Hulpwerkers jaren onterecht in cel voor Libische AIDS-besmettingen
Zes Palestijnse en Bulgaarse medische hulpverleners zijn veroordeeld tot de doodstraf voor hun aandeel in de besmetting van 400 kinderen met AIDS. Dit drama vond plaats in 1998, sinds wanneer de verdachten in een Libische cel hebben gezeten. Volgens 100 Nobelprijs-winnaars is er echter van alles mis met de zaak. Ze hebben daarom een protestbrief geschreven. Aan de hand van de mutatie van het AIDS-virus valt namelijk af te leiden dat de besmetting al plaats had gevonden voordat de hulpwerkers arriveerden.
Luc Montagnier, de Franse arts die het aidsvirus als eerste isoleerde, verklaarde in het proces dat de aidsepidemie in het ziekenhuis van Benghazi het gevolg was van gebrekkige hygiëne en hergebruik van spuiten, en dat ze was uitgebroken ruim voor de komst van de Bulgaarse vrouwen.
De politieke druk van onder andere de Bulgaarse president en de Europese Commissie op het toenadering naar het Westen zoekende Libië heeft echter niet tot de verwachte vrijspraak geleid. Het bewijsmateriaal lijkt echter overduidelijk op een vrijspraak te wijzen.
Science has not been respected in this court; without the scientific evidence, there’s no way there could be a fair trial,” said Richard Roberts, a winner of the Nobel Prize in Physiology or Medicine, who hand-delivered a letter of protest signed by more than 100 Nobel laureates to the Libyan Mission to the United Nations in New York in late October. “The Libyan government doesn’t want to admit that their hospital had a problem with hygiene that spread HIV,” said Roberts. “These people were the ideal scapegoats: they were foreigners. And the Libyans knew that the Bulgarian and Palestinian governments couldn’t kick up much of a fuss.