'De Tweede Kamer is met reces tot en met maandag 5 september 2022', leest u als u de website van de Tweede Kamer bezoekt. Een vakantie die bij het journaille bekend staat als ‘komkommertijd’.
Traditioneel ontkennen Kamerleden dan acht weken op hun luie gat te liggen. Behalve luttele dagen vakantieverlof, wordt deze periode ook gebruikt voor werkbezoeken, wegwerken achterstallig leeswerk en voorbereidingen voor het komende parlementaire werk.
Het zomerreces ging 8 juli in. Sindsdien zijn er tot gisteren (10 augustus) toch 1.221 Kamerstukken verschenen. Dat lijkt veel, maar een deel is overlap. Bijvoorbeeld bij Kamervragen. Eén Kamervraag kan drie Kamerstukken opleveren: de vraag, de uitstelbrief en het antwoord. Tijdens het reces dienden Kamerleden 183 vragen in.
De Tweede Kamer heeft de afgelopen weken ook negen wetsvoorstellen mogen ontvangen. Twee daarvan, ingediend 13 juli en 5 augustus komen uit de koker van Kamerleden zelf. Dus nee, er wordt tijdens het zomerreces niet zomaar wat rondgelummeld.
En nu hebben de fractievoorzitters van de coalitiepartijen nóg een vakantieactiviteit bedacht: vergaderen over de koopkracht. Helaas staat die bijeenkomst niet op de agenda van de Tweede Kamer, laat staan dat het gesprek live te volgen zal zijn.
Ja maar, het is niet de bedoeling dat Hermans (VVD), Paternotte (D66), Heerma (CDA) en Segers (ChristenUnie) gaan onderhandelen over mogelijke maatregelen om de koopkracht te verbeteren, meldt de NOS. Dat zal ergens volgende week pas gebeuren. Dan staan gesprekken over de begroting voor 2023 gepland.
Het zou toch leuk zijn als er ook een nieuwe parlementaire cultuur komt en we op zijn minst die gesprekken digitaal kunnen bijwonen. Voordeel voor de oppositie: ze kunnen hun vragen beter voorbereiden. Voordeel voor ons: we krijgen actueel inzicht in welke coalitiepartijen het beste voor hebben met onze portemonnee.
Welke partij zal een prijsplafond bepleiten voor onze boodschappen en energiekosten? Als het al ter sprake komt, zal er vast gesteggeld worden over wat verstaan moet worden onder een ‘plotseling voordoende noodsituatie van de nationale economie, veroorzaakt door een of meer schoksgewijs optredende factoren, waardoor sprake is van een zodanig versnellende inflatie’.
Zo wordt in de Prijzenwet ingrijpen van de overheid gemotiveerd. Het moet toch niet zo veel moeite en tijd kosten die wet te activeren? Want de nood wordt voor steeds meer mensen rap groter. In krap een jaar tijd zijn gezinnen gemiddeld 18,5 procent meer kwijt aan de supermarkten. En waarom zouden uitgerekend wij de hoogste gasprijs van de EU moeten hebben?
De ‘vrije markt’ is geen natuurverschijnsel waar niets aan te doen is. Het kabinet en de coalitiepartijen die vandaag bij elkaar komen, moeten dan ook niet wakker liggen dat een paar grootverdieners dan wat minder verdienen aan de oorlog in Oekraïne.