“Blijf van onze docenten af! Ondersteun ze en steun ze, stimuleer ze, motiveer ze en koester ze. Zorg er voor dat er voldoende mensen het onderwijs in willen zodat instellingen ook hoge eisen kunnen (blijven) stellen aan de kwaliteit van die docenten.”
Uit het hart gegrepen, deze woorden van edublogger Pierre Gorissen. Waar gaat het over? Directe aanleiding is het wetsvoorstel van minister Marja van Beijsterveldt. In de wetswijziging staat dat de zomervakantie een week ingekort wordt en dat het aantal lesuren op 1040 blijft staan terwijl met de onderwijsvakbonden afgesproken was deze te verlagen naar 1000. Maar als je de opiniebijdrage leest van Gerard Olthof, rector van het Mencia de Mendoza Lyceum in Breda en onderwijsbestuurder, in de Volkskrant van vandaag getiteld “Leraren zijn minachting politici beu, en ze hebben groot gelijk“, dan zie je dat het veel dieper zit.
Wat docenten echt dwars zit is de constante betutteling en de niet aflatende stroom aan wijzigingen uit Den Haag. Gewoon geduld hebben en kijken of een maatregel werkt is uit beeld verdwenen. Terecht dus dat docenten gisteren hebben gestaakt.
Nog even terug naar de aanleiding: de verhoging van de lesuren met 40 uur en vermindering van de vakantie met 1 week. Waarop is het gebaseerd dat dit tot een verbetering van het onderwijs leidt?
Deze tekst is, met toestemming, gedeeltelijk overgenomen van Pierre Gorissen en Florina Blokland.
Reacties (7)
Ik weet niet hoeveel uren er buiten de lesgeverij gemaakt worden maar 1000 of 1040 betekent allebei ongeveer een half jaar vakantie? Jottem.
Ik weet niet hoeveel uren er buiten de lesgeverij gemaakt worden
Je hebt er blijkbaar wel al een idee over, gezien de volgende zin: 0 uur. Nu even de reflectie: Denk je zelf dat dat realistisch is? Docenten kijken niets na, bereiden niets voor, hebben geen enkele administratieve werkzaamheid en overleggen niet met hun collega’s?
Dat was mijn punt. Iemand zal een keer over efficiency moeten beginnen ;)
Ik las enige dagen geleden dat het aantal werkuren per jaar voor een leraar in Nederland 1659 uur per jaar bedraagt. Niet afwijkend van wat andere leraren in Europa aan werkuren kwijt zijn. Het bijzondere aan Nederland schijnt te zijn dat een leraar in Nederland van dit totaal aan werkuren een bovengemiddeld aantal uren voor de klas staat. Wie ook maar één uur heeft lesgegeven, weet hoe afmattend dat kan zijn, zeker als het publiek niet altijd even gewillig is.
Leraren in Nederland staan niet alleen een bovengemiddeld aantal uren voor de klas, ze hebben vaak ook een bovengemiddeld aantal leerlingen voor hun neus.
Die 1000 uur les wordt in 39 weken gegeven, dat betekent 25,5 lesuren per week. Plus 40% voorbereiding en nakijken is 36 uur per week. verder elke week nog 2 uur vergaderen en wat leerlinggesprekken kom je op 40 uur. Dat is in totaal 1560 uur per jaar werk en 12 weken vakantie.
Vorig jaar kreeg ik voor 0,4FTE (2 dagen x 39 weken=78 dagen werk) ongeveer 1600 euro per maand netto +13e maand en retentiebonus van €400. Ik begrijp dan ook niet dat er docenten zijn die klagen over hun salaris.
Toch sta ik achter deze protesten, het zogenaamde ophokken is een steeds groter probleem aan het worden. In het MBO heet het eufemistisch ‘projecturen’ en ‘zelfstandig werk’. Docentloze uren die opgevoerd worden om op papier de 1040 uur te halen.
Deze uren worden doorgaans gevuld met Facebook of een tripje naar het fastfoodrestaurant (geen docent aanwezig, weet je nog)
Studenten voelen zich op deze manier niet serieus genomen en dat is fnuikend voor de motivatie.
De werkdruk die de docenten ervaren hangt mijns inziens niet samen met het aantal uren, maar eerder met het gevoerde beleid en het aantal collega’s, echt een 2 uur durende vergadering over de politieke spelletjes van deze baanklevende navelstaarders kost je een jaar van je leven.
Dus klaagdocenten: ga alsjeblieft wat anders doen.
Studenten: You got to fight for your right to study!
You‘ve got to fight…
Gelukkig geef ik geen Engels :-)