Een klasse apart

Bent u rijk en hoog opgeleid, dan zit uw kind met een hoge waarschijnlijkheid (44%) op het VWO. Bent u arm en laag opgeleid, dan is die kans 13% en zit uw kind waarschijnlijk (70%) op het VMBO. De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor de tweedeling tussen hoog en laag opgeleiden. Een nieuwe studie onderzoekt hoe die tweedeling van ouder op kind wordt doorgegeven via de ontwikkeling van karaktereigenschappen. De studie, gedaan door Duitse onderzoekers, kijkt naar de relatie tussen de sociaal-economische-status (SES) van de ouders en de karaktereigenschappen en intelligentie van hun kinderen. Aan het onderzoek deden een kleine 800 Duitse gezinnen uit het Roergebied mee met kinderen tussen de zeven en negen jaar. De onderzoekers maten de karaktereigenschappen van de kinderen met behulp van verschillende experimenten. In de experimenten konden de kinderen sterren verdienen, die ze konden omwisselen voor speelgoed: hoe meer sterren, hoe mooier het speelgoed.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

De budgetpolis: C’est arrivé près de chez vous

Met een budgetpolis kan je niet meer terecht bij een gespecialiseerd instituut als het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis tenzij je behandelend arts je geval te moeilijk vindt (en dan is het meestal te laat).

Ik heb (helaas) ervaring dat een dergelijk ziekenhuis het verschil kan uitmaken tussen dood of leven. De tweedeling in de Nederlandse zorg is hiermee een feit. Kan je het niet betalen dan heb je pech.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Politiek Kwartier | Flex als nieuwe norm

COLUMN - Met de Wet Werk en Zekerheid wordt de tweedeling op de arbeidsmarkt alleen maar erger: flexwerkers worden eerder ontslagen, terwijl het vangnet achteruit holt.

Hij werd deze week nog even uitgesteld maar hij komt er echt: de Wet Werk en Zekerheid. Deze wet klinkt zo saai dat er nauwelijks over geschreven wordt. Toch is het een nogal ingrijpende wet, waarin weer gesneden wordt in de WW en het ontslagrecht.

Het idee achter deze wet zou zijn dat de flexibilisering van de arbeidsmarkt is doorgeslagen. Er is een kloof ontstaan tussen werknemers. Aan de ene kant staan de werknemers met ontslagbescherming en een CAO, aan de andere kant de zogenaamde flexwerkers, die vrijwel geen rechten hebben. Daarbij groeit de groep flexwerkers ten koste van het aantal werknemers met een vast contract. Dit was al meer dan een decennium aan de gang, maar wordt nu versterkt door de crisis.

Met de Wet Werk en Zekerheid wordt daarom het ontslagrecht meer gestandaardiseerd, ontslagvergoedingen worden gemaximeerd, en er worden maatregelen getroffen om ‘de rechtspositie van flexwerkers verbeteren’. Ten slotte wordt de WW hervormd.

Deze maatregelen maken de situatie echter alleen maar erger.

Met het verbeteren van de rechtspositie van flexwerkers wordt namelijk bedoeld dat de overheid gaat proberen werkgevers te dwingen flexwerkers eerder een vast contract te geven. De eigen rechtspositie van flexwerkers wordt daardoor helemaal niet verbeterd. Die blijft even belabberd. Ook hun perspectief wordt er niet beter op, want door bedrijven te verplichten flexwerkers eerder in dienst te nemen, zullen mensen in praktijk simpelweg nog eerder ontslagen worden dan nu al het geval is. Hiermee wordt het tegenovergestelde bereikt van wat bedoeld is.

Foto: Partij van de Arbeid (cc)

Tweedeling

COLUMN - Ik was de veertig nog niet gepasseerd toen ik mijn eerste economische model bedacht. Een mens doet wel eens rare dingen. Het begon met een onschuldige gedachte: een samenleving valt niet noodzakelijk samen met zijn economie, dat zijn twee verschillende dingen. Hoewel je daarbij in eerste instantie kunt denken aan een nationale samenleving die opereert in een globale economie, kan het ook andersom. Dat was mijn tweede onschuldige gedachte. Als je een economie ziet als een ingewikkeld netwerk waarbinnen geld, goederen, diensten, arbeid en nog zo wat ongeregeld worden uitgewisseld, dan zou het in theorie mogelijk moeten zijn dat er binnen één samenleving bijvoorbeeld twee economieën naast elkaar functioneren, vooropgesteld dat er – toevallig of om een andere reden – een contactarme kloof bestond of ontstond tussen die twee economische netwerken.

Destijds woonde ik in een buurt waar nogal wat sociale achterstand heerste. Veel bijstandstrekkers en arbeidsongeschikten en bijgevolg ook verschijnselen van een ‘informele economie’: een kringloopwinkel, een weggeefwinkel, een buurtcentrum dat een soort ruilhandel in diensten faciliteerde (ik verf jouw muren, jij past op mijn kinderen), een heel grote vrijwilligerscentrale en niet te vergeten een daklozenopvang waarvan enkele cliënten zich verdienstelijk maakten met het schoonhouden van de straat en het bezorgen van huis aan huis bladen. Door die omgeving werden mijn gedachten al minder onschuldig. Stel dat die twee economieën niet naast, maar boven elkaar bestonden?

Bovenin zou dan de ‘echte’ economie spelen: de economie waarover we lezen in de krant en waarmee politici hun kiezers sarren; de economie die – mits op de juiste wijze gehanteerd – levens kan maken en breken, wat zeg ik: samenlevingen kan maken en breken, díe economie. Onderin de samenleving zou dan iets functioneren dat leek op die informele economie in mijn buurt, maar dan veel groter. In theorie – aldus mijn gedachtenexperiment – zou het mogelijk moeten zijn om beide netwerken onafhankelijk van elkaar in de lucht te houden, op voorwaarde dat er voldoende kritische massa was: genoeg mensen dus om de kringloop van goederen, diensten, geld en arbeid op gang te houden.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Is zorg anders?

Simon Otjes is associated blogger voor GeenCommentaar. Het onderstaande artikel verscheen eerder op zijn eigen weblog.

Champagne glazen (Foto: Flickr/Kimberly*)

Mevrouw Citroen (2 kinderen, 4 kleinkinderen) en mevrouw Mik (2 kinderen, 4 klein kinderen) worden allebei negentig. Toevallig vieren ze dit met hun familie op dezelfde avond, in hetzelfde restaurant Evelien. De familie Citroen heeft het altijd iets beter gehad, omdat mevrouw Citroen werkte naast het opvoeden van haar kinderen. Daar staat een grote fles champagne op tafel. De familie Mik zat altijd thuis, en daar kunnen ze geen champagne betalen. Daar hebben ze een karaf water besteld. Mevrouw Mik ziet mevrouw Citroen echter genieten van haar champagne. “Mag ik ook champagne,” vraagt mevrouw Mik. “Nee, oma dat kunnen we allemaal niet betalen.” Mevrouw Mik is al een beetje dement, begrijpt het allemaal niet zo goed meer en begint te huilen.

Een soortgelijk verhaal schreef Evelien Tonkens een paar weken geleden in De Volkskrant. Alleen was de setting daar in een verzorgingstehuis. Het is onderdeel van haar wekenlang betoog tegen de hervorming in de AWBZ. Sommige ouderen kunnen straks een pluspakket kopen voor extra service. Mevrouw Citroen (geen pluspakket) krijgt geen wijn bij het eten. Mevrouw Mik (wel een pluspakket) krijgt wel wijn. Oneerlijk, vernederend en onbegrijpelijk met name voor demente ouderen. Maar is het ook zo verschrikkelijk als een ouderen op haar verjaardag champagne kan kopen en een andere dat niet kan betalen?

We accepteren dat er in een maatschappij inkomensverschillen zijn, waardoor sommige mensen meer luxe goederen kunnen kopen dan anderen. Zeker als die inkomensverschillen het gevolg zijn van bewuste keuzes van mensen (bv. om wel en niet te gaan werken) vind ik die inkomensverschillen best te rechtvaardigen. Dat betekent ook dat de verschillen in goederen en diensten die zij kunnen kopen gerechtvaardigd zijn. Ik zie geen borden voor de lokale brasserie: “Stop de tweedeling in de horeca! Champagne en water voor dezelfde prijs!” Maar in het pluspakket ziet niet alleen wat wijn bij het eten. Ook een stukje lopen met de zuster. Iets vaker gewassen worden. Is dat niet oneerlijk? Is zorg niet bijzonder? Verdienen onze arme ouderen niet beter?

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.