“Wat een voorzichtig gedoe!”

Scholen worstelen met integratieproblemen bij leerlingen. Volgens een recent onderzoek herkent meer dan de helft van de docenten en schoolleiders in de grote steden het beeld van mislukte integratie en scheiding van culturen. In de vier grote steden zegt gemiddeld 14% van de basisschoolleraren en 13% van de leraren in het voortgezet onderwijs dat bepaalde onderwerpen (homoseksualiteit, de coup in Turkije en de populariteit van de PVV) niet in de klas besproken kunnen worden. Voor de overgrote meerderheid van de scholen geldt dit overigens niet. Wat Kamerleden er niet van heeft weerhouden om woorden als 'dramatisch', 'heftig' en 'ronduit zorgelijk' in de mond te nemen. Ex-docente Wendy Vianen verwijt de schoolleiding een gebrek aan steun. In een uitzending van 'Dit is de Dag' op Radio 1 van 14 februari zei ze dat schoolleiders bepaalde thema's tot taboe verklaren. 'Ik kreeg van de schoolleiding te horen dat ik beter niet kon vertellen dat ik ervaring heb als agent.' Praten over de recente coup in Turkije werd expliciet verboden. Petra van Haren, voorzitter van de Algemene Vereniging van Schoolleiders vond dat leraren het probleem vooral onder elkaar en met de schoolleiding moeten uitpraten. Je moet je schoolpopulatie en de verschillen tussen leerlingen goed kennen.Scholen willen ruimte bieden voor verschillende identiteiten, volgens Van Haren. "Wat een voorzichtig gedoe!", riep Elma Draijer, vaste commentator in het programma, spontaan tussendoor.

Niveau verlagen voor ‘diversiteit’ is racistisch

COLUMN - Gastcolumnist Izz ad-Din Ruhulessin windt zich in de Volkskrant, terecht, op over het lumineuze idee van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie om de taaltoets op de Pabo af te schaffen:

Niet uitgaan van de talenten van de zwarte- en zandkleurige Nederlanders, nee, we verlagen gewoon de lat zodat deze debielen ook mee kunnen doen. Dat staat er niet, maar het signaal is duidelijk.

Het niveau verlagen is niet de oplossing:

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Kate Ter Haar (cc)

Liefde voor taal

COLUMN - Op onze middelbare school – ik begon op het gymnasium en switchte halverwege naar de havo – liepen veel stoffige leraren rond. Van de leraar klassieke talen kreeg ik bij onze tweede les een overhoring voor de klas van de eindeloze lijsten uit les één met wie wat had geschreven. Hij gaf een vette onvoldoende, uitsluitend omdat ik de klemtoon overal verkeerd legde, terwijl ik alles goed in mijn hoofd had gestampt. Hómerus, Illíad, Tacítus. De Duitse en Franse leraren waren tirannen bij wie leerlingen geregeld huilend de klas uitrenden na een mondelinge overhoring van hun ellenlange lijstjes werkwoordsvervoegingen en naamvallen.

De Nederlandse en Engelse lessen: dat was andere koek.

Een roedel rebelse jonge leraren had een pact gesloten en deed werkelijk alles anders. We kregen stencils met Cees Buddingh’s gedicht De Blauwbilgorgel uitgedeeld, met daarbij het vriendelijke verzoek het dier naar eigen inzicht te tekenen. We kregen opdracht lijsten te maken van bijvoeglijk voornaamwoorden en zelfstandig naamwoorden die niet bij elkaar pasten: weke machine, glazen jurk, lieve duivel, boze oorworm, slimme viskom, en in de volgende les volgde prompt de uitdaging voor elk van die kletterende paren een passende definitie te verzinnen.

Foto: Alan Levine (cc)

Wat willen partijen doen aan ongelijkheid? Deel 1: onderwijs

Het thema ongelijkheid kon in de afgelopen jaren op veel belangstelling rekenen. In aanloop naar de verkiezingen kijk ik wat partijen beloven te doen aan het verminderen van ongelijkheid. Deel 1: onderwijs.

Het boek van econoom Thomas Piketty en zijn bezoek aan de Tweede Kamer, een serie onderzoeken van de WRR en het SCP, zorgen van de Onderwijsinspectie, onthullingen over belastingontwijking, ophef over etnisch profileren, protest tegen bezuinigingen op de rechtsbijstand, en zo nog wat zaken: er werd in de afgelopen jaren weer volop gesproken over ongelijkheid en gepleit voor meer gelijkheid.

Ongelijkheid in verkiezingsprogramma’s

In een korte serie kijk ik wat politieke partijen willen doen aan het verminderen van ongelijkheid. Aan de hand van een aantal concrete problemen en maatregelen op het gebied van onderwijs, inkomen (deel 2), vermogen en wonen (deel 3) en rechten (deel 4) kijk ik wat partijen erover zeggen en in hoeverre ze maatregelen willen nemen die ongelijkheid zouden kunnen verminderen. Het moge duidelijk zijn dat partijen aan linkerzijde meer aan ongelijkheid willen doen dan rechtse partijen, maar ook dan de vraag: wat willen ze precies?

Mijn analyse heeft betrekking op 16 partijen: de 12 zittende partijen (inclusief DENK) plus vier nieuwe partijen: Forum voor Democratie (FvD), Nieuwe Wegen, de OndernemersPartij en VoorNederland (VNL). De 12 partijen die niet in alle kieskringen deelnemen laat ik buiten beschouwing.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Iedere vmbo’er een havist

Bussemaker en Dekker werken al een tijdje aan hun plan om iedere VMBO’er het recht te geven om door te stromen naar de HAVO.Maar helaas, de scholen zien er niets in.

Ik blijf het elke keer verbazingwekkend vinden hoe het maakbaarheidsdenken toch zo hardnekkig is bij politici. Scholen als LTS vonden we niet leuk klinken en te laag, dus dat schaften we af. Vervolgens vonden we MAVO niet leuk klinken en schaften we dat af, dat werd VMBO. En nu vinden we dat weer te negatief klinken, dus moet iedereen de HAVO kunnen doen. En kunnen doen wordt natuurlijk uiteindelijk moeten doen.

Foto: Guido van Nispen (cc)

Meer eigenaarschap voor studenten en medewerkers

Het wordt tijd dat bestuurders meer oog krijgen voor de oorspronkelijke betekenis van het begrip universiteit: gemeenschap van docenten en studenten.

Gerard Meijer vertrekt als voorzitter van de Radboud Universiteit en beklaagt zich in de Volkskrant over het gebrek aan Haags vertrouwen in het universiteitsbestuur. Dat zou leiden tot het vertrek van veel bestuurders. De politieke afhandeling van de Maagdenhuisbezetting – bij de Universiteit van Amsterdam – is daarbij zijn voornaamste illustratie. Daarin werden collegevoorzitters en hun collega’s volgens hem weggezet als graaiers en plucheplakkers.

Niet genoeg luisteren

Laat ik vooropstellen dat ik begrijp dat het vervelend is te worden geconfronteerd met een dergelijk frame. Maar in de Haagse politieke debatten over de bezetting van het Maagdenhuis, is hier nauwelijks iets over gezegd. Wel beklemtoonden Kamerleden dat bestuurders van Nederlandse universiteiten en hogescholen beter moesten luisteren naar hun medewerkers en studenten. Dat dit vaak niet gebeurde is aan de UvA ook door het bestuur toegegeven, zelfs met het opstappen van de toenmalige collegevoorzitter én de Raad van Toezicht als gevolg. Het Maagdenhuis werd namelijk niet bezet door mensen die uit waren op een relletje, maar door personeel en studenten die zich niet gehoord voelden en bot vingen als ze via de gangbare weg – de medezeggenschap – probeerden het beleid te beïnvloeden.

Foto: Universidad de Antioquia (cc)

Normering eindexamens wellicht te soepel

DATA - Eind oktober 2013 kwam het ministerie van OC&W met het juichende bericht dat in 2013 meer leerlingen – en bovendien met hogere cijfers – waren geslaagd voor eindexamens in het voortgezet onderwijs dan in voorgaande jaren. Deze verbetering vond met name plaats in het havo en het vwo. Een nadere analyse van de door het Cito gepubliceerde data leert dat in ieder geval voor het vwo deze claim boterzacht is.

Staatssecretaris Dekker reageerde destijds als volgt:

De Belangrijkste conclusie is dat het hoger leggen van de lat een positief effect heeft. De cijfers bij een aantal kernvakken zijn flink verbeterd, en ondanks de aangescherpte eisen zijn de slaagpercentages juist omhooggegaan. Leerlingen en scholen hebben hard gewerkt en daardoor een goed resultaat behaald. Dat verdient een groot compliment!

Afgezien van het feit dat hij hiermee suggereert dat leerlingen en leraren in voorgaande jaren niet hard genoeg hebben gewerkt om een goed resultaat te behalen, is het nog maar de vraag of de conclusie van het ministerie klopt.

Strengere eisen eindexamens

Toenmalig staatssecretaris Van Bijsterveldt besloot in 2008 om de zak/slaagregeling voor het voortgezet onderwijs aan te scherpen. Met ingang van het examenjaar 2012 werd de regel ingevoerd dat leerlingen gemiddeld over alle vakken van het centraal eindexamen minimaal een 5,5 moesten halen. In 2013 werd dit gevolgd door de eis dat een leerling voor de kernvakken Nederlands, Engels of Wiskunde niet meer dan één vijf mag hebben.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Kansrijk onderwijsbeleid

Gisteren haalde een studie van het CPB over kansen in het onderwijs de landelijke media. Kinderen die les krijgen in groepen van ongeveer gelijk niveau zouden veel betere resultaten boeken. Zowel makkelijk als moeilijk lerende kinderen.

Vandaag hakken Herman van de Werfhorst en Thijs Bol het stuk aan schrootjes. Selectief citeren, foutief citeren, foutieve conclusies. Uiteindelijk blijkt de hele conclusie gebaseerd te zijn op een enkele experimentele studie in Kenia. En daarmee worden door CPB en pers grote conclusies getrokken over de inrichting van het Nederlandse school systeem. Ai.

Foto: Universidad de Antioquia (cc)

Manipuleert ministerie van Onderwijs eindexamencijfers?

DATA - In 2012 en 2013 werd in twee stappen de eisen voor het eindexamen voortgezet onderwijs verscherpt. De hogere gemiddelde eindexamencijfers voor de jaren vanaf 2013 zijn door het ministerie van OCW geclaimd als resultaat van het beleid om de lat hoger te leggen. Analyse van de beschikbare data leert dat een hogere N-term eerder de oorzaak is.

Op het eerste gezicht lijkt het ministerie de juiste conclusie te trekken. Het gemiddelde eindexamencijfer ligt vanaf 2013 duidelijk hoger, rond de 6,5 in plaats van rond de 6,3.

Gemiddeld cijfer eindexamens VWO

Vanaf 2012 en 2013 mogen leerlingen in het voortgezet onderwijs niet lager dan gemiddeld een 5,5 voor het centraal eindexamen hebben en mogen ze voor slechts één van de kernvakken (Nederlands, Engels of Wiskunde) een vijf halen. Het is echter lastig om examens te maken die ieder jaar exact even moeilijk zijn.

Om te zorgen dat de eisen over de jaren heen vergelijkbaar zijn, wordt ieder jaar voor ieder vak een correctiewaarde (de zogenaamde N-term) vastgesteld. Deze correctiewaarde wordt in een procedure kort na de examens vastgesteld. Een belangrijke input hier voor is het percentage behaalde punten. Het technisch advies van de Cito kan daarna nog met kwalitatieve argumenten worden bijgesteld. In onderstaande grafiek wordt de correctiewaarde (N-term) afgezet tegen het percentage behaalde punten (de P-waarde).

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kiezen voor techniek

ONDERZOEK - Onlangs verscheen een dikke stapel, rapporten over de resultaten van vele jaren investeren in techniek. Ik probeerde een rode draad te vinden in de Kamerbrief en de bijbehorende stukken, maar dat valt niet mee. Het meest veelzeggend zijn dan toch de grafieken uit een mooi rapport van het Platform Bèta Techniek. In een heldere indeling van “kiezen, leren en werken voor techniek”, worden de trends zichtbaar.

Gevoelsmatig laat de helft van de grafieken een stijgende lijn zien en de helft een dalende lijn. De Kamerbrief zegt dan ook zuinigjes dat er veel bereikt is, maar dat blijvende aandacht nodig is.


Hoewel over de gehele linie deelname aan techniekonderwijs is toegenomen, zijn er grote verschillen per opleidingsniveau. De economische situatie zorgt ook voor een dalende trend die in veel gevallen pas in het afgelopen jaar weer is omgebogen.

Een onafhankelijke evaluatie van de resultaten in het po en vo geeft een nog diffuser beeld. Het aanbod aan activiteiten is zo groot en divers, dat veel scholen moeite hebben om het aanbod te vinden. Systematische informatie over effecten was niet voorhanden.

Onderwijsgrafiek - techniek

Bron: PBT (2016). Monitor Facts & Figures Bètatechniek 2016.

De mooiste plaat vond ik deze, omdat het laat zien dat ook na het afronden van een technische opleiding, een groot percentage “verloren gaat” voor de techniek. Dat vind ik fascinerend. De vacatures in de technische sector stijgen, de industrie roept moord en brand dat er tekorten zijn, en toch krijgt een groot deel geen baan in die sector.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Vorige Volgende