Closing Time | War Pigs
Ik heb niks op met clowns, maar deze heeft een dijk van een stem. En een anti-oorlogsliedje lijkt op dit moment wel toepasselijk.
Dit is de derde keer dat ik de verkiezingsprogramma’s van de Nederlandse partijen voor de Tweede Kamer heb doorgelezen, op zoek naar wat ze te melden hebben over taal en literatuur. Eerder deed ik dat voor dit tijdschrift in 2017 en 2021. Om maar meteen met een algemene conclusie te beginnen: dat is dit jaar nog minder dan in andere jaren. De enige kwestie waarover bijna alle partijen het hebben is die van de taal in het hoger onderwijs – en eigenlijk vindt iedereen dat er vooral in de bachelors vooral Nederlands moet worden gesproken. De reden dat er over andere kwesties nauwelijks is geschreven, is mogelijk dat de partijen deze keer minder tijd hebben gehad en dus de meer perifere onderwerpen hebben laten liggen En taal en letteren zijn natuurlijk altijd al perifere onderwerpen. Anderzijds zijn de verkiezingsprogramma’s geloof ik niet uitzonderlijk dun. Een probleem bij het maken van dit overzicht is dat er wel veel méér verkiezingsprogramma’s zijn, omdat er meer partijen zijn die een kans maken op een zetel. (Ik ga uit van de Peilingwijzer.) Anders dan in andere jaren neem ik daarom steeds groepjes partijen bij elkaar: deze eerste keer zijn dat de VVD en enkele partijen ter rechterzijde daarvan. Daarbij moet ik meteen zeggen dat het altijd het geval is dat die rechtse partijen weliswaar hun mond vol hebben van de Nederlandse identiteit en de Nederlandse cultuur, maar op dit gebied over het algemeen weinig concrete voorstellen doen. Ze belijden hun liefde voor het Nederlands hooguit met de mond. VVD Voor de VVD is het duidelijk: het Nederlands is onlosmakelijk verbonden met Nederland. Het is de eerste eis die gesteld wordt aan mensen die zich hier willen vestigen: Door goed de taal te leren, onze vrije waarden te onderschrijven en te werken, kunnen nieuwkomers echt meedoen in onze samenleving Net als in het vorige programma wil de VVD dat de taaleis wordt verhoogd tot het zogeheten B1-niveau. Zoals ook net als de vorige keer één opvallende uitzondering moet worden gemaakt: iedereen moet Nederlands leren, behalve ‘uitgeprocedeerden’. Hun kinderen krijgen natuurlijk wel onderwijs, maar dat moet dan liefst in de taal van het land waarnaar ze terugkeren. Op één punt heeft de VVD in de afgelopen zes jaar een bijna totale draai gemaakt. Was de partij in 2017 nog een warm voorstander van Engelstalig hoger onderwijs, in 2021 werd er in het verkiezingsprogramma niets over de kwestie gezegd, en nu, in 2023, lezen we: Bacheloronderwijs is Nederlandstalig, tenzij Engelstalig onderwijs nodig is voor de arbeidsmarkt. In niet-tekortsectoren moeten onderwijsinstellingen terughoudend zijn met werven. We stimuleren briljante studenten om in Nederland te blijven. Internationale studenten die we toelaten krijgen een inspanningsverplichting om Nederlands te leren, zodat zij na hun studie vaker in Nederland gaan werken. Het is natuurlijk ook eigenlijk een logischer standpunt, meer in lijn met het geloof dat de partij ook op andere punten heeft: dat iedereen die in Nederland zal wonen Nederlands moet leren, maar iedereen die hier niet woont niet. De enige andere talen die in het programma met name genoemd worden, zijn Fries, Nedersaksisch en Limburgs. Met name de eerste taal heeft de aandacht van de schrijvers van het verkiezingsprogramma: We stimuleren het Fries op scholen in Fryslân en waarborgen het gebruik van deze taal bijvoorbeeld in de rechtbank. Ook stimuleren we streektalen, zoals het Nedersaksisch en Limburgs, bijvoorbeeld in het onderwijs. Woorden als letteren of literatuur komen niet voor in het programma. De problemen met leesvaardigheid moeten kennelijk helemaal worden opgelost door de bibliotheken. De enige opmerking over de boekverkoop betreft de wens om het mogelijk te maken dat restaurants kookboeken verkopen. Ook wordt er een warm pleidooi gehouden voor ‘volkscultuur’ waar dat ook moge zijn. Daarnaast wordt tot twee keer toe gesteld dat de Nederlandse cultuur ‘van wereldklasse’ is. PVV Over cultuur heeft de PVV op het oog nogal tegenstrijdige ideeën. Enerzijds wordt gesteld dat ‘wij’ trots zijn ‘op onze cultuur’. Anderzijds is een belangrijk punt op de agenda: ‘Stoppen met kunst- en cultuursubsidies’. Over het hoger onderwijs schenkt de partij ook klare wijn: De internationalisering heeft de toegankelijkheid van universiteiten voor de kinderen van Nederlandse belastingplichtige ouders flinke schade toegebracht en het Nederlands als academische taal marginaal gemaakt. Dat vindt de PVV onacceptabel. De universiteiten moeten er in de eerste plaats zijn voor onze kinderen. De PVV wil dan ook dat de studiemigratie fors wordt beperkt. De bachelor opleiding willen wij daarom alleen nog in het Nederlands aanbieden. Dit is een argument dat voor zover ik kan zie verder bij geen enkele partij terugkomt. Het gaat ook een beetje voorbij aan het feit dat de afgelopen jaren juist heel veel Nederlandse ‘belastingplichtige ouders’ en hun kinderen gekozen hebben voor Engelstalige opleidingen. Het kwam regelmatig voor dat een opleiding die overging naar het Engels juist meer Nederlandstalige leerlingen trok – wat je daar ook verder van vindt. Het beperken van de ‘studiemigratie’ is vermoedelijk dan ook het belangrijkste eigenlijke doel. Met de opmerking dat ‘taal en rekenen weer centraal’ moeten komen te staan in ‘het onderwijs’ is voor zover ik kan zien de opinievorming binnen de PVV over taal en cultuur opgedroogd. JA21 Voor JA21 is de Nederlandse taal ook vooral een instrument om migratie te beperken. Deze partij heeft de opvallende eis dat niet B1-niveau (zoals de VVD wil) maar C1-niveau geëist moet worden van mensen die naturalisatie aanvragen. Dat is een niveau dat lang niet alle moedertaalsprekers halen. Om op B1-niveau te spreken moet je volgens de definities “uitingen op een simpele manier aan elkaar kunnenverbinden, zodat je ervaringen en gebeurtenissen, je dromen, verwachtingen en ambities kunt beschrijven”. Op C1- niveau kun je “duidelijke, gedetailleerde beschrijvingen geven over complexe onderwerpen en daarbij subthema’s integreren, specifieke standpunten ontwikkelen en het geheel afronden met een passende conclusie.” Ook voor de bijstand moeten er strenge taaleisen worden gesteld: “geen Nederlands, geen bijstand”. Hiermee is voor zover ik kan zien uitputtend besproken wat JA21 te melden heeft. Voor beleid op het gebied van cultuur is het kennelijk voldoende als ‘woke-cultuur’ wordt tegengewerkt. Literatuur, lezen of leesonderwijs worden geheel niet genoemd. FvD Al voor de derde keer stelt Forum voor Democratie voor om Nederlandse ambassades in het buitenland ‘Nederlandse literatuur in vertaling’ als relatiegeschenk aan te bieden. Nieuw is dat de partij deze keer het volgende verlangt van de overheid. Niet meegaan in activistisch taalgebruik zoals ‘wit’ i.p.v. blank; geen taboe op gangbare Nederlandse woorden. Welke gangbare Nederlandse woorden (behalve kennelijk blank; maar wit is natuurlijk net zo goed een gangbaar Nederlands woord) momenteel ‘taboe’ zijn, wordt niet helemaal duidelijk, noch wat de overheid daar precies tegen zou moeten doen. Daarnaast wil de partij wel degelijk aandacht voor taal en cultuur stimuleren via een soort staatsomroep: “Twee publieke tv-zenders met focus op informatie, taal, cultuur, geschiedenis en documentaires”. Nog een standpunt, dat verder een beetje in de lucht blijft hangen is dat ‘het Frysk’ als ‘tweede landstaal’ behouden moet blijven. Voor zover mij bekend is er niemand die wil morrelen aan de status van het ‘Frysk’ (de Friestalige naam voor het Fries gaan we vaker tegenkomen, je moet je steun aan het Fries tegenwoordig kennelijk uitdrukken door de naam van de taal in de taal zelf uit te spreken). Het standpunt over het hoger onderwijs ligt meer in de buurt van de VVD (en trouwens zo’n beetje alle andere partijen) dan dat van de PVV: “De Nederlandse taal behouden en waar nodig herstellen als voertaal in het wetenschappelijk onderwijs. Enkel uitzonderingen waar dat een specifiek en belangrijk nut heeft.”
Ik heb niks op met clowns, maar deze heeft een dijk van een stem. En een anti-oorlogsliedje lijkt op dit moment wel toepasselijk.
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.
Afgelopen vrijdag maakte de Kiesraad bekend welke politieke partijen en kandidaten definitief meedoen aan Tweede Kamerverkiezingen. Van de 29 partijen die eerder kandidatenlijsten inleverden, gaan er 26 door naar de verkiezingen op 22 november.
Drie partijen krijgen geen plaats op het stembiljet omdat ze voor alle 20 kieskringen te weinig ondersteuningsverklaringen hebben ingeleverd. Dat gaat om Jezus Leeft, Partij voor Ontwikkeling en een blanco lijst met als eerste kandidaat Geert Sterenborg.
Van ‘Jezus leeft’ is dat enigszins verrassend. Bij de vorige twee verkiezingen lukte het de partij wél mee te doen: 2017 (7 kieskringen – 3.099 stemmen) en 2021 16 kieskringen – 5.015).
Drie partijen doen niet mee in kieskring 20 (Bonaire): ‘LEF – Voor de Nieuwe Generatie’, de ‘LP (Libertaire Partij)’ en ‘Samen voor Nederland’. Ze leverden te weinig ondersteuningsverklaringen voor deze kieskring in.
Bij drie andere partijen was een tekort aan voldoende ondersteuningsverklaringen ook reden om niet in het hele land verkiesbaar te zijn. ‘Nederland met een PLAN’ doet daarom in 17 kieskringen mee, ‘Partij voor de Sport’ in 11 kieskringen.
De ‘Politieke Partij voor Basisinkomen’ wist in slechts acht kieskringen voldoende ondersteuningsverklaringen binnen te halen. Juist nu ‘bestaanszekerheid’ een top issue lijkt te worden in de verkiezingscampagnes is dat wat jammer, want misschien zijn er nu veel kiezers over te halen voor een ander soort ‘inkomensplaatje’.
RECENSIE - Ergens in het voorjaar van 1993 ging ik voor het eerste met mijn eigen aansluiting het internet op. Bij een van mijn opdrachten had ik er al mee gewerkt. Maar ik zag daardoor dat het meer zou kunnen zijn dan alleen iets om te mailen. Het was het artikel van Francisco van Jole in de Volkskrant die me attendeerde op de mogelijkheid die stap voor mezelf te zetten. Veel is veranderd sindsdien. En juist daarom is het nieuwe boek van Maarten Reijnders over die periode nu meer dan welkom.
Het is trouwens helemaal geen saai geschiedenisboek geworden, integendeel. In een vlotte vertelling, zou bijna zeggen een page-turner, worden we aan de hand van persoonlijke verhalen van de latere sleutelfiguren door die tijd gesleurd. En vooral die persoonlijke achtergronden maakt het geheel bijna lezen als een avonturenroman waar je helemaal kunt opgaan in de helden en de schurken.
Vanaf het hacken om gratis te kunnen bellen, via het inbreken op de computer van het RIVM naar het oprichten van Hack-tic als “blaadje” en van daaruit door naar xs4all, met tussendoor een internationaal uitstapje. Allemaal losse personen en verhalen die allemaal steeds weer samenkomen en ertoe hebben geleid dat Nederland als een van de eerste landen in de wereld breed privé gebruik van internet kon uitrollen terwijl het hacken nog even doorging. Maar tegelijkertijd lees je ook over de worstelingen van de instanties met hackers en dat hele internet. Ik vond het fascinerend om te lezen dat de activistische houding van veel beeldbepalende hackers zoals Rop Gonggrijp er eigenlijk toe heeft bijgedragen dat de wetgever niet gelijk in een draconisch met wetten dichttimmeren van alles wat online kwam is doorgeschoten.
Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.
Sargasso heeft dit muzikale trio uit Houston, Texas al wel eens eerder onder het voetlicht gebracht. Khruangbin onderscheidt zich door haar gebruik van wereldmuziek en twee opvallende pruiken.
In de derde eeuw v.Chr. kregen de Academie van Plato en de Peripatetische school van Aristoteles gezelschap van nieuwe filosofische stromingen, zoals het Cynisme, de Cyreense School, het Epicurisme, de Stoa en de Skepsis. Het was onvermijdelijk dat er ook combinaties zouden komen. Karneades was een eerste voorbeeld. De Midden-Stoa is een tweede.
Vorige week in deze serie zagen we hoe een breed gedragen, materialistische visie op de natuurlijke werkelijkheid was ontstaan. De filosofen die het best met dit wereldbeeld van totale fysische samenhang uit de voeten konden, waren de stoïcijnen. We spreken voor de laat-hellenistische, vroeg-Romeinse tijd wel van de Midden-Stoa.
De bekendste onder hen waren de Grieken Panaitios van Rhodos en Poseidonios van Rhodos. Hoewel van hen maar weinig geschriften bewaard zijn gebleven, verwijzen latere Romeinse voortdurend naar dit tweetal.
De filosofen van de Midden-Stoa waren minder streng in de leer dan hun voorgangers van de Vroege Stoa. Die vroege stoïcijnen waren starre denkers geweest, met een alomvattend model van de wereldse logica. Net als de sceptische academicus Karneades, combineerden Panaitios en Poseidonios hun eigen theorieën echter met ideeën uit andere filosofieën.
Panaitios leefde niet lang na Karneades, aan het eind van de tweede eeuw v.Chr. Hij verwierp het idee dat de wereld telkens opnieuw zou ontstaan uit een oervuur om daar uiteindelijk na een cyclus weer naar terug te keren. Dit was een rotsvast geloof van de oude stoïcijnen, die het idee op hun beurt van Herakleitos hadden overgenomen.
Zweden wacht nog steeds op de definitieve ratificatie van het NATO-lidmaatschap. Gisteren vergaderden de ministers van Defensie van het bondgenootschap in Brussel. De Zweedse collega mocht er bij zijn, maar is nog steeds geen officieel lid van het gezelschap. Turkije en Hongarije hebben nog geen groen licht gegeven. Op de NATO-top in Vilnius in juli hebben Zweden en Turkije nieuwe afspraken gemaakt die ratificatie in oktober mogelijk zouden moeten maken. Daarna kwam de ophef over de koranverbrandingen, aanleiding voor een bondgenoot van president Erdogan om de toelating van Zweden tot de NAVO alsnog te blokkeren. En in Hongarije is vorige maand woedend gereageerd op een Zweeds educatief filmpje over het land waarin wordt gesproken over een ‘afbrokkelende democratie’. Minister van Buitenlandse Zaken Peter Szijjártó waarschuwde dat ratificatie van het NATO-lidmaatschap in het Hongaarse parlement niet moeten worden gezien als vanzelfsprekend. Gladden Pappin, de directeur van het Hongaarse Instituut voor Internationale Betrekkingen, sluit zich daar bij aan. Het is de vraag of Zweden überhaupt nog wel lid kan worden, schrijft hij. Zweden is op dit moment een instabiel land en dat brengt volgens hem risico’s met zich mee. Dat het land in EU-verband Hongarije miljarden steun onthoudt is volgens Pappin ook geen goed uitgangspunt voor gezonde diplomatieke relaties.
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.
Eén argument ter verdediging van fossiele brandstoffen is dat ze een historische noodzaak waren, omdat er gedurende een groot deel van de 20e eeuw geen ander levensvatbaar alternatief was. We zijn de fossiele brandstoffen dank verschuldigd, zo luidt het argument, omdat ze onze ontwikkeling hebben gestimuleerd. Maar wat nou als er een levensvatbaar alternatief was dat vanaf het begin is gesaboteerd door de belangen van fossiele brandstoffen?
Muziekmagazine Rolling Stone plaatst Johnny Winter op plaats 68 van de beste gitaristen aller tijden.
Als magere, schele albino oogde Winter nogal als een buitenbeentje in de bluesscène. Zijn performance maakte dat meer dan goed.
Metric is inmiddels alweer een kwart eeuw oud. Af en toe weten ze er nog een lekker deuntje uit te pompen. Vers van de plaat: Days of Oblivion.