David Brooks is een gerenommeerd columnist in de VS. In de aanloop naar de Irakoorlog was hij een duidelijk voorstander en schoffeerde hij iedereen die tegen was. Pas veel, veel later erkent hij dat het een vergissing was. Maar de manier waarop hij dat doet, maakt het alleen maar erger.
Eerst een quote uit de Nederlandse vertaling in de Volkskrant van het oorspronkelijk in de New York Times verschenen stuk.
En zo komen we bij Irak. Vanuit het gezichtspunt van vandaag was de beslissing om daar oorlog te gaan voeren een duidelijke taxatiefout die werd gemaakt door president George W. Bush en die werd gesteund door 72 procent van de Amerikaanse bevolking – en ook door mij.
Taxatiefout… sorry, kan gebeuren. Ruim vierduizend dode Amerikanen, ruim honderdduizend dode Irakezen, een ontwricht land, een voedingsbodem voor IS en dat alles gebaseerd op leugens… een taxatiefout.
Nee, het was geen taxatiefout van Bush jr. Die was het al van plan vanaf 12 september 2001. Het was alleen zaak om iedereen te overtuigen. En dat ging het beste met leugen op suggestie op leugen stapelen. En nee, het volstaat niet dan te wijzen naar de “gebrekkige inlichtingen”. Het was bij iedere uitspraak vanuit de regering van de VS steeds binnen enkele dagen duidelijk dat het rammelde aan alle kanten. Alleen haalde dat zelden de voorpagina’s. Wel sappige uitspraken als “we don’t want the smoking gun to be a mushroom cloud”.
En doordat er geen grote aandacht was voor tegenspraak (dat werd de kop in gedrukt door columnisten en talking heads zoals Brooks), dacht 72 procent van de Amerikanen dat het volstrekt gerechtvaardigd was om Irak binnen te vallen.