Gwen van Eijk

132 Artikelen
27 Waanlinks
2 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Criminoloog
Foto: Patrick Rasenberg (cc)

De racistische motieven van Leefbaar Rotterdam

Leefbaar Rotterdam wil een ‘Marokkanenaanpak’ tegen ‘allochtone’ daders die uit ‘racistische motieven’ enkel van witte ouderen zouden stelen. Het is het zoveelste racistische plan van Leefbaar. Bovendien is met werkelijk elk ‘bewijsstuk’ dat raadslid Hoogwerf claimt te hebben wat mis.

In reactie op het nieuws over de bloedprik-babbeltruc haalt Leefbaar Rotterdam een plan van vorig jaar in geradicaliseerde vorm van stal. ‘Allochtoon pakt bewust blanke’, mocht Hoogwerf vorige week weer in de Telegraaf zeggen. Naar aanleiding van woningovervallen en straatroof deed Hoogwerf vorig jaar al een oproep voor een onderzoek naar de “racistische motieven van allochtone overvallers, die voornamelijk blanke ouderen beroven”. Toen dacht Hoofwerf dat het zou gaan om daders van Marokkaanse, Turkse of Antilliaanse achtergrond, maar nu moet er meer gericht een ‘Marokkanenaanpak’ komen.

Racistische motieven

Laat ik vooropstellen dat het feit dat ouderen vaker en langer alleen wonen een goede reden is om meer aandacht te besteden aan hun veiligheid: dat maakt deze groep inderdaad kwetsbaarder. En criminologisch gezien is de vraag naar racistische motieven best interessant – als racisme doorsijpelt in beslissingen over op wie je gaat stemmen en wie je een baan of huis wil geven, waarom dan niet in beslissingen over wie je gaat beroven. Al betwijfel ik dat het daadwerkelijk zo is dat allochtone daders niet “hun eigen nest willen bevuilen”, zoals Hoogwerf denkt, en daarom witte ouderen uitkiezen als doelwit. Misschien – als het al zo is – heeft het wel te maken met de inschatting dat ouderen met een autochtoon-Nederlandse of Aziatische achtergrond er financieel iets warmer bijzitten dan groepen ouderen uit de ‘eigen’ groep van de vermeende daders.

Shell teruggefloten om misleidende reclame voor kinderen

Shell is door de Reclame Code Commissie in hoger beroep teruggefloten om misleidende reclame op het kinderfestival Generation Discover 2018. Het College van Beroep (CvB) oordeelt dat Shell kinderen van 8-14 jaar heeft misleid door de indruk te geven dat Shell via Gas-to-Liquid (GTL) een bijdrage zou leveren aan een goed milieu en de VN-duurzame ontwikkelingsdoelen. Het College beveelt Shell aan “om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken”.

Foto: Kiwi 3rd (cc)

Profileren van arme buurten is een bedreiging voor de mensenrechten

Op 29 oktober 2019 is de rechtszaak van het Nederlands Juridische Comité voor de Mensenrechten (NJCM) en andere burgerrechtenorganisaties tegen de Nederlandse Staat inzake risicoprofileringssysteem SyRI. De VN-Rapporteur op het gebied van extreme armoede en mensenrechten uit in een brief aan de rechtbank zijn zorgen over SyRI.

SyRI staat voor Systeem Risico Indicatie en is een digitaal risicoprofileringssysteem om uitkeringsfraude op te sporen. Voor SyRI worden een groot aantal persoonlijke gegevens die de overheid heeft van haar burgers gekoppeld en met behulp van een (geheim) algoritme doorzocht op afwijkende patronen. Een ambtenaar beslist vervolgens of er grond is voor verder onderzoek naar bijstandsfraude en andere misstanden (zie hier meer uitleg).

Een collectief van verschillende burgerrechtenorganisaties en de FNV heeft onder de naam ‘Bij Voorbaat Verdacht’ bezwaren geuit tegen SyRI en de Staat voor de rechter gedaagd. Er zijn in de afgelopen jaren verschillende pilots met SYRI geweest, maar afgelopen juli werd een project in twee Rotterdamse wijken afgelast door het college van B&W omdat de inzet van SyRI mogelijk in strijd is met privacywetgeving. Op Vers Beton betoogde dat ik dat de inzet van een geheim algoritme in arme wijken zoals in Rotterdam-Zuid (foto: Tarwewijk) ook om andere redenen getuigt van onethisch bestuur.

Quote du Jour | Dutch paradox

The paradox in the Netherlands is that insistence that equality and tolerance already exist operates as a barrier to achieving this equality and tolerance in fact, because the insistence makes it difficult to mobilize the resources and action necessary to ensure equality, non-discrimination and inclusion for all.

VN-rapporteur Tendayi Achiume, tevens hoogleraar Rechten aan de Universiteit van Californië in Los Angeles (UCLA), bracht maandag verslag uit van haar onderzoek naar racisme, xenofobie en intolerantie in Nederland. Op verschillende vlakken ziet ze positieve ontwikkelingen, maar er volgt ook een lange lijst van kwesties die laten zien dat Nederland toch echt niet zo gelijk en tolerant is, waaronder de ‘boerkaban’, etnisch profileren en politiegeweld, discriminatie op de woning- en arbeidsmarkt, de oververtegenwoordiging van groepen in het strafrecht, politieke representatie, de detentie van asielzoekers, rechten van statenlozen, de opkomst van rechts-nationalistisch-populistische politieke retoriek en, meer algemeen, de boodschap in het publieke debat en soms ook beleid dat de ‘echte Nederlander’ wit en van westerse afkomst is.

Foto: Michael Coghlan (cc)

Hoe moeten we klimaatcriminelen straffen?

Stel dat we het veroorzaken van klimaatverandering en de schade die daaruit volgt criminaliseren, wat voor straffen willen we dat de rechter gaat opleggen? En met criminaliseren bedoel ik het langs democratische weg strafbaar maken met inachtneming van de rechtsstatelijke beginselen. Dat moet ik blijkbaar expliciet zeggen, want op Twitter schijnen sommigen te denken dat ik in mijn serie over klimaatcriminelen opriep tot een volksgericht of een dictatuur. Bij Climategate lijken ze te denken dat mensen die klimaatontkenning willen criminaliseren het normaal vinden dat er bij ‘sceptische’ wetenschappers zeven kogels door de kantoorruit gaan.

Ik had toch iets anders in gedachten. Als schade de basis is voor criminalisering, zoals groene criminologen bepleiten, dan lijkt me een goed uitgangspunt dat schade ook de basis is voor de bestraffing. In het huidige Nederlandse strafrecht staat vergelding centraal, waarbinnen ook ruimte kan zijn voor resocialisatie. Maar er zijn meer opties, zoals het herstellen van schade. Nu kan een rechter in het kader van de straf al opleggen dat een veroordeelde (rechts)persoon een schadevergoeding betaalt, maar in plaats van een bijkomstigheid zou dat ook juist centraal kunnen staan in het strafrechtelijk proces.

Restorative justice

In de criminologische literatuur wordt gesproken over restorative justice, in Nederland spreken we ook wel over herstelrecht. Kern van deze aanpak is dat dader en slachtoffer met elkaar om de tafel zitten en samen beslissen wat er moet gebeuren na een delict. Het is belangrijk dat de dader schuldbewust is en dat het slachtoffer in staat is tot het accepteren van excuses. Wat er vervolgens moet gebeuren hangt mede af van de mogelijkheden die de dader heeft en de behoeften van het slachtoffer.

Quote du Jour | Ons huis brandt af

Our house is burning. Literally. The Amazon rain forest – the lungs which produces 20% of our planet’s oxygen – is on fire. It is an international crisis. Members of the G7 Summit, let’s discuss this emergency first order in two days!

President Macron tweette gisteravond over de branden in de Amazone en noemde het een “international crisis”. Volgens het Braziliaanse National Institute for Space Research zijn er 84% meer branden in het land dan in deze periode vorig jaar, waarvan de helft in de Amazone. De NASA is voorzichtiger en zegt dat het record van 2016 nog niet gebroken is.

Foto: George Jisho Robertson (cc)

Klimaatcriminelen (4): individuen

Wie zijn de klimaatcriminelen? Een korte serie over overheden, bedrijven en individuen.

Wellicht is dit de lastigste categorie klimaatcriminelen: individuen. De activiteiten van bedrijven en nalatigheid van overheden leveren enorme schade op, maar wij dragen allemaal een beetje bij aan de CO2-uitstoot, opwarming en klimaatverandering wanneer we op gas koken, een auto op benzine rijden, vlees eten, het vliegtuig nemen, ons huis niet verduurzamen, kopen bij niet-duurzame winkels, grijze stroom afnemen en op niet-groene politieke partijen stemmen.

De superrijken

De ecologische voetafdruk van de meeste mensen in rijke landen is te groot. Maar vooral de mensen die overduidelijk welvarend genoeg zijn om klimaatbewust te leven – zelfs zonder in te leveren op comfort – valt iets aan te rekenen. Een deel van de superrijken kiest er echter voor dat niet te doen en leveren met hun luxe levensstijl zelfs een bijdrage aan milieuvervuiling en opwarming van de aarde. Enkele criminologen (pdf) berekende onlangs dat de superrijken met hun villa’s, superjachten, luxe auto’s en privéjets meer CO2 uitstoten dan hele landen.

Zo zijn er ongeveer 300 superjachten (langer dan 24 meter, sommige zijn wel 180 meter lang) in de wereld die samen ongeveer even veel uitstoten als de 10,6 miljoen bewoners van Burundi bij elkaar. Alleen in de V.S. al zijn zo’n 15 duizend privévliegtuigen geregistreerd die elk jaar 17 miljoen uur in de lucht zijn, goed voor een jaarlijkse CO2-uitstoot van 56 miljoen ton – meer dan twee keer Burundi’s uitstoot. Ook de enorme villa’s – mede vanwege de bomen die gekapt moeten worden – en de vele kilometers die gereden worden met meerdere auto’s belasten milieu en klimaat.

Foto: George Jisho Robertson (cc)

Klimaatcriminelen (3): bedrijven

Wie zijn de klimaatcriminelen? Een korte serie over overheden, bedrijven en individuen.

In het vorige deel van deze serie over klimaatcriminelen besprak ik hoe overheden in interactie met bedrijven klimaatcriminaliteit plegen, door activiteiten die klimaatschade veroorzaken te initiëren of te faciliteren. Bedrijven kunnen daarnaast ook op zichzelf van klimaatcriminaliteit worden beschuldigd vanwege hun schadelijke activiteiten. Onlangs is uitgerekend dat honderd fossiele brandstofbedrijven verantwoordelijk zijn voor 70 procent van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen sinds 1988.

Lawful but awful

Het grootste obstakel om bedrijven strafrechtelijk aan te pakken is dat veel van hun schadelijke activiteiten ‘lawful but awful’ zijn. De fossiele brandstofindustrie is natuurlijk grotendeels legaal, voor zover bedrijven zich houden aan uitstootnormen en milieuwetten. Er zijn strafbepalingen die strafrechtelijke vervolging mogelijk maken op grond van milieucriminaliteit die bijdraagt aan opwarming zoals het illegaal kappen van bossen of het overschrijden van uitstootnormen van broeikasgassen.

Vaker zijn wetten en beleidsmaatregelen die direct gericht zijn op het tegengaan van opwarming van niet-strafrechtelijke aard, zoals het invoeren van een CO2-belasting. Het sjoemelen met zo’n belasting zou natuurlijk wel als fraude kunnen worden vervolgd.

Vanuit groen-criminologisch oogpunt (pdf) maakt het echter niet uit of het gaat om legale activiteiten: op grond van het schadebeginsel kunnen klimaatschadelijke activiteiten toch als criminaliteit bestempeld worden. En omdat overheden geen striktere normen opleggen is sprake van ‘state-corporate crime’, schreef ik in het vorige deel: de overheid faciliteert of stimuleert dat bedrijven legaal broeikasgassen uitstoten die leiden tot opwarming.

Foto: George Jisho Robertson (cc)

Klimaatcriminelen (2): overheden

Wie zijn de klimaatcriminelen? Een korte serie over overheden, bedrijven en individuen.

Overheden hebben mogelijkheden om CO2-uitstotende en andere klimaatbedreigende activiteiten te verminderen via wetten en beleid. Het aantal wetten en beleidsplannen rondom klimaat neemt wereldwijd toe. Tussen 2009 en 2015, het jaar van het Parijsakkoord, kwamen er jaarlijks 100 tot 143 wetten bij. Het betreft echter zelden strafrechtelijke maatregelen.

Nu wordt – zoals ik uitlegde in deel 1 van deze serie – binnen de groene criminologie criminaliteit niet op basis van de wet gedefinieerd maar op basis van schade. Een overheid die klimaatschadelijke activiteiten van bedrijven en burgers laat voortduren – of zelfs stimuleert – kan dan ook aangewezen worden als klimaatcrimineel.

De staat en organisatiecriminaliteit

Volgens socioloog Ronald Kramer, een bekende binnen de groene criminologie, moeten we de opwarming van de aarde en de daaruit volgende klimaatverandering zien als ‘state-corporate crime’ (pdf). Van state-corporate crime is sprake wanneer de schadelijke activiteiten vanwege de economische belangen van overheden en bedrijven grotendeels verweven zijn. Overheden zijn voor een groot deel afhankelijk van bedrijven die een grote economische rol hebben. Het staatsbeleid reflecteert daarom vaak de economische belangen van de machtigste corporaties (denk aan Shell, ING). Vanuit economische oogpunt zou het immers contraproductief zijn om de schade van economische activiteiten aan te merken als criminaliteit.

Foto: George Jisho Robertson (cc)

Klimaatcriminelen (1): inleiding

Wie zijn de klimaatcriminelen? Een korte serie over overheden, bedrijven en individuen.

Klimaatcriminelen komen in soorten en maten. We kunnen, zoals Joost hier laatst schreef, klimaatontkenners beter klimaatcriminelen noemen. En er zijn klimaatcriminelen die klimaatverandering niet ontkennen en ook niet per se de menselijke rol daarin, maar willens en wetens de gevolgen ervan niet serieus nemen en doorgaan met activiteiten waardoor de aarde verder opwarmt. Deze laatste categorie is groot: we weten al sinds 1979 dat de aarde opwarmt door broeikasgassen en dat dit zal uitmonden in enorme schade voor mens, natuur en planeet.

Klimaat en criminaliteit

De term ‘klimaatcriminelen’ horen we vooral van klimaatactivisten en kritische journalisten, maar we vinden de koppeling van klimaat en criminaliteit ook terug bij criminologen. Binnen de stroming ‘groene criminologie’ houden criminologen zich steeds meer bezig met klimaatverandering. In 2012 stelde groene criminoloog Rob White het boek Climate Change from a Criminological Perspective samen en recent schreef hij een boek getiteld Climate Change Criminology (2018) waarin hij de term ‘carbon criminals’ gebruikt.

Andersom gebruiken ook klimaatwetenschappers soms criminologische termen om de problematiek te duiden. In 2014 zei klimaatwetenschapper David Suzuki:

Onze politici moeten in de bak gegooid worden voor opzettelijke blindheid. Ik denk dat we opzettelijk blind zijn voor de consequenties voor onze kinderen en kleinkinderen. Dit is een intergenerationele misdaad.

Recensie Zomergasten 2019 | John van den Heuvel

RECENSIE - Gezien de publieke fascinatie voor criminele netwerken, topcriminelen, infiltraties, liquidaties en de internationale drugshandel kon Van den Heuvel vrij makkelijk beloven dat het “geen saaie avond wordt”. Mij hebben misdaadverhalen en misdaad-tv echter nooit zo geboeid. Ik zie vooral de problematische kanten van misdaadverslaggeving die al snel neigt naar sensatie en ik kan niet tegen reality-programma’s die proberen slachtoffers te helpen maar tegelijk slachtofferschap uitbuiten voor entertainment, zoals ook enkele van de programma’s die Van den Heuvel maakt zoals Recht gezet! en Ontvoerd.

Ik volg het werk van Van den Heuvel dus niet, maar was bereid op basis van deze eerste aflevering van Zomergasten (ik keek overigens nog nooit een hele aflevering) mijn beeld van misdaadverslaggeving bij te stellen. En het feit dat mensen zo gefascineerd zijn door grote criminaliteit interesseert me dan weer wel. Een vraag die ik Van den Heuvel zou stellen is of hij een taak ziet voor misdaadverslaggevers, bijvoorbeeld om een breder publiek te informeren, of aspirant-criminelen te waarschuwen dat de onderwereld “geen glitter en glamour” is of om daders beter te begrijpen en zo politie en justitie te helpen. Of is zijn journalistieke werk gewoonweg het product van zijn eigen fascinatie voor misdaad en schept hij er plezier in om spannende verhalen te vertellen? Het lijkt vooral dat laatste te zijn, hoewel Van den Heuvel ook voor dit werk heeft gekozen omdat hij iets wil doen dat “ertoe doet” en misdaad wil bestrijden. Van den Heuvel wil “afwisselend werk” en “met zijn neus vooraan staan”.

Foto: John (cc)

7 argumenten voor rapporteren over criminaliteit en herkomst nader bekeken

ANALYSE - Er zijn verschillende redenen aan te voeren om criminaliteitscijfers uit te splitsen naar herkomst, zoals in de rapporten van WODC, CBS en SCP regelmatig wordt gedaan. Tom van Messel en Gwen van Eijk bespreken de meest gehoorde argumenten.

Twee weken geleden riepen organisaties Ocan, SMN en IOT kabinetsleden op om de overheidscommunicatie over criminaliteitscijfers en herkomst aan te passen. Aan deze oproep ging een en ander vooraf. Onder andere is aan onderzoeksinstituten zoals het CBS, het SCP en het WODC gevraagd – per brief en tijdens gesprekken – om hun overwegingen bij de rapportages toe te lichten. In totaal publiceerden zulke instituten in de afgelopen tien jaar (tenminste) 47 rapporten waarin criminaliteitscijfers worden uitgesplitst naar herkomstland.

Onze observaties over de toelichtingen die vanuit deze onderzoeksinstituten werden gegeven komen aan bod in een volgend artikel. In dit artikel gaan we eerst in op enkele veelgehoorde argumenten om criminaliteitscijfers wél uit te splitsen naar herkomstland. De zeven koppen hieronder zijn gebaseerd op talloze feitelijke voorbeelden van argumenten vóór uitsplitsing naar herkomst, bijvoorbeeld uit regeringsnota’s of politieke debatten.

#1 “Je moet problemen kunnen benoemen”

Het argument ‘problemen benoemen’ kwam onlangs nog voorbij in de gemeenteraad van Leeuwarden.

Vorige Volgende