Provinciaal ontgasverbod: bewoners blij gemaakt met een dode mus

Foto: Ontgasroutes benzeen volgens CE copyright ok. Gecheckt 10-03-2022
Dossier:

ANALYSE - Deze week maakte de VVD Rotterdam en Zuid-Holland een nieuw plan bekend om ontgassen door de binnenvaart te verbieden in Zuid-Holland. Arno Bonte, GroenLinks wethouder in Rotterdam, was op twitter blij met het plan. Wie het plan leest vraagt zich echter vooral af wat het provinciaal ontgasverbod uit 2015 voorstelt. Het enige goede nieuws voor bewoners van Zuid-Holland is dat uit instructies van de Duitse reder Jaeger Shipping blijkt dat haar schippers opdracht hebben om niet in Zuid-Holland, maar in Gelderland te ontgassen. Aantal geconstateerde overtredingen in Gelderland sinds de invoer van het provinciaal ontgasverbod in 2017: 1. De Gelderlander constateert dan ook droogjes dat ook het Gelders provinciaal ontgasverbod een wassen neus is. Inmiddels reageren Gelderse politici boos op de nieuwste berichtgeving over ontgastoerisme en roeren bewoners zich met verhalen over stankoverlast.

VVD plan voor ontgasverbod

Dieke van Groningen, VVD raadslid in Rotterdam, heeft een initiatiefvoorstel gelanceerd. Het probleem van het varend ontgassen valt volgens het initiatiefvoorstel uiteen in vier delen (1) handhaven en beboeten, (2) praktische voorzieningen, (3) vergunningen en (4) betaalbaarheid.

Remco Dijkstra, VVD Tweede Kamerlid, ondersteunt het initiatief van de VVD Rotterdam en VVD Zuid Holland met schriftelijke vragen.

VVD ondersteunt deze dames. Mooi initiatiefvoorstel om Rotterdam koploper te laten worden in voorkoming uitstoot van benzeen door scheepvaart door een stop op varend #ontgassen. Schriftelijke vragen aan Minister https://t.co/2WCzd7m9sg

— remco dijkstra (@remcovvd) February 21, 2019

Het handhaven en beboeten in de Rotterdamse wateren is volgens de VVD zeer lastig, omdat Rijkswateren niet onder de verantwoordelijkheid van de provincie Zuid-Holland vallen. Het ontbreken van een landelijk verbod maakt dat er geen urgentie is om op Rijkswateren te handhaven. Een punt waar Sargasso ook al meermalen op heeft gewezen en navraag over heeft gedaan.

De VVD stelt ook dat er sinds de invoering van het Provinciale verbod, de afgelopen jaren een stagnatie rond het ontgassingsdossier is opgetreden op het vlak van de ontgassingsfaciliteiten aan de kade. In het Rotterdamse havengebied heeft Rubis een vergunning om schepen van derden te kunnen ontgassen. Deze installatie heeft echter een beperkte capaciteit. Daarnaast is het mogelijk om in Moerdijk schepen te laten ontgassen. Deze twee plekken zijn lang niet voldoende zodra het landelijk verbod is ingevoerd.

In 2015 berichtte we op basis van een lokale nieuwssite dat DCMR geen daling van het aantal ontgassingen waarnam. Wat vervolgens door DCMR ontkend werd. De combinatie van de constatering van de VVD dat het ontbreekt aan handhaving, dat het aantal praktische voorzieningen om verantwoord te ontgassen beperkt is en de nauwelijks dalende cijfers van Emissieregistratie roept de vraag op of er meer rederijen zijn die net als Jaeger Shipping een instructie hebben waar schippers varend moeten ontgassen worden.

Vergunningverlening aan ontgassingsinstallaties

In zijn Kamervragen vraagt Remco Dijkstra in navolging van de aanbevelingen van de VVD fractie in Rotterdam om een pilot voor tenminste twee jaar voor het plaatsen, testen en volledig in gebruik nemen van ontgassingsinstallaties, waarbij de inzet is de uitstoot te minderen en te oormerken als restproduct en waarbij het vergunningstraject zo eenvoudig mogelijk wordt gehouden. In het plan schrijft de Rotterdamse VVD daarover:

De grootste bottleneck bij het realiseren van voorzieningen is gelegen in het emissie- en vergunningenvraagstuk. Hoe moeten we de lading die wordt ontgast definiëren; als restproduct of als restafval? De omgevingsdiensten en Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) categoriseren dit als afval, terwijl in het CDNI staat dat het restproduct zou betreffen. In het geval van afval zijn de vergunningstrajecten vele malen complexer. Daarbij moet de Provincie zich dan uitspreken over de emissie. Ook is het hergebruik van grondstoffen complexer, omdat dit onder afvalstoffen regelgeving niet of slechts beperkt is toegestaan.

De pilot die dient om de capaciteit aan ontgassingsinstallaties te vergroten en de vragen van de Remco Dijkstra vragen niet naar de concrete problemen waar twee ontgassingsinstallaties in de regio Rijnmond, in Amsterdam en in Gelderland tegenaan lopen. Deze installaties krijgen slechts sporadisch een ontheffing om hun ontgassingsinstallatie te testen. De Don Quichote (door GreenPoint Marine Services gebouwd met subsidie van het Havenbedrijf Rotterdam) heeft 9 maanden moeten wachten op toestemming voor een tijdelijke vergunning, waarbij de inspectie Leefomgeving en Transport een grote hobbel bleek. Deze inspectie had ook in 2013 al moeite met mobiele installaties. Want al in 2013 kreeg Sargasso interne correspondentie van IL&T in handen waaruit het verzet tegen het gebruik van mobiele ontgassingsinstallaties blijkt (let ook even op de hoeveelheden teruggewonnen product per schip waar hierover geschreven wordt in interne mailings, die zijn een factor hoger dan CE Delft en RIVM in hun rapportages hanteren):

De firma X is eigenaar het z.g. ontgassingsysteem van bedrijf Y.

Al zo’n 6 jaar ben ik namens ILT betrokken bij de ontwikkeling van deze mobiele ontgassings-unit.

De toepassing aan de walzijde, statisch dus, heeft zich inmiddels bewezen.

Mobiele toepassing ( in een ladingruim van een schip of op een ponton) stuit nog steeds op grote bezwaren. Per ontgassing wordt zo’n 4000 liter zuiver product teruggewonnen dat opgeslagen en vervoerd moet worden.

Ongeveer 2 maanden geleden is er overleg geweest met  Beleidskern van I en M, ILenT en klassebureau Z als vertegenwoordiger van Y.

Opnieuw is vastgesteld dat er ernstige bezwaren zijn ( regeltechnisch en veiligheid) dat de mobiele toepassing van het systeem niet wordt ondersteund.

Om kort te gaan… Y mag de ontgassingsunit gerust op een ponton plaatsen maar er mag GEEN ontgassing van een binnenvaartschip met gevaarlijke stoffen plaatsvinden.

Vragen blijven onbeantwoord

IL&T gaf op vragen van Sargasso enkel algemene antwoorden, maar heeft tot op heden de vervolgvragen onbeantwoord gelaten. Het Havenbedrijf Amsterdam heeft namelijk een proef uitgevoerd met een mobiele unit voor het ontgassen van binnenvaarttankschepen. Voor de goede orde en de liefhebber van vragen stellen herhaal ik onze vervolgvragen hieronder:

Begrijp ik het goed dat het Havenbedrijf Amsterdam zich volgens u in laat met illegale activiteiten?
Zo ja, welke regels worden er overtreden? Uw antwoord ‘Het ontgassen van ladingtanks met behulp van mobiele units op pontons is uit het oogpunt van regelgeving niet toegestaan.’ is te algemeen om mee uit de voeten te kunnen. Graag wetsartikel en/of AMVB en artikelnummer waar u het bestaande ‘verbod op ontgassen met behulp van mobiele units op pontons’ op baseert en op basis waarvan u dit verbod handhaaft.

Ik hoor ook graag van u of uw inspectie er vanwege achterlopende regelgeving kiest voor het in de lucht blazen van schadelijke gassen (benzine, benzeen, tolueen) met bijbehorende gezondheidsschade voor de omgeving in plaats van voor het (onder voorwaarden) gedogen van een schoon alternatief?

Indien het Havenbedrijf Amsterdam naar uw mening niet in overtreding is hoor ik graag op basis van welke uitzondering in uw regelgeving u de proef in Amsterdam toestaat en waarom deze constructie niet mogelijk is in de Rotterdamse haven?

De andere installatie in de Rotterdamse haven die niet voorkomt in de VVD stukken is die van maritiem dienstverlener Mariflex in Vlaardingen. Ook zij lopen aan tegen problemen in de vergunningverlening bij DCMR en IL&T. Walter van de Pluijm, sales director bij Mariflex, beklaagde zich in oktober 2018 al tegen het blad Mainport dat Mariflex hooguit een tijdelijke vergunning krijgt om een enkel schip te verantwoord te ontgassen. Terwijl de praktijkresultaten volgens hem een grote verbetering laten zien. Van 200.000 miligram per kubieke meter naar 20 miligram per kubieke meter. De installatie is mobiel, waardoor het voor de hand ligt dat zij tegen dezelfde problemen bij IL&T oplopen als het bedrijf uit de correspondentie van  2013. In Gelderland loopt het vergunningstraject voor ontgassingsinstallaties ook moeizaam. Het bedrijf 24/7 Nature Power probeert al ruim een jaar een locatie en vergunning te krijgen.

Emissies

Een grote crux in het verhaal is van wie de eigenaar van de ladingdamp die overblijft in binnenvaarttankschepen is. Is het van de verlader, dan kan het Wm-bevoegd gezag ze aanspreken op de ketenverantwoordelijkheid. Is het van de schipper, dan is het aan de schipper om te bepalen of het restproduct gewonnen kan en mag worden. In correspondentie met een ambtenaar van het ministerie van I&W werd daarbij de volgende denklijn uitgezet:

Het is in principe steeds de verlader die moet beslissen, wat er met de dampen dan wel het condensaat gebeurt. Hij is eigenaar van de lading. De vervoerder (schipper) wordt namelijk geen eigenaar van de lading of het afval, alhoewel de verladers op dit moment wel de schipper met de dampen opzadelt.

Interessante vraag in deze is, hoe de eigendomsrelatie verandert, als de verlader – zoals nu – de schipper wegzendt, terwijl er zich nog dampen in de tanks bevinden.

Dat zou kunnen worden beschouwd als het overdragen van het eigendomsrecht, waarna de schipper erover kan beslissen. Die zijn mogelijk wél bereid om het condensaat als verhandelbaar product te beschouwen.

Is de damp van de schipper? Dan kan hij ermee doen wat ‘ie wil (dus verkoopbaar product van laten maken). Dan zou e.e.a. formeel kunnen/moeten worden vastgelegd in de charter (de vervoersopdracht). Is het van de verlader? Dan geeft deze kennelijk impliciet opdracht om zíjn dampen te laten ontgassen door de schipper. Daarmee is het in principe een emissie van de verlader, uitgevoerd door een derde partij.

Over restproduct of afval schreef een ambtenaar van het ministerie van I&W het volgende:

Als je de ladingdamp als afval beschouwt, dan wordt de condensator inderdaad de ‘opwerkingsinstallatie’. Dat betekent, dat de installatie een afvalverwerkingsinstallatie is, die daarvoor alle benodigde Wm-vergunningen moet hebben. In dat geval kan de condensator niet meer op het terrein (of de steigers) van de verlader staan, omdat de activiteit afvalverwerking zeer waarschijnlijk niet past bij de vergunning van de verlader. Het is maar de vraag, of het juridisch mogelijk is die opwerking ‘mobiel’ te laten plaatsvinden. Na condensatie heb je in principe een opgewerkt product, dat weer in de handel kan worden gebracht.

Als het condenseren echter wordt gezien als een onderdeel van het losproces (immers komt er mogelijk zuiver product uit, dat bij de lading kan worden gevoegd), dan kan het mogelijk wél op de locatie van de verlader (of mobiel) en valt ‘t vermoedelijk wel onder zijn vergunning. Het wordt dan pas afval, als de verlader aangeeft, dat hij ’t niet als lading meer wenst te beschouwen en zich ervan wil ontdoen.

Er is misschien nog een optie: de verlader geeft niet aan, dat ‘ie zich ervan wil ontdoen, maar ‘verkoopt’ het als een off spec-product aan een handelaar.

Als de omgevingsdiensten en IL&T gelijk hebben en het is afval dan is handhaving heel simpel: afval lozen mag namelijk niet van de wet. Volgens de wet Milieubeheer en de kaderrichtlijn afval zijn afvalstoffen: alle stoffen, preparaten of voorwerpen, waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen. Uit bovenstaande delen van de mailwisseling met het ministerie blijkt dat de verlader verantwoordelijk blijft voor de lozing op de lucht, zolang het eigendom van de ladingdamp niet wordt overgedaan van de verlader. Via de ketenverantwoordelijkheid kunnen omgevingsdiensten hier op ingrijpen. Zeker voor stoffen als benzeen, die in de categorie zeer zorgwekkende stof vallen. Voor deze stoffen geldt een minimalisatie en een 5 jaarlijkse informatieplicht op basis van artikel 2.4 lid 2 en artikel 2.4 lid 3 van het Activiteitenbesluit.

Deze informatie is in 2014 gedeeld met Essencia, de Belgische brancheorganisatie voor de chemie.

Handhaving een wassen neus

Groot struikelpunt voor Mariflex en haar concurrenten is het gebrek aan handhaving van de provinciale ontgasverboden en het niet inzetten van de ketenverantwoordelijkheid door omgevingsdiensten. Zeeschepen die na het lossen naar zee gaan en gasvrij terug keren, dat kan maar op een manier: luiken open en blazen maar. Geniet van uw patatje gasdamp in Hoek van Holland. Handhaving van de provinciale verboden voor de binnenvaart is niet makkelijker geworden sinds het ministerie verklaart heeft dat de provinciale verboden op varend ontgassen niet rechtsgeldig zouden zijn.

Een rondgang van Sargasso langs verschillende omgevingsdiensten en provincies leert dat handhaving in meer provincies niet hoog op de agenda staat. Vanuit de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied wordt aangegeven dat de provincie Noord-Holland het ontgassingsverbod niet handhaaft totdat een ontgassingsfaciliteit in Amsterdam operationeel is. De ontgassingsfaciliteit zou in 2017 operationeel moeten zijn geworden, maar  is dit wel het geval. Vanaf dat moment volgen er sancties op het varend ontgassen van benzeen en benzeenhoudende ladingen. We streven er naar dat in 2017 een ontgassingsfaciliteit operationeel is in de Amsterdamse haven.

Het aantal meldingen van de e-noses dat specifiek met ontgassen samenhangt wordt niet vermeld. Wel dat het aantal meldingen het grootst is bij de e-noses die rond de tankoverslagbedrijven zijn geplaatst. Nieuwsblad De Kennemer meldde in januari al wel dat er 7 ontgassingen per dag worden geregistreerd langs het Noordzeekanaal door het e-nose netwerk. Het nieuwsbericht geeft ook aan dat er stapsgewijs wordt gewerkt aan een verbod op varend ontgassen. Motorbrandstoffen worden verboden vanaf 2020. Nu weet ik niet precies wat er onder motorbrandstoffen wordt verstaan, maar het ontgassen van benzine (UN1203) al sinds lang verboden. Dat de grootste benzinehaven ter wereld vanaf 2020 gaat handhaven op ontgassen van motorbrandstoffen roept zodoende vragen op.

Bij de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (OZHZ) zijn de volgende aantallen klachten waarbij ontgassen de mogelijke oorzaak is, bekend:
2016     9
2017     12
2018     24

Bij de OZHZ zijn er geen handhavingsactie, boetes en processen verbaal bekend/behandeld. Er is namelijk afgesproken dat de ‘varende’ handhavers (Havenbedrijf, Zeehavenpolitie of Landelijke eenheid) de handhaving verzorgen.

De Provincie Zeeland antwoord dat uit gegevens van de Zeeuwse milieuklachtenlijn blijkt dat er in 2018 geen klachten zijn binnengekomen die gingen over ontgassen of die daaraan te relateren zijn. Overigens is het vaak voor de meldkamer niet eenvoudig om een klacht aan een bepaald bedrijf of activiteit te relateren.

De handhaving van het verbod is in handen van de Landelijke Eenheid van de politie. Zij hebben aan de provincie Zeeland doorgegeven dat er in 2018 een proces verbaal is opgemaakt en dat er enkele waarschuwingen zijn uitgedeeld.

De Omgevingsdienst Midden en West Brabant heeft enkel gereageerd dat beantwoording later zou volgen in verband met de kerstvakantie. DCMR heeft contact gezocht en mijn voicemail ingesproken, waarna ik zelf niet meer heb gebeld.

Gevolgen ontgassen voor de omgeving

Varend ontgassen heeft niet enkel gevolgen voor de bemanning en het milieu. Ook voor omwonenden en kantoren langs het water kunnen er gevolgen zijn. In april 2018 werd op Amsterdam Amstel een trein ontruimd, nadat een  passagier onwel geworden was door een ontgassend binnenvaartschip. Uit correspondentie die Sargasso in bezit heeft blijkt ook dat het kantoor van Rijkswaterstaat in Utrecht minstens een keer ontruimd is vanwege een passerend schip dat varend aan het ontgassen was. Het kantoorpand is vervolgens vrijgegeven zonder overleg met de veiligheidsregio, een gebeurtenis waar de brandweer op z’n zachts gezegd verbaasd over was.

In De Gelderlander vertellen verschillende bewoners over de stankoverlast die ze ervaren. Verschillende bewoners geven ook aan zich zorgen te maken over mogelijke gezondheidseffecten van langsvarende schepen die ontgassen aan de buitenlucht.

Uit het plan van de VVD blijkt dat bewoners van Zuid-Holland en ondernemers, die hebben geïnvesteerd in een ontgassingsinstallatie, de afgelopen 5 jaar blij zijn gemaakt met een dode mus. Uit de instructie van Jaeger Shipping blijkt dat provinciale ontgasverboden zonder handhaving een wassen neus zijn. Verbieden, vergunnen en handhaven horen bij elkaar. Dus leden van Provinciale Staten doe uw werk ook in verkiezingstijd en stel vragen over het uitblijven van die vergunningen voor ontgassingsinstallaties. Bewoners die actie willen ondernemen kunnen zich aansluiten bij de vereniging Stop Ontgassen en hun petitie tekenen.

Reacties zijn uitgeschakeld