ANALYSE - Een groot deel van de ogen van journalistiek Nederland zijn gericht op de bij elkaar gefabuleerde migratiecrisis, al hebben sommigen goed door hoe stevig de VVD de focus op machtsbehoud en het spel i.p.v. de knikkers richt. Ondertussen zijn er tal van onderwerpen waar de komende jaren belangrijke keuzes gemaakt moeten worden. Keuzes die vragen om visie. Vandaag de energieverkiezingen van 2023.
De afgelopen weken zijn belangrijke conceptplannen gepubliceerd voor iedereen die wat vindt van windturbines, zonnevelden, kerncentrales, hoogspanningsleidingen, waterstof en andere energiegerelateerde zaken. Te weten het concept Nationaal plan energiesysteem 2050, het Ontwerp-programma Energiehoofdstructuur en de zonnebrief van Jetten. Taaie kost, maar wel van stevige invloed op de inrichting en economische structuur van Nederland de komende decennia. Daarmee kunnen deze verkiezingen wel eens de energieverkiezingen worden. Gezocht: partijen met visie en lef om keuzes te maken.
Ontwerp-programma Energiehoofdstructuur
Het Programma Energiehoofdstructuur (PEH) laat zien welke nieuwe nationale energie-infrastructuur nodig is richting 2050 en waar deze geplaatst kan worden. Hiermee kan het Rijk eerder afspraken maken over ruimte met gemeenten, provincies, havenbedrijven en netbeheerders. Ook geeft het PEH nationale kaders om zorgvuldig om te gaan met de ruimte en met respect voor de natuur, cultureel erfgoed, en leefbaarheid. Daarmee draagt het PEH bij aan het doel van een klimaatneutraal energiesysteem in 2050.
Het ontwerp-PEH geeft een eerste beeld van de energiehoofdstructuur die nodig is voor het energiesysteem van de toekomst en de sturingsinstrumenten om hier te komen. De energiewereld en ruimtelijke ordening zijn hierin dichter bij elkaar gebracht.
De ruimtelijke strategie die het Rijk voert via het PEH bestaat uit vijf peilers. De afwegingen waar welke functie het beste past kunnen per landschap en daarmee per regio verschillen. Op de eerste plaats wordt uitgegaan van hergebruik van fossiele ruimte voor energiehoofdstructuur. Dit is het meest efficiënt. Het gaat daarbij om hergebruik van bestaande leidingen en buisleidingstraten (bijvoorbeeld waterstof als vervanging van aardgas) alsook om het behoud van locaties van bestaande nationale energiecentrales voor toekomstige centrales. Voor kernenergie blijven enkel de locaties Borssele en Maasvlakte over. De locatie Eemshaven wordt geschrapt (bedankt VVD).
Een tweede uitgangspunt is voorsorteren op elektrificatie. Op basis van scenario’s rekent het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat er op dat er op veel meer plekken elektriciteit wordt geproduceerd en gebruikt. Als reactie hierop komt er een diepe aanlanding van wind op zee. Hogere taalkunde voor een gelijkspanningskabel vanaf de kust naar Chemelot in Limburg.
De derde peiler is ruimtelijke regie op opslag en conversie als nieuwe onderdelen in het energiesysteem. Voor grootschalige conversie en opslag van energie bestond tot nu toe geen ruimtelijk beleid. Hoewel de ontwikkeling van elektrolyse zich nog in een beginstadium bevindt, is het belangrijk om nu al rekening te houden met stevige groei. Ook omdat de Tweede Kamer een hoog ambitieniveau heeft vastgelegd. Electrolyse vraagt ruimte, aansluiting op het elektriciteitsnetwerk, aansluiting op het buisleidingennetwerk en water.
In het energiesysteem van de toekomst zullen batterijen in toenemende mate een belangrijke rol spelen voor het opvangen van korte-termijn onbalans in vraag en aanbod van elektriciteit. Deze vergen ook ruimte (fysiek en op het elektriciteitsnetwerk).
De vierde en vijfde peiler zijn de duizenddingendoekjes van het moderne beleid: de integrale afweging in de leefomgeving en de lerende aanpak.
Na vaststelling van het PEH start een juridisch traject waarin onderdelen uit het PEH worden vertaald naar het Besluit Kwaliteit Leefomgeving en de Energiewet. Daarnaast wordt de interbestuurlijke handhaving en monitoring voor het behoud
van ruimte voor energiehoofdstructuur aangescherpt. Of het PEH nog vastgesteld gaat worden nu het Kabinet demissionair is, is een goede vraag.
Nationaal plan energiesysteem 2050
Een tweede belangrijk document dat op 3 juli naar de Tweede Kamer is gestuurd en dat tot en met 1 oktober ter inzage en consultatie ligt is het Nationaal plan energiesysteem 2050 (NPE). Het doel om in 2050 klimaatneutraal te zijn heeft grote gevolgen voor het toekomstige energiesysteem. Het NPE kijkt met een integrale blik en vanuit klimaatneutraliteit in 2050 naar het energiesysteem. Door de ontwikkelpaden van energieketens en vraagsectoren in kaart te brengen, wordt helder waar deze niet op elkaar aansluiten. Hier zijn dus keuzes nodig.
Op basis van gesprekken met experts, een Energieraadpleging en diverse bijeenkomsten concludeert de Minister dat we een duurzaam en rechtvaardig energiesysteem willen. Het concept-NPE wil dit realiseren door te bouwen, besparen, verdelen & verbinden. Door maximale inzet op het aanbod van energie en bijbehorende infrastructuur en de interconnectie en samenwerking met onze omringende landen (zie hier een link met het eerder genoemde ontwerp-programma energiehoofdstructuur). Daarbij wordt ook maximaal ingezet op energiebesparing (altijd ondergeschoven kindje in de energietransitie) en wordt ruimte geboden voor initiatieven vanuit de samenleving.
De zin ‘maximale inzet op aanbod van energie’ is een belangrijke. Het concept-NPE bevat een tamelijk ambitieus te noemen groeiscenario voor het aanbod van elektriciteit, onder het motto: afschalen is makkelijker dan opschalen. Het concept Nationaal plan energiesysteem zet maximaal in op een groei van de elektriciteitsproductie van zo’n 122 TWh in 2022 naar zo’n 600 TWh in 2050. Een groei die nodig is om de toenemende vraag naar elektriciteit aan te kunnen, waarbij het uitgangspunt lijkt: we blijven alles doen wat we nu doen.
Met een beetje rekenen en meten op basis van de tabel op bladzijde 26 van het NPE kom ik grofweg tot de volgende hoeveelheden. Kleine zonnedaken zijn meegerekend bij wind en zon op land (al mag dat niet volgens de huidige systematiek van de regionale energiestrategieën, wat ik stom vind). Bij de bron waterstof gaat het om energiecentrales die elektriciteit maken met behulp van waterstof. Alle getallen zijn in TWh, dat staat gelijk aan 1.000.000 kWh. Voor de productie van 1 TWh zijn volgens het Nationaal Programma Regionale Energiestrategieën zo’n 54 windturbines van 5 MW of 1.000 ha zonnepanelen benodigd (op dak, water of veld). Een kerncentrale van 1 GW produceert zo’n 7,4 TWh, uitgaande van 85% beschikbaarheid op jaarbasis (gemiddelde van Belgische kerncentrales van 2000-2021).
Een andere belangrijke vraag is waar de elektriciteit voor gebruikt wordt. Daarbij zijn er twee hoofdcategorieën te onderscheiden: elektriciteit die ingezet wordt als eindgebruik (bv voor verlichting in je huis) en elektriciteit die ingezet wordt in andere ketens (bv voor de productie van waterstof) of elektriciteit die verloren gaat. Onderstaande tabel laat zien om wellke hoeveelheden het gaat volgens het NPE.
Wat opvalt is de sterke stijging bij transport (is nationaal en internationaal samen, omdat de grafiek slecht leesbaar is), de stijging bij de industrie en vooral de forse stijging van de inzet van elektriciteit bij de productie van waterstof, koolstofdragers en warmtelevering. In totaal is de verwachte vraag naar elektriciteit in 2050 568 TWh. Dat lijkt een groot verschil, maar betekent dat de minister inzet op 6% meer productie dan de verwachte vraag.
Geen overbodige luxe, want De Groene Amsterdammer heeft vorige week berekend dat alleen al de chemie en raffinaderijen 350 TWh nodig heeft. Daarmee wordt dan rond 2050 brandstoffen geproduceerd voor Afrika en andere landen met minder strenge milieuregels. Vergeleken met de cijfers uit het NPE zouden het volledige stroomgebruik van industrie en van de inzet voor waterstof, koolstofdragers en warmtelevering dan enkel voor chemie en raffinaderijen bestemd zijn. Wat niet waarschijnlijk lijkt. Het behoud van de huidige chemie en raffinage zal dus tot meer elektriciteitsvraag leiden.
Vragen om visie en keuze
De vragen waar ik van politieke partijen graag een antwoord op zou zien is:
Het tijdperk van goedkope beschikbare energie als comparatief voordeel voor het aantrekken van energie-intensieve bedrijven is met het afbouwen van de gaswinning in Groningen voorbij voor Nederland. Wat niet wil zeggen dat energie voor alle gebruikers duurder wordt. Welke bedrijfstakken willen we voor Nederland behouden? Hoeveel elektriciteit vergen deze bedrijfstakken en me welke bron van elektriciteitsproductie gaat deze geproduceerd worden: windturbines/zonneparken/energieopslag/kerncentrales/waterstofcentrales*?
Hoeveel extra windturbines/zonnevelden/waterstofcentrales/kerncentrales* gaat uw partij realiseren voor verkoop van fossiele brandstoffen in andere landen, of zetten we in op meer duurzame elektriciteitsproductie in die landen en elektrificatie van het vervoer daar. Op die manier verplaatsen we de overlast van windturbines en zonnevelden en verlagen we de CO2 uitstoot wereldwijd. Of accepteren we 42 GW aan extra kerncentrales om Afrika te voorzien van fossiele brandstoffen?
Als uw partij geen windturbines/zonneparken/energieopslag/kerncentrales/waterstofcentrales* wil, welke economische sector gaat dan krimpen?
Als uw partij geen warmtenet of wijkaanpakken voor aardgasvrij wil hoe gaat u dan de extra benodigde stroom opwekken?
Hoe denkt uw partij over de nieuwe milieunormen voor windparken en de zonneladder? Passen deze opvattingen bij uw opvatting over het tempo van opschaling van uw variant van het NPE en past uw variant van het NPE in het bredere klimaatbeleid?
* doorhalen wat van toepassing is
Update 16 juli: in een eerdere versie stond dat de tijd van goedkope en schier onuitputbare energie voorbij is voor Nederland. Dat dekte de lading van mijn argument niet en leidde tot verwarring in de commentaren. Daarom is deze passage aangepast, zodat duidelijk is dat het gaat om het einde van het comparatieve voordeel dat Nederland met de gaswinning had.
Reacties (18)
Hoezo? Duurzame energie is juist goedkoop, goedkoper inmiddels dan fossiel en die ontwikkeling gaat nog altijd door. In het stuk laat je bovendien zien dat we er heel veel extra van gaan produceren. Als we het over oneindig lijkende energie hebben, dan gaat dat veel meer op voor zon en wind dan voor fossiel.
Ja, de waterstofeconomie staat nog in de kinderschoenen, bestaat nog vrijwel niet, en het kost heel veel investeringen om die transitie te maken. Maar dat betekent vooral dat er nog heel veel ruimte is voor technische en economische innovatie, waardoor de prijs zal kelderen.
Het stukje over dat wij onze schone energie gaan inzetten voor fossiele brandstoffen in Afrika gaat natuurlijk nergens over. De wal keert het schip, alles moet naar (netto) nul, ook Afrika. Zorg gewoon eerst maar eens dat we in Nederland naar netto nul gaan. En is het echt zo’n ramp dat wij een tijdje met schone energie benzine produceren zodat Afrikanen ook in hun auto kunnen rijden? Lijkt me niet.
Het concept nationaal programma energiesysteem wil heel veel extra elektriciteit gaan produceren. Tegelijkertijd raakt de 55 TWh, die de energieregios hebben geboden voor 2030, uit zicht, zijn er nog geen nieuwe milieunormen voor windturbines, kondigt Jetten meer beperkingen voor zonnevelden aan, leveren zonnevelden, windturbines, hoogspanningsstations etc weerstand op bij (een deel van de) omwonenden, raakt het elektriciteitsnetwerk vol en zijn er ook andere zaken die om ruimte vragen (wonen, werken, landbouw, natuur, mobiliteit, recreatie etc). Dus ik ben benieuwd waar Je die extra 350 TWh wil gaan opwekken en wat de omwonenden daar van vinden.
Nederland heeft een traditie van verouderde brandstoffen en chemische stoffen produceren, lang nadat ze hier uitgefaseerd of verboden zijn (bv ddt en zwavelhoudende benzines). En ja, ook Afrika moet naar nul CO2 uitstoot, alleen heb ik niet de illusie dat Shell, BP, ExxonMobil of andere eigenaren van raffinaderijen en chemische fabrieken daar mee bezig zijn. De recordwinsten van vorig jaar zijn nauwelijks in duurzaamheid gestoken, maar vooral in aandelen terug kopen. De meeste grote olie- en gasbedrijven hebben hun groene ambities afgelopen jaar in de ijskast of bij het grof vuil gezet.
Enig lichtpuntje is dat ze net zo’n achterhoede gevecht voeren als de kolenbedrijven. Landen als Kenya zijn al bezig met elektrificatie van hun transportsector.
Ja, de energietransitie gaat niet vanzelf, dat klopt. Er moet nog veel geïnvesteerd worden. Windmolens en zonnepanelen hebben ook nadelen.
Maar dat rechtvaardigt nog niet de uitspraak dat het tijdperk van goedkope en schier oneindige energie voorbij is in Nederland. Veel van de spanning ontstaat juist omdat hernieuwbare energie relatief goedkoop is, er dus veel initiatieven zijn voor uitbreiding, maar de uitbreiding van de infrastructuur en de vergunningverlening dat niet kan bijbenen. Dat levert vertraging op, maar zijn geen fundamentele onmogelijkheden.
Als het om framing gaat, vind ik het vrij ongelukkig. Met de nadruk op wat er allemaal moeilijk is en niet meer kan geef je munitie aan degenen die graag niets willen doen en alles bij het oude laten. Het frame dat het voor de energietransitie onvermijdelijk is dat er economische sectoren moeten krimpen is echt dodelijk.
Zoals je zelf al zegt, de fossiele energiebedrijven voeren een achterhoedegevecht en de energietransitie gaat ook niet aan Afrika voorbij. Dat verdient dus niet de hoofdmoot van onze aandacht. Die moet gaan naar wat we wél gaan/moeten doen. Het gaat erom dat in Nederland de uitstoot naar 0 gaat, en als dat gebruikt wordt om toch nog fossiele brandstoffen te produceren dan is dat ironisch, maar nog altijd beter dan als we datzelfde doen met fossiele energie. We zullen nog wel een behoorlijke tijd ook fossiele brandstoffen nodig hebben, die moeten ergens geproduceerd worden.
Ik heb een kleine aanpassing gedaan, zodat het duidelijker is dat het me gaat om het einde van de tijd dat goedkoop gas door de gaswinning een comparatief voordeel gaf bij het aantrekken van energie-intensieve industrietakken. Het faillissement van Aldel en de problemen bij de basismetaal en kunstmestfabrieken van vorig jaar laten zien dat we daar echt een uitdaging hebben.
De problemen ontstaan niet alleen doordat uitbreiding van de infrastructuur en de vergunningverlening dat niet kan bijbenen. Het zit hem ook in bezwaren vanuit de omgeving, vanuit lokale politici en als je de zonnebrief van Jetten leest gaat het Rijk het realiseren van zonneparken niet makkelijker maken.
Bij het oude laten? Hoe wil je dat doen? We hebben een Europese context waar voor ETS de CO2 rechten rond 2040 op zijn. Je kan nog 10 jaar extra vertragen om dan snoeihard tegen de muur te lopen, of hopen dat de EU alsnog rechten toekent aan de elektriciteitssector (kans acht ik niet heel waarschijnlijk).
Framing? Ik vind het nadenken over waar we ons belastinggeld aan gaan besteden geen framing. Momenteel worden met de grootste uitstoters van CO2 maatwerkafspraken gemaakt over CO2 reductie. Daar zijn ook grote bedragen aan subsidies mee gemoeid. Ik vind het niet meer dan logisch dat de politiek kiest welke sectoren strategisch belangrijk zijn voor Nederland en we willen behouden, en welke sectoren welkom zijn om te blijven, maar op langere termijn geen plek hebben (bv olieraffinage en chemie in huidige omvang). Deze sectoren zijn vrij om te blijven, maar zullen dan zelf aan de bak moeten om aan de randvoorwaarden te voldoen.
Voor de productie van fossiele brandstoffen (raffinaderijen) en chemie in Nederland geldt: als je als politicus vind dat we dat hier moeten blijven doen, dan hoort daar ook het verhaal bij dat je kiezer extra windturbines en zonneparken moet accepteren. Of forse overheidssteun om de hoeveelheid kernenergie nog harder te laten groeien.
Ik vind de huidige situatie waarbij landelijke politici van een aantal partijen lippendiensten aan het klimaat kunnen bewijzen door te roepen we gaan tot 2030 op wind en zon inzetten, terwijl hun partijgenoten lokaal de vergunningverlening blokkeren, erg ongelukkig. En die situatie duurt nu al bijna 5 jaar, hoog tijd om daar een eind aan te maken.
Ik weet het niet. Het onderwerp is zo complex, dat ik vooral hoop dat het juist niet teveel wordt verhakseld tot campagneretoriek. Laat de overheid zich nou maar bezighouden met het stellen en handhaven van randvoorwaarden. En dan moeten energiebedrijven maar uitzoeken hoe ze daaraan voldoen. Hoe meer de overheid zich met details bemoeit, hoe meer mogelijkheden dat biedt voor de industrie om zich ermee te bemoeien. En het beleid dus naar hun hand te zetten.
Wat mij betreft hoeft de overheid helemaal niet te bepalen welke bedrijven we wel of niet willen. De overheid bepaalt de regels en bedrijven die daaraan kunnen voldoen zijn welkom. Anderen niet. En of energiebedrijven hun energie opwekken met zon of wind of getijden of kerncentrales is hun zaak. Zolang ze maar aan de regels voldoen. Waarom zou de overheid dat moeten bepalen?
De overheid kan dit helemaal niet tot in alle details regisseren. De grote lijnen uitzetten is al ingewikkeld genoeg.
De grote lijn uitzetten lijkt me inderdaad zeer prettig. Doen alsof de overheid zich niet bezighoudt met welke bedrijven we wel of niet willen is naïef. Al jaren wordt ingezet op het binnenhalen van meer hoofdkantoren, grote datacenters (inmiddels iets minder geliefd) en andere bedrijven via het NFIA.
Waarom diezelfde overheid dan niet op hoofdlijnen na zou mogen denken over welke sectoren een bijdrage kunnen leveren in het type Nederland dat de overheid over 20 of 30 jaar voor zich ziet ontgaat me. Is dat ingewikkeld? Niet ingewikkelder dan de discussies die decennia geleden gevoerd zijn toen we afscheid namen van de kolenwinning, textiel en (een deel van de) scheepsbouw. Zoals die bedrijven niet meer paste kun je je ook afvragen hoe wenselijk is om het huidige aantal olieraffinaderijen te behouden als er een overschakeling naar elektrisch rijden gaat komen. En als we de olieraffinaderijen wel behouden hoort daar ook bij dat dezelfde politici uit gaan leggen dat er meer windturbines, zonnevelden en kerncentrales in je achtertuin komen om de industrie van energie te voorzien.
Dat zijn geen goede vergelijkingen. De mijnen waren staatsbedrijven. Natuurlijk beslist de politiek dan ook over sluiting. En de scheepsbouw werd overeind gehouden door staatssteun. Stoppen daarvan betekende natuurlijk dat het voor veel werven afgelopen was, maar dat is toch wat anders dan beslissen dat we geen scheepsbouw meer willen. (De scheepsbouw is ook nooit helemaal verdwenen. Al is dan ook weer niet zo gek veel van over.)
Als de politiek randvoorwaarden stelt kan dat natuurlijk gevolgen hebben voor bepaalde sectoren. En natuurlijk is er niks mis mee om daar (op hoofdlijnen) rekening mee te houden. Gevolg van beleid zou bijvoorbeeld kunnen zijn dat er raffinaderijen verdwijnen, tenzij die erin slagen om het roer helemaal om te gooien. En in het ruimtelijk beleid zal rekening gehouden moeten worden met duurzame opwekking van energie. Dus ook daar is (op hoofdlijnen) ook een rol vol de overheid. Maar dat is echt wat anders dan van de politiek vragen om in verkiezingstijd uitgebreid antwoord te geven op vragen als:
Hoe meer je suggereert dat de politiek daar de volledige regie in zou moeten nemen, hoe meer je energiebedrijven het excuus geeft om rustig achterover te leunen en af te wachten. Dat lijkt me nou net niet de bedoeling.
De scheepsbouw werd overeind gehouden door subsidies. En hoe gaan raffinaderijen en chemie straks verduurzamen? Op eigen kosten? Nog weinig voorbeelden van gezien. Zelfs in een jaar van recordwinsten investeert Shell niet in waterstof zonder subsidie.
Wat versta je onder volledige regie? Ik vraag regie en verantwoording van keuzes over de besteding van een slordige 28 miljard Euro belastinggeld. En achteroverleunen? Denk het niet. Op basis van de getallen uit het NPE lijkt er een impliciete keuze of aanname in te zitten dat chemie en raffinage gaan krimpen (tenzij de berekening van De Groene er volledig naast zit). Of ze zijn buiten beschouwing gelaten, waarmee er nog een forse sloot extra elektriciteitsvraag komt. Dat heeft een prijsopdrijvend effect in de markt, maar vergt ook meer ruimte om de stroom te produceren of importeren. Dat laatste is ook niet vrij van ruimtevraag. Of het nu gaat om tracés voor elektriciteitskabels vanuit het buitenland (bv een HVDC kabel vanuit Noord-Afrika, zoals de Engelsen willen aanleggen) of voor de aanlanding, opslag en conversie van waterstof (of waterstofdragers, zoals methanol of ammoniak).
Maar dat maakt die twee nog steeds niet vergelijkbaar. De scheepsbouw kon alleen nog voortbestaan dankzij de overheid. Terwijl raffinaderijen en chemie juist nog lange tijd probleemloos door zouden kunnen draaien, ware het niet dat de overheid in moet grijpen om ernstige nadelige consequenties te voorkomen.
Prima. Ik heb dan ook nergens beweerd dat ik daar tegen ben.
Dat is precies wat ik zei. Natuurlijk kan beleid impliciet dergelijke gevolgen hebben. Maar dat is wat anders dan expliciet bepaalde sectoren weren.
Een quickscan levert op dat auto’s 9 miljard kilo brandstof verbruiken per jaar, de luchtvaart 3 miljard en de scheepvaart 12 miljard.
Autobrandstof is dus slechts hooguit 40% van het probleem, waarbij in die 40% ook nog de vrachtauto’s zitten die nog lang niet elektrisch rijden kunnen. Scheepvaart komt net uit de middeleeuwen door over te stappen op laagzwavelige stookolie en van de luchtvaart hoeven we al helemaal niks te verwachten tot er 10 keer betere accu’s zijn.
Nou, dat is het volgens mij dus niet.
Geen bedrijf wil kerncentrales bouwen als de overheid niet met giga-garanties over de brug komt, dus moet de overheid sterk sturen als ze kerncentrales wil of zelfs vindt dat die essentieel voor onze veiligheid zijn.
En als de bedrijven allemaal lekker investeren in zon en wind zónder in opslag te investeren dan krijg je een dagelijkse totaal verstoorde markt waar rond de middag de stroomprijs negatief is en van 07:00 tot 09:00 en van 19:00 tot 21:00 torenhoog. Dat is dan buiten de winter want in de winter speelt zonne-energie nauwelijks een rol.
Dat duurzame energie zo goedkoop is, is een wassen neus als je die energie maar beperkt beschikbaar hebt en de resterende uren van de dag met fossiel moet vullen. Duurzame energie zal flink duurder worden door de noodzaak van opslag met alle mogelijke verliezen van dien. Als de fossiele installaties de hele zomer in de middag stilgelegd moeten worden dan zullen ze extra duur worden in de ochtend en avond om nog rendement te halen.
De markt zal met het prijsmechanisme uiteindelijk een hoop rechttrekken, maar de huidige situatie zonder opslag en een overaanbod aan duurzame energie in de middag, laat al zien dat de overheid veel sterker moet sturen.
En dus wordt het in snel tempo heel lucratief om te investeren in opslag.
Zo komt op de plaats van het failliete Aldel in Delfzijl een grote batterij-opslag voor groene stroom:
https://www.processcontrol.nl/34805-de-grootste-batterij-van-europa-komt-bij-aldel-in-delfzijl/
En dit project is bepaald niet alleen:
https://www.gpkl.nl/na-netbeheerders-ook-gemeenten-overvallen-door-stortvloed-aan-batterij-aanvragen/
Die extra kosten voor wind en zon in combinatie met opslag vallen mee. In de nieuwste berekeningen van Lazard geeft toevoegen van opslag een stijging van de marginale kosten van 2 tot 3 cent per kWh.
De huidige situatie is niet alleen gevolg van meer wind en zon in het systeem, maar ook van gebrek aan flexibiliteit bij afnemers en een aantal energiecentrales die inflexibel doordraaien (bv kerncentrale Borssele, maar ook een aantal gascentrales). Kijk bv naar de data per conventionele centrale op 5 juli. Een dag met prijzen van -500 Euro/MWh en toch draaide kerncentrale Borssele en twee gascentrales rustig door. Niet op een lager niveau om later op de dag bij het vallen van de avond een tandje bij te zetten, maar gewoon als een ouderwetse basislast centrale.
Je hebt gelijk dat fossiele centrales minder winst zullen draaien en mogelijk zelfs uit zullen gaan als ze minder draaiuren maken. Vooralsnog zullen ze aangaan als de marginale opbrengsten hoger zijn dan de marginale kosten. Een deel van de centrales biedt op andere markten, waarbij ze geld krijgen voor beschikbaarheid van op- en afregelvermogen. Voor meer uitleg en ontwikkeling van de vergoedingen kan je hier terecht.
Goed, ik had moeten zeggen ‘is in principe hun zaak’. Natuurlijk kan het zo zijn dat de overheid iets faciliteert via garanties of subsidies. Maar dat is nog steeds wat anders dan tot in detail beslissen welke bedrijven via welke bronnen energie krijgen.
Ja, en als alle supermarkten alleen maar lekker investeren in hun broodafdeling is er na verloop van tijd niks anders meer te koop. Het idee van marktwerking is toch zo’n beetje dat bedrijven zelf ook een beetje nadenken. En natuurlijk kan een wetgever bijvoorbeeld nog wel vastleggen dat energiebedrijven een bepaalde verantwoordelijkheid hebben voor een betrouwbare energievoorziening.
[edit: foutje, dit was bedoeld als reactie op #3.4]
De zeven netbeheerders zijn verantwoordelijk voor een betrouwbare energievoorziening.
Als een leverancier of diens producent op enig moment niet kan gaan leveren wat de klanten van de leverancier gaan afnemen, zal de netbeheerder op de spotmarkt inkopen tegen elke prijs en dit plus boete doorrekenen aan de leverancier. De leverancier zal dit dus voorkomen door zelf op de spotmarkt in te kopen als zijn producent faalt.
Op dat deel is dus streng toezicht.
Bij een overaanbod aan stroom zullen de netbeheerders dus ook uiteindelijk beslissen wie er moet afschakelen, als de marktprijs dat niet al heeft geregeld.
Dat heeft allemaal niks te maken met wat ik duidelijk probeer te maken. Mij gaat het om het uitgangspunt waar je van vertrekt. En op dit moment is dat uitgangspunt een geprivatiseerde markt. Daarin ligt de verantwoordelijkheid in principe bij de bedrijven. En moet de overheid toezien op het algemeen belang.
Je zou kunnen vinden dat je zoiets essentieels als energie niet aan de markt over moet laten. Daar zou ik me nog wat bij voor kunnen stellen ook. De consequentie is dan dat je die bedrijven zou moeten nationaliseren, zodat de overheid alles tot in detail weer in handen heeft. Maar de privatisering terugdraaien lijkt me in de praktijk onmogelijk, al was het maar omdat de overheid de kennis niet in huis heeft om alles zomaar weer over te nemen.
Wat Krispijn beschrijft komt neer op een beetje van allebei: je houdt marktwerking maar de politiek bemoeit zich met allerlei details. Je kun dan uittekenen hoe dat afloopt. De overheid wordt dan ook verantwoordelijk, en dus aansprakelijk, voor alles wat er op dat detailniveau niet goed gaat. En dus zijn alle risico’s voor rekening van de schatkist. Terwijl de winsten naar de bedrijven gaan.
En verder wil ik me als kiezer helemaal niet druk hoeven maken over hoeveel windmolens en/of zonnepanelen precies de energie gaan leveren voor welke bedrijven. Doe mij maar politici die de technische kant van de energietransitie overlaten aan technici. En die zich op de hoofdlijnen concentreren: welke publieke belangen zijn hier van belang en hoe zijn die het beste gediend? Via wetten, subsidies, heffingen, toch nationalisering van de sector, of nog wat anders?
Je legt me een detailniveau op dat ik niet nastreef. Dat is jouw uitleg. In de praktijk bemoeit het Rijk zich al vrij gedetailleerd met de keuzes. Zon lijkt straks enkel nog op landbouwgrond te mogen als je aan kan tonen dat alle daken, schuren, wegbermen etc vol liggen. Vind ik een vrij gedetailleerde invulling van de zonneladder. Het Rijk zou er ook voor kunnen kiezen om zon op de meer wenselijke plaatsen te verplichten en de SDE++ om te vormen van kilowattuurknaller naar een systeem waarbij je enkel subsidie kan krijgen als je aantoonbaar meervoudig landgebruik hebt. Of om het aan provincies en gemeenten te laten. Zij hebben de afgelopen jaren, bij gebrek aan landelijke steun bij de invulling van de zonneladder, zelf beleid ontwikkeld.
Wat betreft de sectoren: er staat een klimaatfonds van 28 miljard Euro. Gaan we die subsidie naar alle sectoren uitstrooien of mag je van de politiek verwachten dat ze een visie hebben (of ontwikkelen) op welke sectoren houdbaar en/of wenselijk zijn in Nederland om daar het belastinggeld op in te zetten. De andere sectoren kunnen blijven, maar dan zonder staatssteun. Met de megawinsten in de olie- en gassector van vorig jaar zie ik sowieso niet zo goed in waarom we daar belastinggeld in moeten stoppen.
Zoals ik in #3.2 al aangaf ging het me vooral om dit citaat?
Dat is een detailniveau dat ik veel te ver vind gaan.
Klopt. En je zou je best eens af mogen vragen of dat niet wat minder zou kunnen.
Volgens mij is het namelijk een voorbeeld van de tegenstrijdige eisen die we aan de politiek stellen. Aan de ene kant willen we geen technocraten, maar aan de andere kant moeten ze wel als een technocraat alle details op kunnen leveren over de uitvoering van hun plannen.
Zou er, toen John F. Kennedy met zijn ‘We choose to go to the moon kwam’, iemand zijn geweest die het problematisch vond dat hij niet wist welke brandstof de raketten zouden gebruiken, of hoeveel mensen er mee zouden gaan, of hou die techniek van het landen op de maan en het opstijgen daarna precies in elkaar zat? Het zal vast wel hier en daar zijn gemompeld, maar prominent waren zulke reacties volgens mij niet. Terwijl tegenwoordig de halve wereld met dat soort cynisme aankomt als een politicus het waagt een beetje ambitieus te zijn. Dat mag best een beetje minder, als je het mij vraagt. Zonder dat ik onze huidige lijsttrekkers verder zou willen vergelijken met Kennedy, overigens.