijten. In 2015 had het VPRO radioprogramma ‘Bureau Buitenland’ een item over Afghaanse tapijten, waarop niet langer traditionele elementen te zien waren, maar geweren, tank en drones. De Afghaanse ‘oorlogstapijten’ vinden hun oorsprong in de periode van de Russische invasie in Afghanistan. Bizarre wending: De tapijten werden gewilde items voor westerse hipsters. Toeval of niet, in 2015 begon Jan Kath aan zijn serie rug-bombs (tapijtbommen). In verschillende interviews zegt Kath dat de oorlogen in Irak en Syrië aanleiding waren voor deze serie. Van oudsher worden op tapijten ‘de toestand in de wereld’ verbeeld. In die traditie ziet Kath ook verschrikkingen en gevolgen van oorlogen passen. Is een tapijt met een bommenwerpende Apachehelikopter een duidelijk statement tegen oorlog of louter een documentair tijdsbeeld? Jan Kath – Apache, 2022 Portretten Er zijn diverse in textiel vormgegeven portretten van bekende mensen te zien. De portretten van Preta Wolzak (NL) zijn echter van samengestelde mensen, die één ding gemeen hebben: een geel oor. Geïnspireerd op een citaat van Rosa Parks: “Why can’t we see that there is only one race: the human race”. Preta Wolzak – ‘People With The Yellow Ear’ #20, #16, #21 en #9 People with the yellow ear #20: 33% Schos, 33% Azerbeidzjaans, 34% Fuegians. People with the yellow ear #16. 33% IJslands. 33% Jamaïcaans, 34% Marokkaans. People With The Yellow Ear #21: 33% Spaans, 33% Grieks, 34% Inuit. People with the yellow ear #9: 33% Keniaans 33% Siciliaans,  34% Canadees. Kunst roept vragen op Een veel gebruikt cliché. In Rijswijk stellen melanie bojano (NL) en Emma Talbot (GB) echt vragen, waar je best even bij stil mag staan. Emmy Talbot (GB) stelde verschillende bewerkte zijden doeken de ‘21st Century Sleep Walk (2018) samen. Het hele werk ziet u boven dit artikel. Ze borduurde daar tal van vragen op en lijkt soms ook suggesties van antwoorden te geven. Om maar eens een paar vragen er uit te lichten: Bevindt u zich aan de buiten- of binnenkant van dit gebouw? Gespiegeld en gefragmenteerd over platforms / Gesurveilleerd en onderzocht / Gejaagd en achtervolgd / Gevolgd op het punt van uitwisseling Wat zou je antwoorden op: Wat is je beloofd? Eeuwige opwaartse mobiliteit? En ze wil weten: Blijf je ook alsmaar denken; er moet toch een andere weg zijn? Bij de installatie waarbinnen de film Progress vs sunsets Re-formulating the Nature Documentary (2017) van melanie bojano is te bekijken, heeft de kunstenaar een hele vragenlijst opgehangen. Alles samenhangfend met de film die handelt hoe op jonge leeftijd al ons beeld van dieren vervormd wordt door grappige youtube-filmpjes van (o.a.) Disney-achtige dierfiguren. Aardig om die vragenlijst door te nemen. We geven er hier twee weg: Wat is hierop uw antwoord? En wat denkt u hiervan? Russisch tintje Er zit een beetje eigenaardig Russisch tintje aan de tentoonstelling. In deze tijden zou je geen Russische inbreng verwachten. Twee kunstenaars zijn in Rusland geboren, maar hebben niets van doen met Putins oorlog. Julia Winter (pseudoniem voor Julia Krupenia) is geboren in Moskou, maar allang geëmigreerd naar Nederland. Op deze tentoonstelling is er wel een commentaar van haar op “de spanningen tussen Rusland en Amerika/West-Europa”. Op twee munitiekisten staat een vlag die bestaat uit dollar en roebelbiljetten. Van Gluklya (a.k.a. Natalia Pershina-Yakimanskaya), geboren in St. Petersburg is de installatie ‘Field Wives’ te zien. Zij is onder meer bekend van ‘Kleren voor de demonstratie tegen de valse Putin verkiezingen’. Maar wat doet het portret van Putin op deze tentoonstelling? Op de bovenverdieping hangen zes door Badru Temitayo (Nigeria) gemaakte textiele portretten. Aan een wand drie vrouwen: de atlete Tobi Amusan, zijn moeder en de Nigeriaanse activiste Aisha Yesufu. Aan de andere wand zien we George Floyd,  Kamala Harris en Vladimir Putin. Badru Temitayo zegt in een Facebookbericht niet meer dan: While some of these portraits might be aspirational, a few serve as commentary on recent events that have affected the people and nations globally. My goal is to stir up conversations with these images. I hope that when people encounter the portraits, it serves as a departure point to explore nostalgia, memory or even futuristic desires to nurse aspirations even. In het tentoonstellingsboekje staat: “Het portret van Valdimir Putin is een commentaar op wat de wereldwijde perceptie van hem en zijn gebruik en misbruik van macht betekent”. Wat jammer is: Het begeleidende boekje behandelt de kunstenaars op alfabetische volgorde van voornaam. Niet op indeling van de tentoonstelling. Dus als je op de benedenverdieping begint en je wil meteen meer over de kunstenaars weten, zoek je eerst bladzij 23 op. Daarna ga je de grote zaal in en blader je van 39 naar 17, 47, 43, 15 en 19. Of vice versa. Jammer ook dat in die zaal niet minstens één bankje is om even te zitten en al die indrukwekkende beelden op je gemak tot je te nemen en dat boekje door te nemen. Tot slot Gaat dat zien en bewonder ook het werk van Barbara Pronk (NL – geen website te vinden), Cristiana de Marchi (It), Fransje Killaars (NL), Gosia Mirga-Tas (Polen-Roemenië), Jacobo Alonso (Mexico), Joyce Overheul (NL), Koen Taselaar (NL), Mary Sibande (Zuid-Afrika), Rah Naqvi (India) en Senzeni Marasela (Zuid-Afrika).

Door: Foto: Museum Rijswijk Textiel Biënnale 2023 - Emma Talbot 21st Century Sleep Walk - eigen foto

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: © Sargasso logo Goed volk

Dodenwegen in Nederland (slot)

ACHTERGROND - [In het derde deel van zijn reeks over neemt Hans Overduin u mee naar fantoomlijken en het buurschap Drie. Het eerste deel las u hier en het tweede deel was daar.]

Dodenwegen en fantoomlijken

Dodenwegen mochten in principe nooit worden afgesloten. Dit had onder meer te maken met het verschijnsel van spook- of fantoomlijkstoeten. Het motief van spooklijkstoeten is, op Zeeland na, in Nederland wijdverbreid. In de volksverhalenbank van het Meertens Instituut zijn er liefst een kleine vijfhonderd varianten van te vinden.

Het verhaal draait om het gegeven dat iemand zonder het te beseffen op een dodenweg tegen een fantoomlijkstoet kan oplopen en daarbij onaangename dingen ervaart als onzichtbare handen die hem aan de kant van de weg duwen of over een haag langs de weg of in een sloot smijten.

Dat zöagn ie nich, mer ineens, dan kreagn ie ne klap, ie völn umdaal, dan mos dee koets mos der langs.

Eén en ander wordt als des te schokkender ervaren aangezien degene wie dit overkomt niet beseft wat er aan de hand is en zich van geen kwaad bewust is.

Bericht uit het Gelders Sagenboek (1943) van J.R.W. Sinninghe

Foto: lens-flare.de (cc)

Een niet meer te stoppen radicalisering

RECENSIE - Zelden las ik een roman die de actualiteit zo dicht nadert. In Zwischen Welten spelen Juli Zeh en Simon Urban met alle hedendaagse politieke en culturele thema’s: klimaatverandering, identiteitspolitiek, racisme, cancelcultuur, genderkwesties, taalgevoeligheden, de toekomst van het boerenbedrijf, de kloof tussen stad en platteland, de oorlog in Oekraïne. Heel hedendaags is ook de vorm: het boek bestaat uit een uitwisseling van mails en appjes tussen de twee hoofdpersonen, de journalist Stefan en zijn voormalige studievriendin Theresa die het boerenbedrijf van haar vader in Oost-Duitsland heeft overgenomen. Een uitwisseling die -ook heel herkenbaar- regelmatig ontspoort. Het boek bestrijkt de periode van januari tot oktober 2022. Het is allemaal fictie, maar het idee dat het ook allemaal gebeurd zou kunnen zijn vorig jaar dringt zich regelmatig op. En dat geldt niet alleen voor Duitsland.

Juli Zeh heeft eerder prachtige boeken over het hedendaagse leven geschreven zoals Ons soort mensen en Nieuwjaar. De vorm van de nieuwe roman die ze samen met Simon Urban schreef wekte bij mij aanvankelijk wel enige reserve: 416 pagina’s briefwisseling, kun je daar wel voldoende ontwikkeling in stoppen om het boeiend en leesbaar te houden? Op dat punt ben ik echter totaal niet teleurgesteld. Het boek is tot het einde zeer onderhoudend en bepaald niet gespeend van de nodige humor over hedendaagse opvattingen en gebruiken. Het is in feite een actuele satirische zedenschets die te denken geeft over moderne cultuur en hedendaagse politieke mores. We zien Stefan worstelen op de redactie van zijn Hamburgse weekblad. Hij kiest een progressieve positie inzake klimaat en gender, maar verliest het in de loop van het verhaal van de intriges van radicalen die zijn chef en grote voorbeeld uiteindelijk de kop kosten. Theresa zien we radicaliseren als haar bio-melkveebedrijf ten onder dreigt te gaan aan overheidsvoorschriften en ze geconfronteerd wordt met een collega die er geen gat meer in ziet en een einde aan zijn leven maakt.

Closing Time | Va Fangool!

Vandaag is het precies tien jaar geleden dat acteur James Gandolfini overleed. Hier een ludieke hommage aan de rol die hem wereldberoemd maakte: Tony Soprano.

Foto: Jo Zimny (cc)

Kunst op Zondag | Kopje thee

Wij hebben geen theecultuur. De Britten wel en vandaar dat zij al eeuwen de wereld langs de meetlat van een kopje thee leggen. Als iets hen niet bevalt heet het dan ook ‘not my cup of tea’ te zijn.

Het is niet zo heel aardig een willoos voorwerp tot instrument van het menselijk beoordelingsvermogen te maken. Wij trekken het kopje thee daarom uit die onverdiende beklemming.

Want thee is knusse gezelligheid. Wel behoorlijk elitair en voorbehouden aan dames van stand: Marie BracquemondLe goûter (Middagthee), 1880
thee

Of in ieder geval voor het vrouwelijk smaldeel der ‘gegoede burgerij’: Mary CassattThe Tea, 1880
thee

Maar dat ooit elitaire kopje thee is nu een attractie voor iedereen.

Die draaiende kopjes komen uit het verhaal over een idioot theekransje (hoofdstuk 7 uit ‘Alice in Wonderland’). Vereerd met menig sculptuur.

Harry MarinskyThe mad tea party, 1994

Allemaal een beetje zoetsappig. Wat goed kan als het bijvoorbeeld om aardbeienthee met twee scheppen suiker gaat. Maar dat terzijde. Een volledig uit de hand gelopen ‘mad tea party’ was de Boston Tea Party. Een groepje als indianen verklede anti-belasting kolonisten overvielen Britse schepen die thee aan land wilden brengen. De thee belandde in het water van de haven van Boston. Naar verluid was dit een van de acties die uiteindelijk leidden tot de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

RIP – Willem Nijholt (19 juli 1934 – 23 juni 2023)

NIEUWS - Ach Willem Nijholt, wat een klap voor de Nederlandse cultuursector dat jij de Man met de Zeis bent tegengekomen. Maar het moest een keer gebeuren, en je hebt ruim 88 jaar je stempel kunnen drukken op deze aardkloot. Want wat een legacy laat je achter! Wat was je een veelzijdig artiest en wat een icoon ook voor wat we nu de LHBTI+-community noemen.

Ik ben te jong om Oebele meegemaakt te hebben, maar dat was destijds een baanbrekend en heel populair kinderprogramma. Maar in het theater kwam je pas echt tot je recht, want je kon ook geweldig dansen en zingen. Je hebt vele musicals opgesierd, en natuurlijk het sluitstuk, de kroon op je (ruim 60 jaar-durende) carrière, De Indië Monologen. Toen was je al 84!

Ik hoop dat je Gerard Reve daarboven tegenkomt. Kun je hem een mep verkopen omdat hij je afwees. En Wim Sonnevelt natuurlijk, met wie je zo gelachen hebt. En daarna samen een boom opzetten over hoe bespottelijk het menselijk leven is. Rust vooral niet in vrede, want dat is niks voor jou. Schudt de boel maar lekker op daar. Dag Willem…

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: © Sargasso logo Goed volk

Dodenwegen in Nederland (2)

ACHTERGROND - In het eerste deel van dit artikel beschreef ik hoe men tot in de jaren vijftig van de vorige eeuw op het platteland de doden over speciale dodenwegen naar hun laatste rustplaats bracht. Vandaag een vervolg.

Het gebruik van de dodenwegen

Over de dodenweg trok de begrafenisstoet naar de dichtstbijzijnde kerk en het kerkhof. Het lichaam werd aan het sterfhuis uitgedragen, de voeten naar voren om te voorkomen dat de doden een laatste blik van herkenning op zijn of haar huis kon werpen, en liefst via een speciaal daartoe bestemde deur, de dooddeur of lijkdeur genoemd. Kerken, ook in de steden, hadden soms een speciale deur waardoor de dode na de uitvaartmis of -dienst de kerk uit werd gedragen om op het naastgelegen kerkhof begraven te worden. Het sterfhuis werd zoveel mogelijk onherkenbaar gemaakt.

Zuid-Beveland

De gebruiken verschilden per streek, maar bijvoorbeeld op Zuid-Beveland werden de matten van de vloeren gelicht, de gordijnen van de ramen verwijderd en de blinden gesloten om de ziel na het verlaten van het sterfhuis te verhinderen terug te keren. In huis werd de klok stilgezet en werden de spiegels en schilderijen omgedraaid. Dit was niet alleen om het interieur van het huis onherkenbaar te maken, maar aangezien de spiegel de ziel van de mens reflecteert was men bang dat de geest van de dode een nabestaande die zich spiegelde zou meevoeren.

Foto: © Sargasso logo Goed volk

Dodenwegen in Nederland (1)

ACHTERGROND - De funeraire cultuur van ‘het volk’, vooral op het platteland, is (in tegenstelling tot de cultuur van midden- en hogere klassen in de steden) altijd doorspekt geweest met volks- en bijgeloof. De kerk maakte een strikte scheiding tussen het  ‘geestelijke’ hiernamaals en het materiële hier en nu, maar voor het ‘gewone volk’ was dit onderscheid zo logisch niet. Ondanks de verkondigingen van de dominee of de pastoor dat de dode nu in het hiernamaals verkeerde, werd de ziel van de overledene, ook al behoorde die toe aan een dierbare, per definitie als een probleem gezien.

Ook een dierbare werd bij leven altijd wel eens onheus bejegend en de ziel van de dode mocht eens op wraak zinnen. Na het sterven werden de ogen gesloten. De ziel had via de ogen het lichaam verlaten en het moest koste wat kost voorkomen worden dat de ziel via diezelfde weg zou terugkeren in het lichaam. De dode moest in verwarring gebracht worden zodat hij of zij vanaf het kerkhof of de weg daar naar toe, de weg naar huis niet zou kunnen terugvinden.

De weg naar het graf

De weg die de begrafenisstoet naar de begraafplaats volgde, was daarbij één van de essentiële elementen. Hiervoor werden speciale wegen gebruikt, de doden- of lijkenwegen. Ze waren van geslacht op geslacht voor ieder gehucht overgeleverd en zelfs voor iedere hoeve vastgelegd. Het waren vaak niet meer dan paden of karrensporen. Het was wel éénrichtingsverkeer, want de terugweg van de nabestaanden ging via een andere route: de lichaamloze ziel mocht ze immers eens achterna komen. Om de overledene in verwarring te brengen werd bovendien bij aankomst driemaal (voor de Vader, de Zoon en de Heilige Geest) een rondje om de kerk c.q. het kerkhof gemaakt.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Directie Voorlichting (cc)

Kunst op Zondag | Quo Vadis?

Waarheen leidt de weg. Waar gaat dat heen, hoe zal dat gaan.  Een vraag zo oud als de weg naar Rome.

Annibale Carracci (1560 – 1609) – Christus verschijnt aan Petrus (Domine, Quo Vadis?), 1601 – 1602
De apostel Petrus vluchtte uit Rome om aan de christenvervolgingen door keizer Nero te ontsnappen. Op de Via Appia, even buiten de stad, zag hij Jezus die met een groot kruis liep te sjouwen. Petrus vroeg hem: “Waar gaat dat heen, Heer?”. Jezus zei: “Ik ga naar Rome, om opnieuw gekruisigd te worden”. Petrus interpreteerde dit visioen als opdracht om terug te keren naar Rome. Dat liep slecht met hem af.
Quo vadis?

Heine Semke – Quo Vadis Victor, 1942
Keramieken tegel, tegen de verschrikkingen van W.O. II
Quo vadis?

Kitawaki Noboru – Quo Vadis?, 1949
Kunsthistoricus Milo Cleveland Beach legt hier uit:

“Quo Vadis (1949) van kunstenaar Kitawaki Noboru beeldt een man af die niet zeker weet welke kant hij op moet; een lange rij mensen roept herinneringen op aan rijen soldaten of gevangenen, terwijl het blauw van de lucht eindeloze leegte suggereert. Dit schilderij weerspiegelt de boeiende problemen waarmee beeldend kunstenaars werden geconfronteerd die niet alleen te maken hadden met tegenslagen tijdens de oorlog, maar ook met fundamentele waardenverwarring in de nasleep ervan”

Vorige Volgende