Studium Generale Universiteit Utrecht

211 Artikelen
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Ontmoet befaamde wetenschappers, debatteer met denkers en luister naar schrijvers die hun drijfveren blootleggen. Studium Generale is het podium van de Universiteit Utrecht, waar studenten, docenten en andere geïnteresseerden kennis kunnen maken met alle mogelijke vakgebieden.

Studium Generale biedt iedereen de mogelijkheid kennis te maken met een vakgebied zonder verdere verplichtingen. Een toegankelijk programma op academisch niveau, te volgen zonder voorkennis. Waarom vindt de universiteit dit belangrijk? Omdat academische vorming meer is dan vakinhoudelijke kennis. En omdat de wet bepaalt dat de universiteit aandacht moet schenken aan de samenhang van wetenschappen en aan de maatschappelijke aspecten van wetenschap.

Meer informatie over ons, onze lezingen en ons nieuwsblog vind je op www.sg.uu.nl.
Foto: John Wardell (cc)

Gecalculeerd gokken

ACHTERGROND - We weten niet precies wat de gevolgen van klimaatverandering zullen zijn. Moeten we dus wel of niet preventief ingrijpen?

Mensen houden wel van een spelletje. Echte gokkers kunnen dan ook hun hart ophalen bij het klimaatcasino, waar onzekerheid op onzekerheid gestapeld is. Wat is de kans dat het klimaat de komende honderd jaar drastisch verandert wanneer we niets doen aan onze uitstoot van broeikasgassen? Is niets doen niet de meest onverstandige gok om te nemen? Prof. dr. mr. Herman Philipse sprak in de lezingenreeks Klimaatverandering over hoe te handelen in situaties van onzekerheid.

Preventief handelen of later aanpassen?

Willen we iets doen aan de klimaatverandering, zijn er ruwweg twee opties: actief of reactief handelen. Een actieve vorm van handelen is mitigatie. Mitigatie houdt in dat de uitstoot van broeikasgassen wordt teruggebracht. Een andere mogelijkheid is adaptatie: je aanpassen aan de veranderende omstandigheden. Nederlanders kunnen bijvoorbeeld de dijken verhogen, of – als ons land onder water loopt – verhuizen naar hoger gelegen buurlanden.

Maar een aanpassing is in veel opzichten, zoals bij de oceaanverzuring, niet eenvoudig. Armere landen, waar vis een belangrijk deel van de voedselvoorziening is, kunnen niet gemakkelijk andere voedselbronnen aanboren. Het actief terugbrengen van de uitstoot van broeikasgassen is daarom wenselijker dan een passieve reactie achteraf.

Foto: NWFblogs (cc)

Klimaatverandering is een moreel probleem

Juist de morele vragen rondom klimaatverandering staan eenvoudige oplossingen in de weg.

‘Wat kan mij het klimaat nou schelen? Wanneer de grootste veranderingen intreden ben ik toch al dood!’ Dat is een veelgehoorde reactie wanneer je mensen op hun verspillende, onduurzame gedrag aanspreekt. Onterecht. Want ook voor mensen van nu is klimaatverandering een urgent probleem: een moreel probleem, zo stelde prof. dr. mr. Herman Philipse tijdens zijn tweede lezing in de serie Klimaatverandering.

Morele vragen

Moeten we minder broeikasgassen uitstoten om zo de klimaatverandering zo min mogelijk te belasten? Of moeten we juist maatregelen nemen om onszelf te weren tegen mogelijke bedreigingen die met klimaatverandering samen gaan? Dat zijn volgens Philipse de vragen die wij ons moeten stellen. Tenminste drie morele kwesties daarbij een belangrijke rol.

Ten eerste is er de vraag hoe wij de aarde voor toekomstige generaties achter behoren te laten, zodat ook die op een leefbare wereld terecht komen. Daarnaast is er de vraag hoe de verdeling van de CO2-uitstoot moet worden geregeld. Moeten landen die vroeger veel broeikasgassen hebben uitgestoten ook de lasten daarvan dragen? Of moeten juist opkomende economieën getemperd worden in hun drang om steeds meer fossiele brandstoffen te verstoken?

Foto: Tiziano L. U. Caviglia (cc)

Tussen plicht en instinct

ACHTERGROND - Waarom zorgen we als maatschappij eigenlijk voor onze ouderen? Vanuit biologisch oogpunt is dat allesbehalve vanzelfsprekend.

Evolutionair gezien, zijn ouderen doorgaans maar nutteloos. Aan de voortplanting doen ze niet mee en hun traagheid en zwakke fysieke gestel maken hen tot een last voor de groep. Volgens primatoloog Frans de Waal heeft onze moraal een evolutionaire oorsprong.

Maar als dit zo is, en ouderen zijn inderdaad evolutionair nutteloos, waarom zouden we dan het vijfde gebod ‘eert uw moeder en vader’ volgen? Het is een culturele aanvulling op onze natuur, meent prof. Hans Achterhuis.

Weg ermee?

De antropoloog Jared Diamond noemt vijf traditionele manieren om van ouderen af te komen. Achterhuis haalt deze methoden aan om te laten zien dat ouderenzorg niet biologisch vanzelfsprekend is.

Ten eerste kun je ouderen compleet verwaarlozen, zoals bijvoorbeeld Australische Aboriginals gewoon waren te doen. Nomadische stammen laten ouderen vaak simpelweg achter. De Yakut in Siberië laten ouderen doelbewust zelfmoord plegen. Een vierde manier om van ouderen af te komen, is door ze een handje te helpen bij hun zelfmoord. Sommige stammen zien dat als een eervol ritueel. Bij sommige stammen wordt een zoon die weigert deel te nemen aan dit ritueel zowel door zijn tribale gemeenschap als door de te doden ouder te schande gemaakt. Tenslotte kun je ouderen natuurlijk ook zonder hun instemming doden.

Foto: Muzaffar Bukhari (cc)

Een onheilspellend experiment

Het al dan niet opzettelijk negeren van alle kennis over klimaatverandering is weinig meer dan een onverantwoord en onheilspellend experiment.

‘De mensheid voert een onbedoeld en ongecontroleerd experiment uit, waarvan de uiteindelijke gevolgen alleen vergelijkbaar zullen zijn met een wereldwijde nucleaire oorlog.’ Deze klare taal werd gesproken in 1988 gesproken op de Conferentie voor Klimaatverandering in Toronto.

Sindsdien is de kwestie van klimaatverandering steeds urgenter geworden, maar de aanpak van het probleem lijkt er niet makkelijker op te worden. De klimaatonderhandelingen in Kopenhagen van 2009 liepen uit op een teleurstelling. Afgelopen maandag (31 maart) verscheen het laatste rapport van het klimaatpanel IPCC, waarin werd geconcludeerd dat we de klimaatverandering nu toch echt op alle fronten beginnen te merken.

Overkoepelend perspectief

De mens is dan ook architect van de eigen ondergang. Dat stelt filosoof prof. dr. Herman Philipse in de eerste lezing van de reeks Klimaatverandering.

Maar wat heeft een filosoof eigenlijk aan dit debat toe te voegen? Weten astronomen, chemici, fysici, meteorologen, geografen, economen, sociologen niet veel meer over klimaatverandering?

Philipse legt uit dat elk van deze onderzoeksgebieden essentieel is voor de studie van het vraagstuk. Maar als afzonderlijke wetenschappers slechts over hun eigen vakgebied praten, bestaat er geen enkel overzicht. Als filosoof beschouwt Philipse het probleem vanuit de ethiek. Zo probeert hij als het ware een overkoepelend verslag te geven.

Foto: Simon Scott (cc)

Knobbels, straling en scanners

ACHTERGROND - Dankzij de ontwikkeling van beeldvormende technieken, wordt de behandeling van geestesziekten in de toekomst gemakkelijker.

Moeten we geesteszieke mensen behandelen met pillen of door met ze te praten? ‘Daar kan ik kort over zijn: allebei!’ aldus prof. dr. René Kahn in de laatste lezing van de reeks Waanzin. Volgens hem zijn de twee methodes helemaal niet tegengesteld. Voor patiënten met een milde depressie is het bijvoorbeeld goed om het gesprek aan te gaan en cognitieve gedragstherapie toe te passen. Bij patiënten met zware en terugkerende depressies is het juist noodzakelijk om medicatie voor te schrijven. En bij weer andere patiënten moeten pillen en praten juist worden gecombineerd.

Maar bepalen wie op welke wijze moet worden behandeld, dat is een kunst. En om deze kunst te perfectioneren moeten we mentale ziektes beter begrijpen. Dat is een lang proces, daardoor zal het nog lange tijd duren voordat er nieuwe behandelingen voor geestesziektes als depressie en schizofrenie beschikbaar zijn. Maar dát ze er komen, daar twijfelt Kahn niet aan. Door de opkomst van MRI en andere beeldvormende technieken leerden we in korte tijd ontzettend veel over ons brein. De psychiatrie kreeg meer inzicht in hoe ziektes zich ontwikkelen, ontstaan en hoe ze voorkomen kunnen worden.

Knobbels en straling

Foto: Helgi Halldórsson (cc)

Een volmaakte dag

ACHTERGROND - Een gedeelde vrije dag is essentieel voor onze samenleving, meent prof. dr. Hans Achterhuis.

De sabbat was van oorsprong een dag gevrijwaard van werk, voor diepe rust en bezinning. Tegenwoordig gebruiken we de zondag om te sporten, om te winkelen of om gezellig naar de dierentuin te gaan. Zien we hier een teloorgang van een belangrijke religieuze traditie? In de reeks 10 Geboden revisited verkent prof. dr. Hans Achterhuis de betekenis van het vierde gebod de sabbat, tussen toen en nu.

‘Ik verzeker u dat deze dag volmaakt is.’ Zo sprak God tegen het volk van Israël over de sabbat. Daarmee werd deze speciale heilige dag ingelast, waarop alle arbeid werd gestaakt. De gelovigen wijdden hun dag aan nadenken over God. Maar naast deze religieuze invulling, had de sabbat ook nog eens sociaal en politiek gewicht. Het hebben van een eigen gebruik was een manier waarop men zich als groep kon onderscheiden. Door de eeuwen heen voorzag het principe van de sabbat het Joodse volk van een eigen identiteit. Maar dat betekent niet dat de balans tussen werk en rust in andere culturen en tijden niet belangrijk was. Integendeel.

Lekker lui

Om de waarde van werk en vrije tijd door de eeuwen heen te begrijpen, gebruikte de socioloog Max Weber de termen ’traditie’ en ‘moderniteit’. Aan de hand van deze begrippen ziet hij door de tijd heen een interessante wisselwerking, waarin de waardering van arbeid en vrije tijd steeds verschuift. Zo zien we in de vroege tradities dat men arbeid een beetje beschouwt als taboe, het is iets voor het plebs en slaven.

Foto: Scott* (cc)

Is Vrouwe Justitia blind?

ACHTERGROND - Mag het rechtvaardigheidsgevoel van de rechter een rol spelen in de rechtszaal?

Stel je voor. Een man trouwt met een steenrijke vrouw. Het stel trouwt in gemeenschap van goederen. Vijf weken later overlijdt de echtgenote. Ze is vermoord, nota bene door haar man. Mag de echtgenoot het vermogen houden? Iedereen kan hier wat van vinden, ook zonder juridische kennis.

Iedereen heeft een rechtvaardigheidsgevoel. Ook rechters. ‘We hebben allemaal een moreel kompas, rechters zijn niet de enigen,’ aldus rechter Rosa Jansen in het Filosofisch Café. Maar mag dat gevoel een rol spelen in de rechtszaal?

Bovenmenselijk

Rechters horen objectief te zijn, misschien zelfs wel bovenmenselijk. Prof. Ton Hol, rechtsfilosoof, wijst op de symboliek waar rechters door omgeven zijn in de rechtszaal. De zuilen aan de voorkant van veel gerechtsgebouwen verwijzen naar de verbinding tussen aarde en de kosmische orde. Rechters zitten wat hoger dan de rest. Recht wordt gesproken op een (letterlijk) verheven plek. Terwijl de officier van justitie en de advocaat staan op de momenten dat zij spreken, blijft de rechter altijd zitten. Die staat buiten de strijd.

Rechters moeten gezag hebben. Maar Hol merkt een beweging op die hier tegenin lijkt te gaan. De burger emancipeert. Zoals leraren tegenwoordig meer op gelijke voet staan met hun leerlingen, en artsen met hun patiënten, zo wil de burger zich ook niet meer zomaar voegen naar de rechterlijke macht en de onpersoonlijke algemeenheid van de wet.

Foto: USFWS - Pacific Region (cc)

Planeet Oceaan

ACHTERGROND - De oceanen zijn cruciaal voor het welzijn van de mens. Hoe kunnen we bedreigingen als overbevissing en vervuiling tegengaan?

Vanuit de ruimte is de aarde blauw. Twee derde van de aarde bestaat uit oceaan. In plaats van ‘planeet aarde’ zouden we ook kunnen spreken van ‘planeet oceaan’. De oceaan produceert 50% van al onze zuurstof en is alleen daarom al van levensbelang. Maar waarom is het zo moeilijk om koraalsterfte, verzuring, plastic soep of het leegvissen van de oceanen aan te pakken? De oceaan is een niemandsland dat grote schatten herbergt. Toch is het daarmee niet niemands probleem: het internationaal zeerecht en verdragen zijn wel degelijk bindend en er zijn goede voorbeelden van collectieve actie. Zo stellen Carel Drijver (hoofd programma Oceanen en Kusten van het WNF) en prof. dr. Alex Oude Elferink (Internationaal Recht, UU). Hoe kunnen we als burgers, consumenten, vanuit wetenschap en beleid bijdragen en welke nieuwe coalities zijn er nodig?

Mag ik zwemmen?

Carel Drijver hoorde ooit een oude visser vertellen dat die als jonge man de vissen bij wijze van spreken toestemming moest vragen te zwemmen. Vroeger waren er, zo stelde de visser, te veel vissen om even lekker je armen uit te slaan, nu moest hij uren varen voor voldoende vis in zijn netten. Drijver besefte hierdoor de urgentie om iets te doen voor oceanen en kustgebieden. Het belang van de oceanen voor het leven op aarde is duidelijk, het zorgt voor zuurstof en voedsel voor heel veel mensen. Daarbij is 90% van het zeeleven nog niet beschreven. Onder andere voor nieuwe medicijnen is hierop de hoop gevestigd: er komen nu al meer patenten uit de oceaan, dan uit het regenwoud.

Foto: @Doug88888 (cc)

Uit de hand gelopen nut

ACHTERGROND - Angst voorkomt dat mensen zich in al te gevaarlijke situaties begeven. Maar soms leveren onze angsten meer problemen op dan nut. Hoe gaan psychologen daarmee om?

Veel mensen zijn bang voor spinnen, muizen of onweer. Logisch, creepy-crawly animals en blikseminslag kunnen immers gevaarlijk zijn. Angst is nuttig: het vertelt ons dat we moeten vechten of vluchten en heeft dus een duidelijke evolutionaire waarde. Soms loopt dit nut uit de hand. Dan heeft iemand grote hinder van een angst terwijl deze angst eigenlijk irrationeel is. Prof. dr. Marcel van den Hout legde in de lezingenreeks Waanzin uit wat de oorzaken zijn van angststoornissen en hoe ze te behandelen zijn.

Blootstellen

Een persoon met een fobie zal tot het uiterste gaan om het object van zijn of haar angst te vermijden. Zo blijft iemand met pleinvrees liever de hele dag thuis dan zich in de openbare ruimte te begeven. De angst houdt zichzelf daardoor in stand.

Hoe valt een angststoornis dan te genezen? Volgens Van den Hout is de meest effectieve behandeling ‘exposure-therapie’, ofwel blootstelling. Een persoon met pleinvrees merkt dan dat er geen afgrijselijke ramp gebeurt als hij een uitgestrekt plein oversteekt. Zo leert hij dat zijn angst ongegrond is.

Foto: freeside510 (cc)

Sjablonen in de waanzin

ACHTERGROND - Het aantal kinderen met ADHD of andere gedragsstoornissen is de laatste jaren explosief gestegen. Net als het aantal burnouts. Betekent dit dat er steeds meer overspannen volwassen en slecht hanteerbare kinderen zijn? Joost Vijselaar vertelde in een lezing van Studium Generale Utrecht dat in een ver verleden veel mensen leden aan neuroses en dat wat minder lang geleden in de jaren 70, de ‘meervoudige persoonlijkheidsstoornis’ een opmars maakte. Nu zijn beiden zo goed als verdwenen. Dat wekt de suggestie dat ziektebeelden tijdsgebonden en misschien zelfs ook maakbaar zijn.

Geschiedenis in vogelvlucht

De geschiedenis van de psychiatrie begon in de zestiende eeuw met de oprichting van zogenaamde dolhuizen. Dat waren plaatsen waar krankzinnigen opgesloten in hokken werden  ‘bewaard’, zodat ze geen gevaar voor de samenleving zouden zijn. Echte behandeling kwam pas in de achttiende eeuw. De waanzinnigen werden geplaatst in gestichten waar ze orde, arbeid en ontspanning kregen. Naast krankzinnigheid werd er ook een milde vorm van psychische aandoening onderscheiden, de zogenaamde zenuwziekte. Deze ziekte hield in dat de zenuwen te actief of juist te zwak waren, waardoor mensen overspannen raakten. Mensen die hieraan leden gingen naar kuuroorden om daar te herstellen. Er heerste dan ook een sfeer van optimisme: gekte was te genezen! Dit geloof in de herstelbaarheid van krankzinnigheid en zenuwlijden gaat echter ten onder aan het einde van de negentiende eeuw. De resultaten van de behandelmethodes vallen tegen. Rust en frisse lucht leiden niet tot genezing.

Foto: Jeff Van Campen (cc)

Duwtje in de goede richting

VERSLAG - Biologisch, ecologisch, verantwoord of puur & eerlijk; bewust consumeren is populair. Iedere bijdrage aan een beter milieu is welkom maar wat kan er op grote schaal worden bereikt en wie zouden er iets moeten veranderen? In de tweede lezing in de serie ‘The Next Generation’ van Studium Generale Utrecht gaan voedselonderzoeker Roos van Os (SOMO) en psycholoog Denise de Ridder in op deze vraag en de manier waarop menselijk gedrag kan worden veranderd.

De macht om te veranderen

Verandering zou volgens Van Os vooral moeten plaatsvinden bij de enkele tientallen bedrijven, die wereldwijd de link vormen tussen boer en consument. In Nederland bijvoorbeeld hebben de drie grootste supermarktketens een marktaandeel van 85% en daarmee een hele grote inkoopmacht. Supermarkten worden door hun aandeelhouders elk kwartaal ter verantwoording geroepen en hebben daarom nauwelijks tijd investeringen in duurzaamheid af te schrijven over een langere periode. Zitten we dan allemaal gevangen in “het systeem”? Ook consumenten – dat weten we uit eigen ervaring, en zo blijkt ook uit psychologisch onderzoek van Denise de Ridder – hebben grote moeite langetermijndoelen in lijn te brengen met hun handelen. Zelfs al zijn we overtuigd van het belang van gezondheid en duurzaamheid, we kunnen er vaak moeilijk naar leven.

Foto: FaceMePLS (cc)

Geluk gelukkig grotendeels gelukt

VERSLAG - De tijd van spelen lijkt voorbij. Jongeren beginnen steeds eerder met het uitstippelen van hun carrière. Het is typerend voor onze samenleving, die alsmaar meer van ons verlangt. Zijn we met zijn allen aan het doordraven? Leven we tegenwoordig in een prestatiemaatschappij? Welke torenhoge verwachtingen gaan daarmee gepaard? En wat als je niet mee kan komen in deze race? Mensen zoeken al gauw hun heil in middeltjes, pilletjes, psychologen en psychiaters. Het aantal diagnoses neemt toe. Het lijkt soms alsof Nederland in de greep is van gevoelens van angst en zinloosheid. Volgens socioloog Paul Schnabel valt het echter wel mee. Hij legt in de eerste lunchlezing van de reeks Waanzin van Studium Generale Utrecht uit dat ‘geluk gelukkig grotendeels gelukt is.’
Scoren op geluk

We leven in een bijzondere samenleving, zegt Schnabel. We hebben ons geluk georganiseerd naar onze eigen persoonlijke voorkeur. De wereld ligt aan onze voeten, zo schijnt. Onderzoekscijfers beamen dat. Nederland belandt steevast in de top vijf bij indexen die zich bezighouden met geluk. Dat maakt van ons, aldus Schnabel, ‘het meest zuidelijke Scandinavische land.’ Dat is positief. Bijzonder aan deze Scandinavische landen, die stuk voor stuk hoog scoren op de index, is namelijk dat ze een verregaande individualiteit combineren met een collectieve zorgzaamheid. Ieder mag zich weliswaar ontplooien naar eigen inzicht, maar als dit even een keer niet slaagt kan diegene rekenen op het warme nest van de verzorgingsstaat. Oftewel: het is hier nog lang zo slecht niet. Stiekem weten we dat eigenlijk ook wel. Uit gegevens van de Europese Unie blijkt dat inwoners van Nederland beseffen dat zij het, vergeleken met bepaalde andere Europese landen, toch best oké hebben.

Vorige Volgende