ANALYSE - En weer stapt een PVV’er op. Ook Stephan Jansen, PVV-Statenlid en persoonlijk beleidsmedewerker van Geert Wilders, heeft er genoeg van.
In zijn afscheidsbrief refereert hij aan de inmiddels beruchte ‘recente Marokkanen-uitspraken van onze politieke leider’, maar er is ook een tweede reden dat hij opstapt:
De tweede reden voor mijn vertrek is dat ik al langere tijd grote moeite heb met de linkse koers van de PVV. Met het vertrek van onder anderen Joram van Klaveren lijkt de rechtervleugel van gezond denkende conservatieven het definitief te hebben afgelegd binnen de PVV. De linkerkant van de partij zal de komende jaren het beleid nog verder bepalen.
Zoals deze analyse laat zien, heeft Wilders een electoraal gat in de markt gevonden, waar hij van geen enkele andere Nederlandse partij concurrentie heeft te duchten (ook niet van de SP): economisch links en rechts op het gebied van immigratie.
Bovendien is een flink deel van het Nederlandse electoraat gecharmeerd van deze combinatie. Ongeveer een derde van de Nederlandse kiezers (pdf; p. 71, tabel 1) valt aan te merken als ‘links-autoritair’, wat wil zeggen dat zij er economisch linkse en cultureel rechtse houdingen op nahouden.
Wilders’ probleem, zo blijkt nu, is dat zijn partijorganisatie echter voor een belangrijk deel uit mensen met rechts-autoritaire opvattingen bestaat. En dat botst.