Taser is op oneigenlijke gronden ingevoerd

Otto Adang, hoofdonderzoeker van de Politieacademie, evalueerde in opdracht van de Nationale Politie de proef met de taser. Volgens Adang is het wapen op oneigenlijke gronden ingevoerd. Hoofdargument is dat het geweld tegen agenten toe zou nemen. De media nemen die bewering klakkeloos over van de politie. Volgens Adang klopt er echter niks van dat het geweld tegen agenten toeneemt. De cijfers wijzen volgens de onderzoeker eerder op het tegenovergestelde. Bekijk hier de uitzending van Medialogica terug.

Foto: UrbaneWomenMag (cc)

Het kan ook toeval zijn

[Wetenschapsnieuws dat ingaat op onzekerheden, controverse en discussie over resultaten leert het publiek hoe kennis wordt gemaakt. Dat zouden onderzoeksinstellingen veel vaker mogen laten zien in hun persberichten.]

Afgelopen week was het Valentijnsdag en dat is altijd een reden voor een beetje extra wetenschapsnieuws over liefde, seks en aanverwante relatiezaken. Zo kwam het LUMC met een persbericht met resultaten van genetisch onderzoek dat vorig op Lowlands was uitgevoerd onder bezoekers van het festival.

Doel was om bij tientallen koppels een beetje wangslijm af te nemen om vervolgens het DNA gedeeltelijk in kaart te brengen. Vervolgens zou er naar overeenkomsten en verschillen worden gekeken. De gedachte is namelijk dat bij partnerkeuze mensen afgaan op een genetische tegenpool.

Dat mechanisme is bij een aantal diersoorten gevonden, en daarbij spelen overeenkomsten en verschillen tussen zogenaamde MHC-genen een rol, die dieren via geurprofielen waarnemen. De gedachte is dat grotere verschillen in MHC-genen tussen partners bijvoorbeeld een fitter immuunsysteem oplevert in de nakomelingen.

Fitter nageslacht

Meer algemeen gesteld: je kunt je voorstellen dat zo’n signaleringssysteem handig is voor dieren die een partner moeten kiezen en niet kunnen weten wie een broer of neef is, in verband met het vermijden van inteelt. Genetisch verschil schept fitter nageslacht.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022 copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Geen bal op tv | The Dateables

COLUMN - Ze stonden tegenover elkaar, maar ook weer niet. Tegelijkertijd ieder in een eigen universum en de enige twee mensen op aarde. Ze kijken alle kanten op, zolang hun blikken elkaar maar niet kruisen. Twee lichamen die ergens anders willen zijn.

Niets zo pijnlijk als een ontmoeting tussen twee verlegen mensen, schreef Remco Campert. Hij zou weleens gelijk kunnen hebben.

Hier staan ze dan. Op een pier in Scheveningen. Allebei op zoek naar woorden. Allebei hopend dat de ander die woorden zal vinden. Allebei wetend dat dit van z’n leven niet zal gebeuren. Je denkt dat het binnen in hun hoofd aan het razen is. Maar het tegendeel is waar. Elke mogelijke gedachte wordt nog voordat zij geformuleerd is opgeslokt door het zwarte gat van de paniek. Totdat zij na een kleine eeuwigheid zegt: zullen we naar binnen gaan. Hij loopt snel langs haar heen. Naar binnen. 

Zij was van tevoren bang dat het gesprek stil zou vallen. Het is erger dan ze vreesde. Want voor een gesprek dat stil valt heb je een gesprek nodig.

Ze lopen langs de aquariums van Sealife. Hij houdt de vaart erin. Dan is hij haar ineens kwijt. Lichte paniek. Z’n date is weg. Het lichaam sloeg op de vlucht. Wilde weg van haar, maar vooral van de situatie. Als ze elkaar even later toch weer tegen het lijf lopen, is de paniek nog groter. Hadden ze elkaar maar nooit teruggevonden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 15-11-2022

De opkomst en ondergang van Job Cohen

DATA - “Bijna twee jaar geleden heb ik de overstap naar de landelijke politiek gemaakt omdat ik vanuit die positie wilde bijdragen aan een fatsoenlijke samenleving, waarin zo veel mogelijk mensen –ongeacht hun afkomst of achtergrond– tot hun recht komen. Ik moet helaas vaststellen dat ik er onvoldoende in ben geslaagd om in de politieke- en mediawerkelijkheid van ‘Den Haag’ de weg naar deze fatsoenlijke samenleving geloofwaardig over het voetlicht te brengen.” Met deze woorden nam Job Cohen gisteren afscheid als fractievoorzitter van de PvdA en als Tweede Kamerlid.

Dat sprake is van een harde politieke en mediawerkelijkheid is duidelijk. Iedereen die geregeld een krant of blog leest, is ingehaakt op Twitter en DWDD en Pauw en Witteman kijkt, weet dat de pieken en dalen voor Cohen groot zijn geweest. Een aantal onderzoekers van de Nederlandse Nieuwsmonitor heeft in de avondlijke en nachtelijke uren een analyse gemaakt van hoe Cohen in een aantal media is afgeschilderd. Deze gastbijdrage is lang, maar zeer de moeite waard voor wie de medialogica wil doorgronden. Een verhaal over de opkomst en ondergang van Job Cohen in de media.

Medialogica

“Geheel conform de management-retoriek van een BV, is de taal van de politieke campagne die van afrekenen, competitie en winnen. Met peilingen die hijgerig worden gevolgd als waren het rendementskoersen. Tel daarbij op dat in de mediacratie alle aandacht voor meervoudige politieke keuzes en programma’s zich heeft verengd tot de vileine grimas, een goede acteerprestatie of een geslaagde grap van de lijsttrekker en het resultaat is een genant oppervlakkige politieke ratrace” (de Volkskrant,  5 juni 2010). Dit schrijven Henk van Houtum en Esther-Mirjam Sent in een opiniestuk in de Volkskrant aan de vooravond van de Tweede Kamerverkiezingen van 2010. Deze ontwikkelingen worden door sommigen omschreven als een mediacratie, dramademocratie (Elchardus 2002) of zelfs een emocratie (De Ridder 2000). De Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) vat deze toegenomen invloed van media samen in de term ‘medialogica’.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Hoe de berichtgeving over de campagne verwerd tot een wedstrijdverslag

DOCUMENTAIRE - Human en Argos hebben een mooie serie over medialogica, het idee dat het politieke discours zich steeds meer vormt langs de lijnen van het mediadebat en dat dat debat steeds meer weg heeft van een wedstrijdverslag. Wie wint, wie verliest? Deze week was de derde aflevering, over de campagne.

Hoe kwam Samsom gedurende de campagne boven te liggen? Waarom zakte Roemer weg? En wat is de rol van de media hierin geweest? De NOS en RTL Nieuws (bij monde van Bram Schilham en Frits Wester) zeggen get over it, maar is het wel zo simpel?

Het is de dertig minuten van het kijken meer dan waard.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Valkuilen nieuwe media nog groter dan voor de oude

De frictie tussen betrouwbaarheid en amusementswaarde speelt de oude media parten, maar bij de nieuwe media, zoals blogs en social media zijn daar twee dimensies bijgekomen. De valkuilen zijn daarom een stuk groter, betoogt Bart Drenth, lid van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) in deze gastbijdrage.

In 2003 waarschuwt de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling in het advies Medialogica dat de kwaliteit van de media onder druk staat. De media proberen de amusementswaarde van hun nieuws te verhogen door incidenten en persoonlijke conflicten bovenmatig aandacht te geven. Politici zijn hiervan zowel slachtoffer als medeplichtige. Zo hebben media en politici elkaar in een houdgreep en is er minder aandacht voor de taaie beleidspraktijk. Deze voltrekt zich dan ook grotendeels ongezien en ongestoord onder de oppervlakte, terwijl de meeste  aandacht uit gaat naar het spektakel dat zich in het volle zicht afspeelt.

In 2003 speelt internet in de meningsvorming nog maar een kleine rol. Het belang van de sociale media is op dat moment nog verwaarloosbaar. Wat betekent de opkomst van de nieuwe media voor de conclusies uit 2003? Heeft de opkomst van de sociale media sinds die tijd de tendens die de RMO waarneemt versterkt?

Op het eerste gezicht lijkt dit inderdaad het geval. Door Twitter verspreidt het nieuws zich sneller, wordt het eerder onderwerp van debat en dooft het ook weer eerder uit. Een paar uur na de dood van Kadaffi twitterde Kustaw Bessems ‘Sorry, ik was de hele dag druk, maar gelieve op deze plek alsnog zo’n plechtige, hoopvolle doch passend bezorgde Kadaffi-tweet te lezen.’ Blijkbaar is het wenselijk je te verontschuldigen als je je niet snel genoeg in het koor van commentatoren voegt.