Gastauteur

2.327 Artikelen
3 Waanlinks
25 Reacties
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Social Acceleration: faster – making time

In deze gastbijdrage onderzoekt filosoof Oliver Sutton de idee van social acceleration, de ogenschijnlijke versnelling van het leven. Vandaag het tweede deel waarin Sutton zich buigt over het managen van tijd.

Earlier in the book Gleick talks about the “fast cycle time” system of production, exemplified by the practice of “just in time delivery”. Increasingly manufacturers seek to eliminate profit-sapping inefficiencies within the production system by keeping the chain of production in perpetual motion. The key to this is to avoid the time wasting and unnecessary investment in fixed assets associated with storage of parts while they await assembly. Rather the production system is calibrated such that at every stage, delivery of parts dove-tails as tightly as possible with the assembly process. If you enquire about reserving products on the Ikea website, you receive the following message;

“We receive merchandise daily and that is why we usually have in our shops all the items the customer may need. We would need to have an extra store for the reserved items and this would increase the prices of the products”.

Ikea operate a system of “just in time delivery” so as to reduce costs and, of course, maximise profits.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Rutte, Finland en het lidwoord

Is Rutte wel serieus met Europa bezig, vraagt WTE zich af in deze gastbijdrage (overgenomen van Publiekrecht en Politiek en ook te lezen in het FD).

Mag Finland in zijn eentje onderhandelen over Griekse dekking van zijn zekerstellingen? In de slotverklaring van de Eurozone-top van 21 juli zijn de taalversies daarover verschillend. Het doet frappant denken aan de beroemde VN-resolutie 242 uit 1967 over de toen (en nog) door Israel bezette gebieden.

De Engelse versie luidde dat ‘Israël should withdraw from territories occupied…’. Dat kan betekenen: uit alle gebieden, maar ook uit een aantal gebieden. In de Franse versie moet Israel zich terugtrekken ‘des territoires occupés’, dus ‘uit de (=alle) gebieden. De Franse taal dringt altijd aan op scherp onderscheid en het lidwoord speelt daarin een hoofdrol. Het Engels laat het lidwoord graag weg en biedt meer plaats aan creatief misverstand. In die resolutie 242 was het verschil tussen de taalversies overigens opzettelijk en een deel van het compromis.

Is dat ook zo in het compromis van 21 juli? In het Engels staat er dat zekerheid kan worden geregeld voor ‘the risk arising to euro area Member States’. Dat kan betekenen: voor alle landen, maar ook voor afzonderlijke landen. In de Duitse en de Franse versies staat er respectievelijk; … den Mitgliedstaaten …. erwachsende Risiko’ en ‘le risque résultant, pour les États membres de la zone euro..’. In beide teksten gaat het dus om de, ofwel alle, landen. Volgens deze teksten kan Finland niet in zijn eentje afspraken maken.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Social Acceleration: faster – saving time

In deze gastbijdrage onderzoekt filosoof Oliver Sutton de idee van social acceleration, de ogenschijnlijke versnelling van het leven. Het wordt een kleine serie van zeven delen. Vandaag het eerste deel waarin Sutton zich over een vreemde paradox buigt: technische innovatie is er vaak op gericht om dagelijkse handelingen te versnellen en te vergemakkelijken, maar waarom ervaren we dan toch dat ons leven steeds drukker wordt?

At first sight the term “social acceleration” seems to hold promise. It connects to an intuition that there is some sort of acceleration taking place in the pace of life. Whereas a letter took days, email is instantaneous; whereas travel between the cities of Europe took weeks, now it takes hours (volcanoes permitting); production cycles are shortening, productivity is increasing and life seems more hurried.

Yet under closer inspection the idea shows itself to be rather more opaque. It may be the case that communication and transport have accelerated, but that doesn’t mean that we have accelerated. In fact, the opposite should be the case. No longer required to deal with all that mundane paraphernalia that went with writing someone a letter, we should be wallowing in the time that has been gifted to us by email. As for the decades that must have been saved as a consequence of the acceleration of our means of transport, it’s a wonder we even need to get out of bed. Weren’t the futurists of yesterday earnestly discussing the post-work society that would be the inevitable consequence of automated production systems?

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Theedrinken voor gevorderden

Bram Zieck schetst in deze gastbijdrage de onmogelijke positie van Barack Obama. Met dank aan de Tea Party.

Morgen vindt in Jackson Hole, Wyoming de jaarlijkse vergadering van centrale bankiers plaats. De keynote speech van deze top door Federal Reserve-voorzitter Ben Bernanke kan in belangrijke mate het lot van Barack Obama bepalen. Als de Fed bekendmaakt voor de derde maal te zullen overgaan tot quantitative easing, het vergroten van de geldvoorraad door aankoop van (onder meer) obligaties, zal de rechtervleugel van de Republikeinse Partij, en vooral de Tea Party, zijn kans grijpen om de federale overheidsinstellingen keihard aan te pakken.

Presidentskandidaat en gouverneur van Texas Rick Perry nam vorige week maandag reeds een voorschot op die mogelijke uitkomst, door te zeggen dat hij een dergelijke ingreep zou beschouwen als “almost treacherous, or treasonous”. Landverraad dus. En dat was geen slip of the tongue, want een dag later bevestigde hij zijn intenties nog eens voor de microfoon van CNN: “I am just passionate about the issue and we stand by what we said.” Als Bernanke vrijdag daarentegen géén nieuwe maatregelen aankondigt, zal het scenario van de double dip voor de Verenigde Staten mogelijk nog sneller werkelijkheid worden. Een nieuwe recessie, met daarbij een hoger oplopende werkeloosheid, zal de toch al tanende populariteit van Obama verder doen afnemen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Zomerserie | De ‘crib’ van Dirkje Kuik

Sargasso duikt deze zomer in de letteren en bezoekt kleine literaire musea in Nederland en daarbuiten. Vandaag een bijdrage van Fenna van den Berg, die het Dirkje Kuik Museum in Utrecht bezoekt.

“Ik heb de neiging om een gebouw tot een ruïne te maken. Maar ik laat altijd iets groeien uit het afval. Ik laat het niet alleen kapot gaan. De begroeiing toont een optimisme: ik heb plezier in het verval.” (Dirkje Kuik Volkskrant 21 februari 1970)

Dat we graag bij een ander binnen kijken wordt aangetoond met het succes van televisieprogramma’s als MTV Cribs en Showroom. Die ander moet dan wel bekend zijn, iets bijzonders hebben, of in een uitzonderlijk omgeving leven. Vaak is het een markante persoonlijkheid. Nu doet zich in de oude binnenstad van Utrecht de mogelijkheid voor om bij zo’n markante persoonlijkheid binnen te kijken. Hier staat namelijk het woonhuis van Dirkje Kuik.

Voor diegene die haar niet kennen; Dirkje Kuik debuteerde in 1969 met het boekje Utrechtse notities dat, opvallend genoeg, in Amsterdam bekroond werd met de Prozaprijs. Haar literaire werk werd daarna vaker onderscheiden. In 1974 ontving ze de Vijverbergprijs voor De held van het potspel en in 1997 kreeg ze de Multatuliprijs voor haar roman Broholm.Schrijven deed Dirkje naar eigen zeggen niet alleen met woorden maar ook met beelden. Haar tekeningen vormen dan ook een belangrijk deel van haar werk. Samen met beeldend kunstenaars J.H. Moesman en H. van Maarseveen richtte ze in 1960 Het Grafisch Gezelschap De Luis op. Het doel van het gezelschap was om de vrije grafische kunst te bevorderen en daarbij te opereren als ‘luizen in de pels van de moderne kunst’. Vanwege een sterk voorliefde voor literatuur bij de oprichters van De Luis werden schrijvers als Sontrop, Emmens en Eijkelboom bij het gezelschap betrokken.

Foto: copyright ok. Gecheckt 04-10-2022

Echte namen

Karin Spaink hekelt het beleid van google+ en facebook om geen pseudoniemen toe te staan. Het stuk is ook bij Spaink te lezen en stond eerder in het Parool.

Google+ vindt dat deelnemers ‘echte’ namen moeten gebruiken. De rest wordt zonder pardon geschrapt. Daaronder vallen namen met rare tekens (zoals K@r1n Sp@1nk), maar ook Max Laadvermogen, Opa Vertelt of Theevogel worden geweerd.

Facebook propageert een vergelijkbaar beleid. Oprichter Mark Zuckerberg vindt dat meerdere online identiteiten hebben ‘een teken van tekortschietende integriteit is’. Hun marketing directeur zei vorige maand zelfs dat ‘anonimiteit op internet zou moeten verdwijnen’. Ook in de politiek klinken zulke geluiden.

Het argument? Anonimiteit zorgt voor ruwere omgangsvormen. Wanneer we mensen dwingen onder hun eigen naam te posten, zullen ze zich beter gedragen. Ze zijn dan immers herkenbaar, traceerbaar en aanspreekbaar.

Wie dat gelooft, overschat ‘echtheid’. Ook onder hun eigen naam – zelfs rechtstreeks in elkaars gezicht – zeggen mensen geregeld de vreselijkste dingen. (Kijk maar naar politici.) Een verplichting om online je echte naam te gebruiken, maakt een mens niet vanzelf beleefder, de onderlinge omgang niet zomaar beschaafder.

Bovendien: wat heb je eraan als iemand zich online presenteert als Piet Jansen? Al is die naam waarheidsgetrouw, onderscheidend is-ie niet. Mag je ook geen andere naam kiezen wanneer er op Google+ al een Piet Jansen rondloopt? Ook niet wanneer die Piet Jansen opvattingen ventileert waarmee jij pertinent niet geassocieerd wilt worden?

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Dwalende rechter erkent geen schuld

Een ingezonden bijdrage van Sargassolezer Frank. Hij verbaast zich over het verloop van de West Memphis Three zaak, waarbij drie jongens onterecht zijn veroordeeld.

Achttien jaar onschuldig zitten voor moord. Het overkwam drie jongens uit West Memphis in de Verenigde Staten. Het gebeurt vaker, vervelend voor de veroordeelden en voor de nabestaanden van de oorspronkelijke slachtoffers. Er wordt sorry gezegd, een gebaar gemaakt richting de onfortuinlijke veroordeelden en hopelijk wordt in het heropende onderzoek alsnog de enig echte dader aangewezen. Zou je denken. Niet in dit geval, een zaak waarin rechters hun eigen goede naam belangrijker blijken te vinden dan justice done.

In 1993 werden drie vastgebonden achtjarige jochies gevonden, vermoord, net buiten de Amerikaanse stad West Memphis. Al snel werd gedacht aan een satanische moord en kwam een achtienjarige jongen, Damien Echols, in beeld. Echols was geen gemakkelijke gozer, maar wat echt tegen hem sprak, was dat hij van heavy metal hield en graag mensen chockeerde, bijvoorbeeld door bloed te drinken.

Een urenlang politieverhoor van een andere metal-liefhebber, de destijds 17-jarige Jessy Miskelley, gaf de doorslag. Zowel Miskelley, Echols als een derde, de destijds zestienjarige Jasin Baldwin, werden veroordeeld voor de moord op grond van zijn bekentenis. De jury oordeelde schuldig, Echols kreeg de doodstraf, de anderen levenslang. Opvallend was dat Miskelley een IQ van 72 heeft.

Foto: James Cridland (cc)

Hoe vol is Nederland?

In een halve eeuw is de bevolking in Nederland met 60 procent toegenomen. Daarmee ligt het niet voor de hand dat we er nog een schepje bovenop doen, en onze problemen door immigranten laten oplossen. Toch hangt die dreiging boven ons hoofd en zijn er signalen dat verkrapping op de arbeidsmarkt opnieuw zal leiden tot substantiële immigratie. De nadelen van bevolkingsgroei zullen echter groter zijn dan de baten van immigratie. In plaats van gemakzuchtig buitenlanders binnen te halen is het beter om ons eigen huis op orde te brengen. Aldus hoogleraar Joop Hartog in zijn felle afscheidsrede, die Sargasso (via Me Judice) hier in verkorte vorm weergeeft.

Het bevolkingsprobleem van Nederland
De ontwikkeling van de Nederlandse bevolkingsomvang is een fenomeen op zich. Terwijl tussen 1500 en 2000 de Fransen vier keer zo talrijk werden en de Belgen zes keer, steeg onze bevolking tot het 15-voudige! De Gouden Eeuw leverde daarin zijn aandeel, immigratie was substantieel en de bevolkingsexplosie na 1800 hield bij ons langer aan dan elders door de multiplicatiedrift van katholieken en, met minder effect, van orthodoxe gereformeerden. Pas in de jaren zestig van de vorige eeuw, toen de Paus zijn macht verloor aan de anticonceptie pil, raakten we weer in de pas met de rest van Europa. Maar daarmee hadden we wel een exceptionele bevolkingsdichtheid opgebouwd. In 1900, met 5 miljoen inwoners, was per inwoner 6500 m2 beschikbaar, in 1950, met 10 miljoen inwoners, was dat gehalveerd tot 3200 m2 en in 2000, met de teller op 16 miljoen inwoners, was er nog 2100 m2 per hoofd van over. In de laatste vijftig jaar is de dichtheid met 50% gestegen en daarmee de beschikbare ruimte per hoofd met een derde gedaald.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Zomerserie | Weemoedig kijkt Couperus

Sargasso duikt deze zomer in de letteren en bezoekt kleine literaire musea in Nederland en daarbuiten. Vandaag een bijdrage van Ole van Luyn, die het Couperus museum in Den Haag bezoekt.

In het Louis Couperus Museum staat de man zelve enigszins weemoedig te kijken naar voorbijtrekkende beelden van Nice omstreeks 1900. Hij is gekleed in een crème zomerpak (dat Willem Nijholt ooit op het toneel droeg) en een lichte jas is om zijn schouders geslagen, want van de mistral houdt hij niet. In de bescheiden museumruimte is een tentoonstelling ingericht over Nice, het Carnaval, het fin-de-siècle zoals dat daar beleefd werd door de rijke mensen en de gewone Niçois. Want de tentoonstelling heet ‘Louis Couperus, columnist’ en is ingericht naar aanleiding van zijn krantenstukjes over zijn verblijf aan de Côte d’Azur.

Maar op een ander moment is hij gekleed in het Nederlandse tropenpak, spierwit met de hoge staande gesloten kraag op de jas: de djas toetoep. De tentoonstelling gaat over Nederlands Indië en de twee mannen die het beeld van die archipel in Nederland sterk beïnvloed hebben: Multatuli, die het zijns inziens corrupte bewind wil zuiveren en Couperus die vindt dat de Nederlander daar eigenlijk helemaal niet thuishoort. Maar vaker nog is hij, correct en Haags, in rok gekleed, alsof hij op het punt staat om met zijn vrouw naar een avondfeest te gaan of om voor te lezen uit eigen werk. Hij is een dandy met gemanicuurde nagels en een dure smaak – waarvoor hij echter hard moet werken want rijk zijn ze niet. En soms zit hij in het museum aan zijn bureau – het bureau dat hij kocht van zijn eerste zelfverdiende guldens; het honorarium voor Eline Vere, zijn eerste en zijn meest bekende boek dat jonge meisjes van hun vaders niet mochten lezen omdat het te realistisch was. Geen gelieven die elkaar eeuwig trouw beloofden maar een meisje dat gek wordt en uitzichtloos zelfmoord pleegt – nee, dat was niet comme il faut.

Foto: copyright ok. Gecheckt 04-10-2022

Allah heeft spijt

Mohammed Benzakour vraagt zich af waar de Ramadangeest blijft.

Ook geen kopje koffie? Ook geen kopje koffie. Toch wel een slokje water? Nee, ook geen slokje water. En als je hoofdpijn hebt? Pech mevrouw, tanden op elkaar en doorpakken.

Al vanaf m’n vastendebuut in 1985 moet ik Nederlanders (jong/oud/gelovig/ongelovig/ geschoold/ongeschoold) uitleggen wat Ramadan inhoudt: ascese par excellence. Tenzij je kanker hebt of insuline spuit. Totale onthouding dus, van zonsopgang tot zonsondergang, of koranisch poëtisch gezegd: ‘vanaf dat een witte draad zich onderscheidt van een zwarte’.

Waarom wil de Ramadan na 40 jaar moslimmigratie maar niet doordringen in de Hollandse hoofden – terwijl intussen van allochtonen wordt verlangd het Wilhelmus hoofdelijk op te dreunen?

Vasten is beslist geen islamitische uitvinding. Hindoes doen het, boeddhisten doen het (oeposatha), de Inca’s en de oude Egyptenaren vastten, Joden vasten (een keer per jaar 25 uur), en ja, ook christenen kennen het ritueel. Nou ja, katholieken dan, die vasten op vrijdag door geen vlees maar vis te eten. Als mij elke vrijdagavond een dampende bord sardines escabeche wordt voorgeschoteld, teken ik er graag voor.

Maar, eerlijk is eerlijk, ook moslims prutsen maar wat. Ik heb altijd geleerd dat Ramadan een maand van soberheid is, solidariteit met de hongerigen, hun erbarmelijk lot lijfelijk invoelen. Nobel, nietwaar. Echter: het zonnetje is nog niet onder of de weelderige soepen, gebraden lamsbouten, eiersalades, vispasteitjes en druipende honing- en pannenkoeken vliegen over tafel. Het smikt, het smakt, het gast en boert non-stop tot het eerste ochtendgloren. Wat at Mohammed ook alweer? Handje dadels met kommetje geitenmelk.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Nabeschouwing Zomergasten: wervelstorm

Weer een bijdrage van Max Molovich, overgenomen van Nurks Magazine.

,,Het kunstwerk is af als je het een keer of drie de nek hebt omgedraaid”, zei Erik van Lieshout tijdens Zomergasten. Als dat een criterium is, dan was deze editie van Zomergasten een geslaagd kunstwerk. Zo draaide Jelle Brandt Corstius het nekje vakkundig om door de chaotische Van Lieshout (en de rest van Zomergasten kijkend Nederland) de bemoedigende woorden ‘Gaat hartstikke goed joh!’ toe te vertrouwen. De microfoon van JBC stond nog aan terwijl er een fragment te zien was. Pijnlijk. Maar het paste wonderwel. Misschien was het wel bewust gedaan, bedacht ik me. Verwar en heers, het zou Van Lieshouts motto kunnen zijn.

Vanaf de eerste minuut vloog meneer de gesjeesde kunstenaar als een wervelstorm de Nederlandse huiskamers binnen. De liefdesbaby van Frank de Boer en Erben Wennemars, ten vondeling gelegd bij de familie van Marc-Marie Huibrechts. Lessen logica voor beginners gevolgd bij Johan Cruijff. Het werd een vrij onconventionele editie. Van Lieshout en JBC leken ieder van een andere planeet te komen. De stugge zelfbeheersing van JBC tegenover de stuiterende chaos van Van Lieshout. Met als merkwaardig verbond de open overhemden van beide mannen. Kennelijk was het warm in de studio.

Foto: copyright ok. Gecheckt 04-10-2022

In Gaza: schuldig tot het tegendeel bewezen is

Lydia de Leeuw werkt sinds kort voor een mensenrechtenorganisatie in Gaza Stad en zal geregeld voor Sargasso bloggen. We wilden haar eerste verhaal dit weekend plaatsen. Dat ging over haar kennismaking met de Gaza Strook en haar eerste indrukken. Het liep anders. Hier haar verhaal over de gewelddadigheden, waar ze midden in is beland. Hier vindt u haar blog of volg haar op @lydiadeleeuw.

Donderdagochtend. Ik zit achter mijn computer te werken aan een rapport wanneer Muna, een  collega, binnenkomt voor onze steevaste ochtendbabbel. Ze vraagt of ik al gehoord heb van de aanslagen in Israël en kijkt bezorgd. Kort erna lees ik het nieuws over de bussen en auto’s met soldaten en burgers die zijn aangevallen in de zuid-Israëlische stad Eilat.

De mensen om me heen maken zich geen illusies: “zelfs al zouden de daders van Mars komen, dan nog krijgen wij de schuld, en zal de Gazastrook aangevallen worden” heb ik enkelen al horen zeggen. En inderdaad, later die middag wijst Ehud Barak, de Israëlische minister van Defensie zonder enige bewijzen, onschuldpresumptie of uitleg de beschuldigende vinger richting de Gazastrook.

Degene die het zich kunnen veroorloven sloegen direct aan het hamsteren: autobezitters stonden in de rij bij benzinestations, telefoonkaarten werden in stapeltjes gekocht, net als brood en droog of ingeblikt voedsel. Toen begon het akelige ‘wachten’ op de onvermijdelijke wraakactie van het Israëlisch leger. Zonder schuilkelders, luchtalarmsysteem, of toevluchtsoord.

Vorige Volgende